Nieuw stelsel van riolen moet leiden naar
zuiveringsinstallatie
TEAKËLAARiHAJVTOOK HELLEMA A ÏA.
Weer leven in het water
Hot ad res Hinds 1S98 voor onroerende jjoetleren
Bij onze rioolwaterzuiveringsinstallatie gaat
het echter anders en wat ingewikkelder. De
hierbij afgedrukte tekening brengt dit systeem
schematisch in beeld, sterk vereenvoudigd en
met weglating van het meervoud, waarin ver
schillende onderdelen aanwezig zullen zijn. Het
gaat hier alleen om de wegen, die het riool
water heeft af te leggen naar het beoogde doel;
wegen, die dus leiden naar de afvoer van ge
zuiverd water en het verkrijgen van uitgegist
slijk.
Water
De splitsing tussen deze twee wegen ontstaat
al in belangrijke mate bij het begin en wel in
de zogenaamde voorbezinktanks. Het riool
water, uit heel de stad hier verenigd, wordt
onder in deze tanks gebracht. Bij het opstuwen
zakken de bezinkbare delen, waarbij ze door
een draaiende slijkruimer naar het midden, in
de slijkzak worden gedreven. We laten dit
slijk daar nu even met rust en kijken eerst,
wat er met het bovendrijvende, nog altijd sterk
verontreinigende, water gebeurt.
Dit water wordt overgevoerd naar beluchtings
tanks, grote ovale betonbakken met een schei
ding in het midden, zodat als het ware twee
kanalen ontstaan. Het is duidelijk, dat we hier
te maken hebben met rioolwater, dat een veel
minder grote vuilconcentratie bezit dan dat
in de voorbezinktank. Het moment is derhalve
gunstig, om onze vrienden, de aerobe bacte
riën uit te nodigen hier hun vuilafbrekende
werkzaamheden aan te pakken, waarbij we, bij
wijze van aanmoediging, het zuurstofgehalte
wat gaan verhogen, om hun tot extra activiteit
te prikkelen en om hun ontijdig versterf te
voorkomen. Dat gebeurt met beluchtingsro-
toren, bestaande uit een systeem van schoepen
met borstels, die ongeveer 16 centimeter in
het water steken. Het zou ons te ver voeren
het gehele biochemische proces in deze be
luchtingstanks te beschrijven. Genoeg is, dat
het water hier nagenoeg wordt gereinigd en
dat we verder te maken krijgen met een hu-
musachtige substantie. Dit is het surplus-slib,
dat gedeeltelijk bezinkt en daarna vermengd
wordt met het slijk uit de voorbezinktanks.
Dit surplus-slib gaat ook voor een deel met
het water naar de nabezinktanks.
In deze nabezinktanks krijgt het dan nog aan
wezige slib de gelegenheid te bezinken en het
wordt daarna als retour-slib teruggebracht
naar de beluchtingstanks. Daar wordt het met
nieuw aangevoerd rioolwater vermengd. Dit
zogenaamde beluchte slib helpt het afbraak
proces in stand houden en heeft dus voor de
werking van de installatie grote waarde.
Het bovendrijvende water in de nabezinktanks
is dan zuiver genoeg om op open water te
worden geloosd. Dat gebeurt, zoals gezegd,
dus op de Wijde Greuns.
en slijk
De ene weg is nu afgelegd, rest ons de tweede.
Die begint in de slijkzak van de voorbezink
tanks, waar het bezonken slijk wordt samen
gebracht. Het komt, samen met het bodem
bezinksel van de beluchtingstanks, in de slijk-
indiktanks, waar een nieuw proces van be-
zinking zorgt voor een globale scheiding tus
sen overgebleven vocht en vaste bestanddelen.
Het bovendrijvende afvalwater wordt terug
gevoerd naar het begin van de installatie en
maakt daar dus deel uit van het aanvoermate-
riaal voor de voorbezinktanks. We hebben nu
dus alleen nog te maken met het ingedikte
slijk onderin de slijkindiktanks en dat wordt
via een gasverwarmingsinstallatie, de slijkver-
warming, naar de slijkgistingstanks gebracht.
In deze gesloten torens nu treden de anaerobe
bacteriën op, gestimuleerd door de toegevoeg
de warmte, gelijk ze dit ook doen in onze
grachten op warme zomerdagen. Het is een
onfrisse bedoening in deze grote ruimte en dat
is de eerste reden voor de afsluiting daarvan.
De andere is, dat men boven de massa de vrij
komende gassen kan verzamelen en daaruit
kan het brandbare methaan worden gehaald,
dat (onder meer) voor de slijkverwarming
wordt gebruikt. Is dit gistingsproces voltooid,
dan kan het reukloze eindprodukt worden af
gevoerd naar de slijkvelden en daar worden
uitgespreid.
