Él fOe maart De H O E D E N TOELATINGSEXAMEN VOOR DE T.V. MAYSER MOORES STETSON Herenmodes Roosensteïn Beverstraat 5, Leeuwarden De 10e maart leerde weer eens hoe onbe rekenbaar het weer is. De dag daarvoor scheen de zon, maar de huwelijksdag van Beatrix en Claus werd geteisterd door een neerslachtige regen, die het bijzonder moei lijk maakte in de feestelijkheden te geloven. De dames en heren in Fries costuum zaten kleumend en nat in (of op) de sjezen en be schermden zich tegen het hemelwater met veelkleurige paraplu's, wat een nogal ana chronistische aanblik opleverde. Het bestuur van „Oranje Nationaal" hield nochtans de kop er voor, al had voorzitter Camping wel iets verloren van zijn chronische blijmoedig heid. „Je hebt er zo veel meer werk van dan wanneer het goed weer is, want nu zit je voortdurend met het probleem van doorgaan of niet doorgaan", verzuchtte hij. Ons kli maat is zo bijzonder wisselvallig. Regent het Het draaiorgel „De Windmolen" (eigenaar exploitant de heer H. J. Wind te Leeuwarden) heelt zich op 10 maart voor het eerst aan het Leeuwarder publiek gepresenteerd. Fraai van klank en iraai van uiterlijk is dit grootste draai orgel van ons land, dat ongetwijfeld een cen trale plaats op elk feestterrein waard is. Wij hebben ons 's morgens nog even losge rukt van de beeldbuis, om een kijkje te ne men in de binnenstad. Het was daar onwe zenlijk stil en leeg. Enkele voetgangers rep ten zich voort in een tempo alsof ze bezig waren zich van de plaats van het misdrijf te verwijderen. Een paar jongens reden met knetterende bromfietsen langs de Nieuwestad, waar ze zich nu echt heer en meester konden voelen, al moet het gemis aan te hinderen andere weggebruikers smartelijk zijn geweest. Verder was de stad uitgestorven. De ver keerslichten bij de Westerplantage sprongen plichtmatig van rood op groen en omgekeerd, maar er was geen verkeer. Toch doet het je iets, wanneer je onder deze omstandigheden welbewust door het rode licht rijdt De K.R.O.-Gids voor de week van 6-12 maart was zo vriendelijk enige voorbereidende aan dacht te schenken aan het t.v.-optreden van het gezelschap Rients Gratama op 9 maart j.l. Dat ging aldus: .Friesland exporteert niet alleen stamboekkoeien en daar uit voortvloeiende melk waarvan romige boter onder eigen wikkel naar Nederland, maar de laatste tijd ook aardzuiver gas en volbloed cabaretiers. Rients Gratama is zo'n cabaretier, is afgestempeld in Leeuwarden, pardon, in Jouwert, en komt zich per omgaande voorstellen aan de bijziende landgenoten die hem nog niet kennen. Hij houdt zich sinds jaren op in zaaltjes en zalen in zijn eigen land, of daaromtrent, is ook wel eens in de Hol landse dreven gesignaleerd, maar een breedbeeld krijgen we nu voor het eerst. Een gedurfde sprong van Rients Gratama, die pas drie jaar op eigen benen staat en daarvóór zes jaar lang brui loften en partijen en wat niet al plezierde in het oer- friese cabaret van Tetman de Vries. Hij wil nu proberen onder het Friese patronaat uit te komen en zijn stem te laten meedreunen in de zingzang van onze nationale ca- baretbent. Hij werpt zich voor de miljoenen in een soort toelatingsexamen. De uitslag weten we meteen na af loop. Rients Gratama, zenuwachtig als elke kandidaat, heeft zelf gezegd: ,,Ik moet het eerst zelf hebben gezien. Ja, ik blijf die avond thuis, de enige deze maand, want ik ga mezelf geen concurrentie aandoen." Of wij ook allemaal thuis zullen zijn, die avond, is nauwelijks te voorspellen: Gratama is nu niet direct een jongen waarvoor je eens lekker gaat zitten, misschien wordt hij het ooit. Hij zingt zijn eigen beperking uit in een overigens aardig lied uit eigen pen, zoals al zijn teksten dat Provincialen" heet, en wij van het papier citeren: ,,Wij provincialen culturele kannibalen leven in Norg en Rilland-Bath nog zover van 't Zebra-pad zonder nachtclub, zonder pieren om te flirten en te tieren zonder strip-tease en plezieren neen, we leven nog bedaard. 