•f. Luxen's Kampeerhuis Nanne Ottema heeft zijn grote roem verwor ven als verzamelaar van het oosterse porselein, dat men nu in rijke verscheidenheid in het Princessehof kan vinden. Maar zijn belang stelling was van een ongewone veelzijdigheid. Ds. Kalma geeft een keus uit het bonte geheel: tegels, tegeltableaus, muurankers, vorkscheden, gevelstenen, dakornamenten, dakloodjes, kope ren en ijzeren deurkloppers, sloten en sleutels, koperen kranen, haard- en kachelplaten, rook- en snuifgerei, stoelen, tafels, kleren, kleren kisten, spiegels, lijfsieraden, letterlappen, sit sen, kinderprenten, boekbanden, bontpapieren, glas-in-loodramen, loden tuinbeelden, uurwer ken, klokken, horlogekloven en -standers, drankstellen, glaswerk, kandelaars, vijzels, wafelijzers, mangelplanken, messen, lepels, vor ken, koperen gespen, chatelaines, knottedoos- jes, muntgewichtdoosjes, tondeldozen, vuur slagen, wandelstokken, schoolborden, stoven, kistjes, oude maten, crucifixen, statenbijbels, kerkboeken, kerkboekbeslagen, medailles, pen ningen. Volledig is deze opsomming niet, we kunnen er bijvoorbeeld aan toevoegen inven tarissen van oude winkels en ambachtelijke bedrijven, zoals men deze in het Fries Museum kan vinden. Met zoveel sterk uiteenlopende verzamelob- jekten kan Ottema geen perfectionist zijn ge weest. Een verzamelaar kan alleen binnen een afgebakend terrein naar volledigheid streven, ook omdat ware deskundigheid deze afbake ning verlangt. Maar dit hoeft geen afbreuk te doen aan de verdiensten van Ottema, die ont zaglijk veel voor verdwijnen heeft behoed, in totaal stellig veel meer dan wanneer hij zich op één onderwerp had gestort en veel selek- tiever te werk zou zijn gegaan. Zijn tomeloze verzamelzucht dreef notaris Ot tema door heel Europa, langs musea en anti quariaten. Bij antiquairs en opkopers in Leeu warden was hij een bekende figuur. In het begin kon hij menig koopje verwerven door gebrek aan deskundigheid van de verkopers, maar later veranderde dit. Wanneer dit niet een gevolg was van toegenomen vakbekwaam heid der handelaren, dan was het wel het groeiende besef, dat Ottema's belangstelling voor een bepaald stuk antiek in een verhoogde prijs tot uitdrukking kon worden gebracht „De antiquairs hebben de collectioneur op den duur minder gewaardeerd", schrijft ds Kalma. „Dit is volkomen te begrijpen, hoewel niet steeds te billijken. Ottema had de vette jaren voor de eerste wereldoorlog gekend. Hij was toen in vele opzichten een voorloper ge weest, die ook verzamelde, wat andere kopers niet wensten. De prijzen, die hij toen betaalde kon hij echter niet vergeten. Hij aanvaardde niet of moeilijk, dat hij mee de oorzaak was geweest, dat de prijzen omhoog gingen en dat hij ook daarmee rekening moest houden. En de antiquairs vergaten al evenmin wat er ge beurd was. Hun bleef het een doorn in het oog, dat Ottema in vroegere jaren allerlei voorwerpen bij hen had gekocht voor een te lage prijs. Het in later jaren ongelooflijk taaie afdingen van de notaris-verzamelaar kon men steeds moeilijker verdragen. Daarbij werd echter vergeten, dat Ottema veel kocht en lang niet altijd courant goed. Wanneer hij iets zag, dat een schakel in zijn opstelling kon zijn of dat voor een bepaald type waarde had, dan moest hij het hebben." Nanne Ottema werd op 4 mei 1874 te Leeuwar den geboren als zoon van notaris Allert Otte ma. Hij ging naar het gymnasium, maar kwam niet aan het eindexamen toe. Zijn notarisop leiding kreeg hij in verschillende plaatsen, zoals Woerden en Hulst. In 1900 was hij terug in Leeuwarden en op 13 december van dat jaar trouwde hij met Grietje Kingma, een rijke boerendochter uit Techum bij Goutum. Bij haar openbaarden zich verschijnselen van tubercu lose, die ertoe leidden, dat de jonge mevrouw Ottema in de winter haar lichamelijk heil zocht op Corsica en in de zomer te Zandvoort. Otte ma, inmiddels candidaat-notaris bij zijn vader, was daardoor tot veel reizen gedwongen en zocht onderweg (bijvoorbeeld in Parijs) musea en antiquariaten op. Bij het begin van de eerste wereldoorlog werd mevrouw Ottema de weg naar Corsica afgesneden. Het echtpaar ging wonen in het pand Prins Hendrikstraat 6, waar de verzamelingen tenslotte nauwelijks meer een plaats konden vinden. Een goede opberg en vooral opstelmogelijkheid werd gevonden in het Princessehof, dat in 1917 door de ge meente was aangekocht en dat hèt museum van Nanne Ottema zou worden. Dit echter onverminderd zijn ijver voor het Fries Museum, dat hij diende als bestuurslid van het Friesch KIP CARAVANS, boten en kano's. SCOUT kampeervouwwagen. BUNGALOW- en diverse andere modellen tenten. Tevens volledige uitrustingen. VAN WEEGHELS BAGAGEWAGENS. Trekhaken en alle onderdelen voor caravans. Tuinmeubelen en parasols. Zonweringen. Genootschap en dat verscheidene bruiklenen en schenkingen van hem ontving. Van zijn verdere activiteiten in Leeuwarden mag de restauratie van het Coulonhüs (zetel van de Fryske Akademy) in de Doelestraat worden vermeld. Wetenschappelijke documentatie op alle terreinen van zijn verzamelaarsbelangstel ling leidde tot de vorming van een bibliotheek van 12.000 banden. Deze boekenverzameling vindt men op het adres van de Ottema-Kingma Stichting, die het beheer voert over zijn na latenschap: Prins Hendrikstraat 4 boven. Bene den is het kantoor van notaris A. N. Duintjer, de neef en opvolger (sinds 1933) van Ottema. En, zoals reeds gezegd, Nanne Ottema over leed op 20 juni 1955. „Portret van een verzamelaar" heet de ten toonstelling, die tot 13 september is te bekij ken in het Princessehof. Maar ook daarna zal men in dit museum de geest van Nanne Otte ma ontmoeten. Het is en het blijft de instelling, waarmee hij onze stad heeft verrijkt. EN ZEILMAKERIJ VERLENGDE SCHRANS 81 LEEUWARDEN - TEL. 27023

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1965 | | pagina 13