Het raatlsel van ite vier a Museumdirecteur Wassenbergh loste een historisch kryptogram op Schilder Adriaen van Cronenburg potretteerde veel tijdgenoten ken hebben, waarover de schilder, de opdrachtgevers en na zoveel eeuwen - ook wij tevreden kunnen zijn. Wij, omdat Van Cronenburg zich telkens ontpopt als eer uit stekende meester. De kunstenaar zelf, omdat hij aan deze modellen telkens weer zijn meesterschap kon toetsen. En zij, omdat de schil der wist, wat zij wensten en be doelden: portretten, waarop deze edelen met al hun pracht en praal, hun afstamming (en vandaar die wapens) en hun rijkdom (vandaar het glanzen van gouden sieraden) oog in oog met de eeuwigheid kwamen staan. Ze lieten zich, heel bewust en opzettelijk, vereeuwi gen. Dat is een ernstige aangele genheid. Er kan dan ook geen lachje af. Maar er kon, bij Adri- aen van Cronenburg, stellig wel meesterschap en psychologie af. Raadselachtige figuur U vraagt misschien, waar na zo veel zekerheid over de kunstenaar en bij de geportretteerden, dan nog de twijfels blijven? Nu ja, dat is een ander verhaal. Maar er blij ven namelijk rond deze Adriaen die we uit de portretten als schil der zo goed leren kennen, nog wel enkele vragen. Zo is er het pro bleem, wat er met Adriaen aan de hand is geweest tussen ongeveer 1555 en 1561, uit welke periode geen werk van hem bekend is. Heeft hij een nadere studiereis ge maakt naar de Zuidelijke Neder landen? Dat is mogelijk want zijn portretten na 1561 ademen wel de zelfde geest, maar de expressie van de koppen is veel sterker ge worden. Verder zijn er de problemen rond Van Cronenburgs houding in het verzet tegen Spanje. In 1570 pro testeerde hij mee tegen het op treden van de bisschop van Leeu warden. Een jaar later echter hielp hij dezelfde geestelijke bij het in nen van geld. In 1567 heeft hij trouwens een openbaar ambt be kleed in Tietjerksteradeel, waar voor hij woonde in Bergum, ter wijl hij in 1580, met vele andere katholieke families, in balling schap ging. Had hij toen definitief gekozen voor Rome en tegen het Protestantisme? Het lijkt zo. Maar in 1581 had hij een zogenaamde kaperbrief uit naam van de Prins van Oranje en even later schilder de hij, teruggekeerd in Bergum, het portret van een protestantse verzetsleider. Was hij want het gaat inderdaad telkens over pre cies dezelfde man een weer haan? Of had hij, hoewel hij over tuigd katholiek was, het kamp van de vrijheidsstrijders zo zeer aan zich verplicht, dat men van zijn diensten graag gebruik bleef maken? Helemaal helder wordt de historie van deze in Schagen geboren en in Bergum overleden kunstenaar gelezen. De middelste letters van de naam waren geen n's, maar twee a's. Er stond letterlijk A-a-a-a. Was die vondst inderdaad een stap verder? Aanvankelijk niet. Men kwam ermee van de wal in de sloot. Want Anna betekent tenminste nog iets, maar vier a's op een rijtje betekenen helemaal niets, ook in het Fries niet. Het vraagteken bleef op zijn minst even groot. Het zoeken en tasten moest dus weer worden voortgezet. Dr. Was senbergh heeft zich door dit raad sel laten uitdagen. En hij loste het op. Zoals je een puzzle oplost. Want die vier letters, waaraan op het eerste gezicht geen touw is vast te knopen, moest men dat ontdekte de vorige directeur van het Fries Museum inderdaad als een puzzle, als een soort kryp togram lezen. Er staat A-a-a-a. Er staat: A en daarna drie a's. Scha kel je terug naar de zestiende eeuw, dan wordt het dus A drie a'en. En dan ben je er: de voor naam moest Adriaen zijn geweest. Enfin, zo achteraf bekeken lijkt het heel simpel en voor de hand liggend. Maar kom er eens op. Dr. Wassenbergh kwam er op. Toen die nieuwe naam er was, moest er natuurlijk nogmaals wor den gedoken in de geslachtsregis