Gooi de rommel maar ergens neer '5' «v --v.- -it- .'.-'■■r.-W. -" .'V-' '-.r^ De industrieterreinen zijn gedegradeerd tot clandestiene vuil stortplaatsen. Hier ligt vooral afgedankt bouwmateriaal Een „schilderachtige'' verscheidenheid van rommel In het schemerdonker rijdt een vrachtauto over het industrie terrein, langzaam, alsof de chauffeur de weg niet kent. De man in de cabine kijkt niet alleen voor zich uit, maar ook aan alle kanten om zich heen. Is er onraad? Wordt hij gevolgd? Het is stil op het industrieterrein; de bedrijven staan stil, de mensen zijn naar huis. Het gele schijnsel van de straatverlichting valt over verlaten straten en het vlakke terrein. De man schrikt. In de verte ziet hij de lichten van een auto, die naderbijkomt. Opgedoken uit de tunnel onder de spoorlijn naar Sneek. Maar het is loos alarm. De auto zwenkt af en laat na en kele ogenblikken alleen de rode achterlichten zien. Dan stopt de vrachtauto langs de straat. De klep van de laad bak gaat open en vliegensvlug wordt de lading gelost: waarde loos afval van bouw- en sloopwerk, dat clandestien op deze open vlakte wordt gestort. Dat is de goedkoopste manier om de rom mel kwijt te raken. En niemand ziet het. Maar het mag natuur lijk niet en dat weet die chauffeur drommels goed. We hebben de open terreinen van de stad niet als aanvullende vuilstort plaatsen aangelegd. Wanneer de man thuiskomt, dan vindt hij zijn vrouw in een toornige stemming. Het zoontje heeft, bij haar afwezigheid, de middag spelend doorgebracht in het achtertuintje. Op het open veld bij de hoek van de straat heeft hij wat oude planken en latten gevonden („De mensen smijten die rommel maar overal neeren daarmee is hij achter aan het timmeren geweest. Een onduidelijk werkstuk, dat niet tot voltooing is gekomen en nu ligt de rommel daar. 't Is een schandaal. Een goed huisvader steunt zijn vrouw bij de moeilijkheden met de opvoeding der kinderen. En dus wacht zoonlief een pijnlijk moment; de bij het laden en lossen van vrachtauto's geharde handen leveren een aantal „doorslaande argumenten" op om de jongeman tot andere gedachten te brengen. We zouden dit fantasieverhaal nog wat kunnen uitbreiden en de vader, annex vrachtautochauffeur, een gesprek kunnen laten voeren met de buurman, over de gemeente die allerlei dingen nalaat. Dat is dan allemaal onbegrijpelijk, een schandaal enz. enz. Wij vermelden echter slechts, dat het opruimen van de clande stiene afvalhopen op de industrieterreinen en elders in de stad, waarmee de gemeente enige weken geleden is begonnen, zo n 35.000 gulden kost. Geld, dat betaald moet worden als premie op het gebrek aan openbaar fatsoen van velen, die men natuur lijk niet onfatsoenlijk mag noemen, want ze vegen thuis hun voeten op de deurmat en voeden hun kinderen in rechtscha penheid op. Voor die 35.000 gulden hadden we eigenlijk veel beter iets anders kunnen doen, maar dat kan er nu niet van komen. Wij vermelden tenslotte, dat aan de noordelijke ringweg, de Dammelaan, een grote kuil is gegraven voor bouwafval. Zou men deze rommel daar in het vervolg naar toe willen brengen, dan zal dit niet alleen prettig worden gevonden door de mensen van het stadhuis, maar door alle Leeuwarders. In het ijsbaankwar tier zagen we, tussen de bouwaivallen, de ze gevarieerde col lectie alval. Slechts de ratten weten er een dankbaar ge bruik van te maken De grote kuil aan de Dammelaan voor het storten van bouwafval.

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1966 | | pagina 5