/TBokma
SAVE
DE
OLDEHOVE
L. H. RIJPSTRA
uit Muskegon (V.S.) maant
De taal
L_ Van oud5
sinds /BS
DAMES- EN HEREN
ouds Wigersma
is 1855
HERENMODE
NoauwB Tel.27984 Leeuwarden
Een trouwe en verre lezer van de Leeuwarder
Gemeenschap is de heer L. H. Rijpstra, 1983
Clinton Street te Muskegon in de Amerikaanse
staat Michigan, een havenstad aan het Michi-
qanmeer, waar hij met zijn vrouw een Hink
huis met een grote tuin bezit, met, aan de
qarage gebouwd, een broeikas. Bloemenkweken
is zijn lust en zijn leven. In de serre met acht
ramen kweekt hij orchideeën in 12 soorten. De
kinderen zijn getrouwd en wonen in andere
staten; zoon Jan Bert is arts te Anneville in
Kentucky, dochter Sjoerdje heeft aan de uni
versiteit van Michigan gestudeerd, oefent het
beroep uit van logopediste en woont in Wis
consin, waar haar man bosbouwkundige is.
Zo is de levensavond van Lambertus Rijpstra
die op 6 augustus 1895 in Leeuwarden werd ge
boren, op het adres Achter de Hoven, Johan-
nesbuurt V 46, als zoon van de rijtuigschilder
Marius Rijpstra (in 1903 overleden) en zijn
vrouw Sjoukje Jans Dijksma. In 1913 ging hij
naar Amerika en het zou tot 1963, dus precies
een halve eeuw, duren voordat hij zijn ge
boorteland en -stad terugzag. Hij schreef ons
nu een brief een lange brief over Leeuwar
den, dat hem nog altijd zeer na aan het hart
ligt. We laten er hier enkele delen van volgen
in de vorm van letterlijke citaten. U kunt daar
uit afleiden, dat het Nederlands hier en daar
met wat Engels is doorvlochten, maar toch in
die ïuime halve eeuw maar weinig heeft ge
leden.
„De grenzen van 1913 waren ongeveer in het
oosten de Tweede Kanaalbrug, in het zuiden
de spoorwegovergang bij de Schrans, in het
westen ongeveer bij de Groene Weide en in
het noorden bij het begin van de Groninger
straatweg Blij te vernemen, dat de publieke
opinion plus gemeenteraad tegen verder dem
pen van de stadsgrachten zijn. Het zou het
hele historie aspect van de binnenstad vernie
len! Jammer dat besloten is het Vliet te dem
pen tot oplossing van een van de vele traffic
problemen. Ik hoop, dat de drie oude pakhui
zen aan de zuidkant tegenover Koopmans in
tact blijven, na een volledige restauratie als
dit nodig is. Tezamen kunnen ze zonder veel
vertimmering verbouwd en ingericht worden
voor een museum.
Wat de restauratie van de Oldehove betreft,
daar moet direkt werk van gemaakt worden.
U schreef, dat het noodzakelijk was, maar van
wege financiën uitgesteld moet worden. Mijn
heer, dit kan niet uitgesteld wordenGa
naar de zakenlui, verenigingen, pak mr. Von
deling bij de arm en zie what hij kan doen
door het government. Dit is emergency. Save
de Oldehove!"
Terug in Leeuwarden
Na een halve eeuw zag de heer Rijpstra Leeu
warden terug. Dat was in 1963.
„Gedurende ons verblijf in Holland hebben we
Leeuwarden driemaal bezocht. Ik heb daar
geen familie meer, mijn vrouw een neef, maar
ook oude vrienden. In begin mei reden wij met
mijn neef, ds. N. Immink, mee naar Leeuwar
den. Hij is het hoofd van de Ned. Herv. jeugd
organisatie en had dikwijls vergaderingen in
Leeuwarden. Wij kwamen bij de Lemmer in
Me/. Koos Hiemstra te Murmerwoude heeft, onder toezicht van de kostuumcommissie
van de Fryske Kultuerried, deze zes fraaie Friese costuums gemaakt voor de wereld
tentoonstelling te Montreal in Canada. Na het gereedkomen werden de costuums ge
toond in het Kunstcentrum Prinsetün (Zie ook de foto op de voorpagina).