ters. Daaruit bleek, dat Adriaen had bestaan. Er bleek veel meer en dat verdere was verrassend. Deze Van Cronenburg was een zoon van een verarmd, adellijk ge slacht. En al is niet bekend, op welke datum hij in het Noordhol landse Schagen werd geboren, er kon wel worden vastgesteld, dat Adriaen van vaderszijde in rechte lijn afstamde van Willem IV, graaf van Holland. Zijn jeugdwerk doet bovendien vermoeden, dat hij leer ling is geweest van Jan Mostaert. Maar wat zijn leeftijdgenoten deden, liet hij na. Zij maakten de reis naar Italië, het mekka van de toen nieuwe schilderkunst. Adri aen van Cronenburg sloeg juist een geheel andere richting in. Hij zocht het in Friesland een voor een schilder van die dagen beslist niet gebruikelijk werkterrein. Weerhaan? Noemenswaardige concurrentie was er voor hem in Friesland niet. En als we nu terugzien op zijn ar beid, dan zien we hem als het ware van state tot state trekken. Hij heeft er zijn kundigheid aan geboden en vermoedelijk heeft hij er zich gelegitimeerd. In veel ge vallen werd hij ook als kunstenaar toegelaten, zodat we aan Van Cro nenburg al die portretten te dan- Het portret van Hette van Hemme- ma door Adriaen van Cronenburg. „Nu of nooit", zeggen wij soms. Vier eeuwen geleden zei Hette van Hem- mema „nie als nu", maar hij bedoelde er hetzelfde mee, toen hij die enkele woorden maakte tot de (stoere) zinspreuk, die zijn leven zou begeleiden. Deze Hette van Hemmema leren we kennen in de Van Cronenburgzaal van het Fries Museum en hij doet zich daar, geschil derd en wel, ondanks zijn 61 levensjaren nog altijd voor als een man, die voor een stoere beslissing niet terugschrok: een man uit één stuk en bovendien uit één stuk geschilderd door een kunstenaar, die met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid heeft geluisterd naar de naam Adriaen van Cronenburg. Rond dit portret is dus heel veel zeker: de zekerheid van de man, van de wijze van schilderen, van de maker van het portret (en het is stellig die vaste overtuiging, die ons, levend in een heel wat minder zekere tijd, boeit). Maar achter het vaste weten staan dan toch ook weer vragen en twijfels en onvolledigheid (en zulke zaken boeien ons misschien nog wel meer). Eén puzzle, de belangrijkste, is al geruime tijd geleden opgelost. Maar die oplossing is interessant genoeg. U moet weten, dat er in het Friesland van de zestiende eeuw talrijke portretten bewaard zijn gebleven, die zo vermoed den de kunsthistorici door één meester geschilderd zouden moe ten zijn. Maar wie was hij? Of liever, wie was zij? Het merk waardige was, dat enkele van die portretten gesigneerd waren. Uit die ondertekening had men de naam Anna gelezen en dat zou dan een Anna van Cronenburg geweest moeten zijn. Iets anders viel er niet te concluderen en men hield het dus op deze Anna, die uit de archieven bekend was en die uit zonderlijk vroeg het meesterschap bereikt moest hebben: er is name lijk een stuk bekend uit het jaar 1567 en toen zou deze Anna vijf tien jaar oud zijn geweest Het klinkt misschien wat apocrief, maar in de kunst is veel mogelijk. Maar alles is niet mogelijk. En het verhaal van de vlugge Anna werd al te apocrief, toen er een schil derij voor de dag kwam, dat zon der twijfel alweer door deze Anna vervaardigd zou moeten zijn, doch dateerde uit het jaar 1552, het jaar van haar geboorte! Waarmee Anna dan wel echt van de baan was. Maar waardoor het vragen op nieuw begon: wie was dan wel de meester van deze reeks portretten? Viermaal een a Het onderzoek schreed weer en kele stappen verder, toen een Bel gische kunsthistoricus een vondst deed. Hij ontdekte, dat tot dusver de naam helemaal verkeerd was

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1966 | | pagina 6