het EïsiïiiMEimiir Romantisch plekje bij Leeuwarden tussen Goutum en Wirdum Het Eysinga-kerkhof ligt midden in de weilan den tussen Goutum, Barrahuis, Wirdum en Swichum, niet ver van de plaats waar het Oude Diep zich afsplitst van de Wirdumer vaart. Tegenwoordig komen er maar weinig mensen meer langs, maar vroeger was dat anders. De begraafplaats ligt namelijk aan de Aid Swichumerdyk, waarlangs eeuwenlang ieder ging die van of naar Swichum moest, omdat deze weg de enige verbinding was tus sen dit dorp en de rest van de bewoonde we reld. Sinds Swichum echter een rechtstreekse verbinding heeft met zijn buurdorp Wirdum en met de weg van Goutum naar Warga, is de Aid Swichumerdyk buiten gebruik geraakt. De weg is er nog wel; hij begint bij Nij Barrahüs (de boerderij met het soldaatje), kruist de nieuwe autoweg en loopt dan door het land langs Bumastate, langs het genoemde kerkhof en langs een huis met de mooie naam het He- meltsje, maar als men de weg langs wil wan delen, zal men wel hier en daar over een hek moeten klimmen en men zal niet moeten schrikken als men ziet, dat hij ergens door een echte „jister" gaat. Bovendien moet men er rekening mee houden, dat de „set" over de Wirdumervaart, even voorbij het Hemeltsje, verdwenen is en dat de weg ondanks zijn naam de mensen niet meer naar Swichum kan voeren. Uit het voorgaande blijkt wel, dat het volgen van de Aid Swichumerdyk niet de meest ideale manier is om bij het Eysinga-kerkhof te ko men. Er is echter een andere weg, die Oudtijds was de grietenij Leeuwarderadeel verdeeld in drie stukken. Deze stukken, die elk ongeveer een derde deel van het grondgebied van de grietenij in beslag namen, werden trimdelen genoemd. Een trimdel of trimdeel is namelijk het oudfriese woord voor derde deel. Er was in de eerste plaats een noorder trimdeel. Dit strekte zich uit ten noorden van de Jelsumer vaart en het omvatte de dorpen Hijum, Finkum, Stiens, Britsum, Kornjum, Jelsum, Lekkum en Miedum. Dan was er het middel trimdeel, waarin de dorpen Oldehove, Nije- hove en Hoek (het latere Leeuwarden) lagen. Dit deel be hoorde tot het rechtsgebied van de stad Leeuwarden en ging later ook geheel tot de stad behoren. Tenslotte was er het zuider trimdeel. Dit lag ten zuiden van de Potmarge en om vatte de dorpen Huizum, Goutum, Teerns, Hempens, Swichum en Wirdum. Dit laatste trimdeel behoort tegenwoordig net als het middelste tot de gemeente Leeuwarden. Op 1 januari 1944 is het, samen met de dorpen Lekkum en Miedum uit het noor der trimdeel, bij de stad gevoegd en de situatie, die zo ontstond door een maatregel van de bezetters, is na de oorlog gehand haafd. Daardoor bestaat de gemeente Leeuwarden tegenwoor dig uit een stedelijk en een landelijk deel en midden in dit landelijk deel van onze gemeente willen we deze keer eens een kijkje nemen op een zeer bekoorlijk, maar bij velen onbe kend plekje: het Eysinga-kerkhof. ook niet volgens de beste wegenbouwkundige methodes is aangelegd, maar die toch zeker begaanbaar is voor fietsen en als het moet ook nog wel voor auto's: vanaf de weg van Werp- sterhoek naar Wirdum loopt deze weg recht streeks naar de begraafplaats. Het eerste ge deelte is een z.g. „reed", het laatste gedeelte is zelfs verhard. Auto's moeten langs deze weg heen en terug rijden, fietsers kunnen hun weg vervolgen door bij de begraafplaats rechtsaf te gaan. Ze moeten dan een klein eindje de hier verharde Aid Swichumerdyk volgen, dan linksaf slaan en door het land naar de boer derij „de Hem" fietsen. Die boerderij ligt aan de Wirdumervaart, die men over kan steken over een mooie hoge „tille". Verder kan men dan over een met klinkers verharde weg rij den, tot men de weg van Goutum naar Warga bereikt. De begraafplaats. Het Eysinga-kerkhof met zijn hoog opgaand geboomte is een romantisch plekje. Dit komt niet in de laatste plaats door de vervallen staat waarin het zich bevindt. Binnen een gracht ligt de begraafplaats als een eilandje, omgeven door een afgebrokkelde muur van gele stenen. In het midden liggen de oudste graven, acht in getal, gedekt door verweerde, met mos begroeide zerken met onleesbare op schriften. Het zijn alle graven uit de negen tiende eeuw. In een hoek ligt een zerk van jongere datum. Hij dekt het graf van jhr. Julius Burmania van Humalda van Eysinga, die in Leeuwarden geboren werd in 1876 en in 1938 in Brussel overleed. Aan de andere zijde ligt, omgeven door een heg, een grote dubbele grafkelder. In het ene gedeelte ligt een kind begraven, de andere helft is de laatste rust plaats van jhr. Idzerd Frans Humalda van Eysinga, die in 1843 in Leeuwarden geboren werd en in 1907 in Den Haag overleed. Hij was subsituut-griffier en raadsheer van het gerechtshof van Leeuwarden, schoolopziener, lid van de Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten, lid van de Tweede Kamer en tenslotte lid van de Raad van State. Voor zijn begrafe nis is in 1907 de weg aangelegd die nu naar de begraafplaats voert. Naast hem is zijn tweede echtgenote jvr. Tjallinga, Wilhelmina, Camstra van Andringa de Kempenaer begra ven. Zij overleed in 1908. Van de stichting van de begraafplaats is niets bekend. Over de ouderdom zouden de oudste zerken iets moeten zeggen, maar de opschril- ten zijn, zoals gezegd, onleesbaar. De eerste keer dat er sprake is van de begraafplaats is in 1828. Dan staat er in de Leeuwarder Cou rant dat jhr. F. J. J. van Eysinga er 's morgens om zes uur begraven is, nadat zijn lichaam langs de Wirdumervaart per trekschuit ver voerd is, vergezeld van 16 dragers. Waar schijnlijk is reeds een kwart eeuw eerder de begraafplaats aangelegd. Toen de Fransen hier de baas waren, liet Napoleon namelijk het be graven in de kerken verbieden en veel adel lijke en patricische families, die voordien vaak een grafkelder in de kerk gebruikten, moesten omzien naar een andere begraafplaats. Som mige families gingen toen een algescheiden stukje van een kerkhof gebruiken, zoals b.v. in Oudkerk Van Sminia), ldaard (Bergsma) en Leeuwarden (Oude Begraafplaats). Andere families lieten een privé-begraafplaats aanleg gen, zoals we die nog kennen bij Leeuwarden (Dorhout), Cornjum (o.a. Vegelin van Claer- bergen), Weidum (Buma), Olterterp (Boelens), Hemrik (Van der Sluis) en zoals dus in Wir dum voor de familie Van Eysinga.

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1967 | | pagina 8