't ritme van ons leven is geen cha-cha-cha of twist maar 't rammelen van een melkbus in de vroege ochtendmist." Een aardig versje dat we nog in toon moeten horen. Het zal overigens maar een van de drie zijn die we kunnen verstaan, want de acht andere die Gratama en zijn ge zelschap Friezen Jetske Zijlstra, Titia Dijkstra, Sipke Oppedijk en pianist Cor Huisman ten beste geven zijn in de bloedeigen landstaal gesteld. En daarin ligt, dach ten wij, wellicht de grootste rem op weidse roem. Wij zijn nu eenmaal geen volk van Friezen. Al mogen de grapp'n van onze buitenlandse landgenoten best gehoord worden, dat wel, mits Rients Gratama er een Fries-Neder lands woordenboekje bijlevert of de NCRV voor een wel luidende ondertiteling zorgt. Misschien dat wij ons dan van pure pret op de knieën of, om de Friese vlag hoog te houden op de knibbels slaan. Het is geen onwelwillend stukje, integendeel: de auteur wil best rekening houden met de geringe mogelijkheid, dat Gratama en de zijnen een aanvaardbare indruk op de beeldbuis zul len maken. Het voorbehoud is duidelijk. Nog slechts drie jaar is het geleden, dat Gratama bruiloften en partijen opvrolijkte; de schrijver is nooit op zo'n feestje geweest, maar hij kan zich de daar vertoonde boerse jool heel goed voorstellen. Ja, en dan wordt de sprong naar onze vaderlandse t.v. natuurlijk wel bijzonder groot. Wij hebben het gezelschap Gratama op 9 maart gezien op de televisie. Naar onze smaak slaag de het cum laude voor het, ten overstaan van de miljoenen, afgelegde toelatingsexamen. Maar we geven toe, dat de exameneisen ons niet zwaar toeleken, na het voor de zoveelste keer) zien van „Stadhuis op stelten" (K.R.O.) en Jan Blaaser (eveneens K.R.O.de avond daarvoor. Misschien kunnen artiesten uit het westen van het land een „verlicht examen" afleggen? om drie uur, dan kan het om vier uur droog zijn en over de avond valt helemaal niets te zeggen. Nu kwam er 's avonds een eind aan de regen en dus kon het vuurwerk volgens de plannen worden afgestoken. Maar de grote stukken waren inmiddels zo vochtig gewor den, dat men de brand er niet in kon krijgen. Het liep met een sisser af. En dat was wel spijtig voor alle kosten en moeite. Het kermisje op het terrein van de oude vee markt was een experiment. De exploitanten begonnen met klachten over de hoogst on effen toestand van de bestrating, die de op bouw van de vermakelijkheden bemoeilijkte en bovendien 'n hindernis vormde voor een licht voetig feestend voortgaan der vermaakzoe- kers. De klachten waren begrijpelijk doch misplaatst, want het was een kermisje van Leeuwarder exploitanten, die deze plaats zelf hadden begeerd en er ter dege van op de hoogte waren, dat de gemeente niet in staat was van tevoren een leger straatmakers naar het feestterrein te dirigeren. Wel werden, op bevel van wethouder Pols, de ergste gaten met zand gedicht. Op de achtergrond van het ongenoegen zal wel hebben gestaan, dat het kermisje niet een overmatig grote belang stelling trok. Men zoekt dan gauw naar een stok om de hond te slaan, ter vervanging van de rechtlijnige conclusie, dat het publiek blijkbaar niet zo'n grote behoefte had aan een koude kermis. Herauten te paard trokken in de ochtend van 10 maart naar alle hoeken van de stad om het huwelijk van Beatrix en Claus te proklameren.

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1966 | | pagina 9