Wanneer we het rechte profijt willen trekken
van de rioolwaterzuiveringsinstallatie (en wat
zou men anders willen, wanneer men er zes
tien miljoen voor heeft betaald?), dan dient
het rioolwater ongehinderd deze inrichting te
kunnen bereiken. Dit betekent dus, dat het
hele rioleringsstelsel op één plaats moet uit
monden en wel in het oosten van de stad, bij
de Greuns.
De bestaande riolering is daarop natuurlijk
niet ingesteld. De riolen komen nu op verschil
lende plaatsen uit op het open water en daarin
moet dus verandering worden gebracht.
Een extra probleem is daarbij, dat men bij dit
nieuwe systeem de afvoer van rioolwater niet
kan bewerkstelligen uitsluitend door verval in
de afvoerleidingen. Inderdaad loopt water nog
altijd naar het laagste punt, maar wanneer we
dit bij de zuiveringsinstallatie zouden creëren,
dan zou dit eindriool door de grote afstand
tussen begin- en eindpunt op een volkomen
onhandelbare diepte komen te liggen.
Daarom krijgen we niet alleen een nieuw cen
traal rioleringsstelsel, maar onderweg worden
bovendien op verschillende punten rioolgema
len gebouwd. Eén daarvan is al klaar en dat
vinden we bij de Borniastraat. Het vijzelt
het uit Leeuwarden-zuid komende rioolwater
op en daarna kan het verder zijn weg vinden
naar de zuiveringsinstallatie. Bij de oude vee
markt, ten zuiden van de Verlaatsbrug, komt
We zijn nu klaar met ons verhaal over de
rioolwaterzuiveringsinstallatie, op één punt na
en dat betreft de kosten. Alles met elkaar
wordt aan dit grote werk de ronde som van
zestien miljoen gulden besteed. Dat is de prijs,
die we moeten betalen aan een zo elementaire
zaak als de hygiëne van onze plaatselijke sa
menleving. Een samenleving, die te groot is
geworden om de natuur zijn eigen gang te
laten gaan. Verwacht kan worden, dat de in
stallatie begin 1969 voor gebruik gereed zal
zijn. Maar met deze geforceerde en geconcen
treerde zuivering van het afvalwater zijn we
er niet. We hebben er ook nog voor te zorgen,
dat het rioolwater de plaats bereikt, waar het
verwerkt kan worden. Dat is een apart hoofd
stuk in dit verhaal u vindt het hier beneden.
gemaal nummer twee, dat voor de bemaling
gaat zorgen van de stamriolen in west en een
deel van noord. Dit gemaal is thans in aan
bouw. Een derde komt bij de Bleeklaan en ver
zorgt oost en een deel van noord.
Met verval en met de gemalen wordt dus het
transport van het rioolwater naar de rioolwa
terzuiveringsinstallatie bewerkstelligd. Op het
hoogste punt ligt de bodem van de riolen
1.40 m onder het straatoppervlak, op het
laagste (bij de gemalen en bij de zuiverings
installatie dus) 4 tot 4.50 meter. De opvoer-
hoogte van de gemalen is 3.50 tot 4 meter.
Het zal u wel bekend zijn dat er momen
teel hard wordt gewerkt aan de aanleg
van het centrale rioleringsstelsel, opdat dit
gereed is wanneer de zuiveringsinstalla
tie kan gaan „draaien". Het zuiden en het
westen hebben hun grote beurt al gehad
en momenteel is men in het oosten bezig.
Het hiernaast afgedrukte kaartje brengt dit
plan voor de centrale riolering in beeld.
De totale kosten zijn nog niet nauwkeurig
vast te stellen, maar we mogen wel aan
nemen dat met dit werk, inclusief de ver
beteringen van de straten, zo'n 11 miljoen
gulden is gemoeid.
En dan kunnen er nog allerlei aanpassings
moeilijkheden van de overige riolen ont
staan, die uiteraard ook tot een verzwa
ring van de lasten zullen leiden.
Een „voorschotje" op de gunstige werking van de rioolwaterzuivering hebben de bewo
ners van t Nijlan inmiddels gekregen. Toen het rioolgemaal bij de Borniastraat noq niet
werkte, was het water van de langgerekte vijver in dit stadsdeel even sterk vervuild
als dat in de binnenstadsgrachten, maar nu is er al op een opvallende manier klaarheid
ontstaan. Merkwaardig is, dat er dan ook weer leven in dit toch afgesloten water ont
staat. De beroepshengelaars gaan hier nog niet langs de kant zitten, maar de jongetjes
met hun primitieve hengeltjes proberen daar dicht bij huis hun slag te slaan En al
vangen ze niet veel, er komt toch af en toe een aaltje boven water, om te bewijzen,
dat het leven zich weer in dit water kan ontwikkelen.
Overigens levert de rioolbemaling voorlopig alleen maar een verplaatsing van de moei
lijkheden op. Het vuile water gaat nu naar elders. Maar voor de bewoners van 't Nij
lan (en voor anderen) is dit toch wel een bewijs voor de deugdelijkheid van de plannen.
Nieuweweg 7-9, Leeuwarden - Telefoon 23117*
O—
10