Fa.Adema's Bouwbedrijf
13
BUNGALOWBOUW
I VERBOUW
Huizumerlaan 97 - Leeuwarden - Telefoon 26938 ONDERHOUDSWERK
VERDOOLDE VONTEN
Men raadt de verdere ontwikkeling reeds.
Toen de begieting over de hele linie veld
won, werden de grote kommen van de oude
vonten overbodig en zelfs lastig. In de vont
werd dan ook wel een platte koperen schaal
geplaatst. En tenslotte bleef die kleine
schaal, die aan de muur of de kansel kon
worden bevestigd, over. Die schalen kennen
we thans nog uit vele dorpskerken. Ze zijn
enerzijds het gevolg van het functieverlies
van de oude doopvonten. Want wat in het
De vont uit de kerk van Tjalhuizum is
echter vooral belangrijk om de kwaliteit van
het beeldhouwwerk, dat zo schrijft dr. D.
P. R. A. Bouvy in zijn samenvattende dis
sertatie over de middeleeuwse beeldhouw
kunst van ons land tot het beste behoort,
dat in Friesland werd gemaakt. De kom
is hier achtzijdig en elke zijde laat een hei
lige zien met zijn attribuut. Het wordt on
waarschijnlijk, dat in deze kommen, die vrij
vlak zijn gebleven, nog gedompeld werd.
protestantse noorden gebeurde, vond toch
ook wel plaats in het katholiek gebleven
zuiden. Ook daar zijn vele vonten vervan
gen, omdat de dompeldoop verviel. Ook daar
werden de oude en vaak indrukwekkende
bouwsels museumstukken, al zijn er de laat
ste jaren wel weer zoals dat bij ons in
Buitenpost het geval is teruggekeerd van
het museum naar de kerk.
Inmiddels is het hierboven genoemde func
tieverlies maar één kant van de zaak. Na
tuurlijk blijft gelden, dat het protestantisme
met heiligen, zoals die in Tjalhuizum de
vont vulden, niet van doen wilde hebben.
De synode van Harderwijk heeft in 1595 de
vonten met name genoemd, toen ze vroeg
of „die reliquien des affgoedischen paus-
doms eindlich einmael affgeschafft werden
mochten, als daer sijn die altaren, sacra
ments ende heylighen hueskens, dopstee-
nen". Er moet in die jaren veel zijn ver
nield, als men nagaat, hoe weinig ons nu
nog rest. Soms werd er niet vernield,
doch wel verwijderd: naar de toren
(want er zijn enkele vonten ontdekt bij op-
ff avingen onder torens), naar het land. de
timmermanswinkel en later ook naar het
plantsoen. Die bleven bruikbaar, soms uit
sluitend als slijpsteen voor messen.
Dot er tegenwoordig een nieuw inzicht
groeit, is verheugend. Enkele doopvonten
zijn teruggekeerd naar de kerk, waar ze
eens thuis waren. En verder ontmoet men
ze in de musea, waar ze hun eigen verhaal
vertellen. Een verhaal in hout, zoals de
vont van de Haskerveenpolder, of in steen,
zoals de voorwerpen uit Wier en Tjalhuizum.
Drie van de acht heiligen op de goti
sche doopvont van Tjalhuizum: van
links naar rechts Barbara te her
kennen aan de toren, waarin ze, vol
gens de legende, door haar vader werd
opgesloten, omdat hij haar verwijderd
wilde houden van christelijke invloeden
Petrus (met gesplitste baard) en Pau-
lus (met spits toelopende baard).