Tenslotte de taal.
„De moedertaal vergeet men nooit! U vindt
hoogstwaarschijnlijk af en toe een fout in
grammatica en zinsbouw en bij het nalezen
van de brief betrap ik mijzelf hier ook op. Dit
herinnert mij aan een gesprek met een bank
employé in Leeuwarden. Voor gemak en vei-
Friesland aan. Vandaar over Sneek naar Leeu
warden. Toen we Wirdum gepasseerd waren,
zagen wij langzaam de Oldehove en de toren
van de Roomse kerk boven de horizon verrij
zen! Toen kregen de emoties het beste van
mij. Graag wil ik bekennen, dat een traan over
mijn wang biggelde en toch kon ik wel juichen
van dankbaarheid, dat dit alles mij gegund
was".
Leeuwarden was groter geworden, er was veel
veranderd.
„Later in de zomer zijn wij weer teruggekomen
voor 14 dagen. In die tijd heb ik door Leeu
warden geslenterd en genoten. Vele oude din
gen en zaken waren verdwenen, o.a. the Phoe
nix, Hotel Doelen, Heeresociëteit, 't Gouden
Wagentje, het Klokje, Bloembergen Bank, mu
ziek op de Lange Pijp, marcherend 9de Reg.
Staffmuziek, Fries Coffeehuis, etc. Er waren
ook vele zaken, die er 50 jaar geleden ook
waren, o.a. Peek en Cloppenburg, Otma, Nier-
meyer, mag. 't Nieuwste, Jongstra bloemist,
Ganzevoort, Vroom en Dreesmann, Hofstede,
Van Hulsen (prachtzaak), Flottow, Hermans,
etc. Ook nieuwe winkels, o.a. Ket, thans op de
stille kant van de Nieuwestad, een prachtzaak,
die niet behoeft onder te doen voor de fijnste
schoenwinkels in New York, Chicago en De
troit!"
Dan waren er de oude vrienden
„Terwijl ik in Leeuwarden was, heb ik nog
enige oude vrienden ontmoet, o.a. Marinus Na-
berman, Van Heerewaarden, Van Nimwegen,
die vroeger zijn horlogezaak had in de kiosk
in de Koningstraat, naast Vuist, de sigarenwin
kel. Ook mijn oude vriend S. van Althuis, die
vroeger op het belastingkantoor werkte. Mijn
heer Bruinsma, de brugwachter le Kanaalbrug,
vriendelijke jongen, die nog mijn stamboom
heeft opgezocht en geschreven."
ligheid hadden wij ons geld ingewisseld voor
travelcheques, voordat we op reis gingen.
Toen ik op de Nieuwestad wandelde, zocht ik
vergeefs naar de bank van Bloembergen. Die
was echter verdwenen. Op de Wirdumerdijk
viel mijn oog op het kantoor van de Rotter
damse Bank. Toen ik een cheque aan de vrien
delijke bediende overhandigde, zag hij wel dat
ik van Amerika was en vroeg mij, hoe lang ik
in Amerika vertoefd had. Toen ik hem ver
telde (in het Hollands), dat ik in 1913 vertrok
ken was, en dat ik voor het eerst weer thuis
was, merkte hij op, dat ik nog zo goed Hol
lands sprak. Hij vertelde mij, dat een paar da
gen tevoren twee jongelui in de bank kwamen
om een cheque in te wisselen. Toen de be
diende hun in het Hollands vroeg welke domi-
natie van geld zij wilden hebben, konden ze
hem op hun manier niet verstaan. Toen de
bediende hun daarna in de Engelse taal vroeg,
konden ze hem ook niet verstaan. Ze waren
vier jaren in Canada geweest en konden zo
genaamd het Nederlands niet meer spreken of
verstaan, maar waren beslist niet in staat het
perfecte Engels van de bediende te verstaan!'