ook. Bovendien, de afstanden zijn maar klein. Wat is tegenwoordig 2 uur rijden met de auto? In Holland vindt men dat een geweldige tijd, maar ik heb in het buitenland gewoond en daar zijn afstanden van 200 km heel gewoon. Daar komt bij, dat wij helemaal geen behoefte hebben om naar steden als Amster dam of Den Haag te gaan. Men praat over Amsterdam als het Mekka, maar wat moet ik daar doen? Mijn vrouw is van origine Engelse en zij denkt er al net zo over. Zij houdt van de natuur en van tuinieren. Waar kun je dat beter doen dan hier?" Kolonel Wijting kan vergelijken, want hij is op alle luchtmachtonderdelen in Nederland geweest. Als piloot aan de knuppel van een Starfighter vliegt hij nog iedere week een paar uur over heel West-Europa. „Ik blijf vliegen zolang het kan. Als piloot op deze supersnelle toestellen kun je je het best op de hoogte stellen van wat je personeel doet. Ik kom er zo achter wat er in dit bedrijf omgaat, wat de moeilijkheden zijn. Ik kan er over praten en dat schept de beste band." Het gesprek wordt onderbroken omdat een Beaver van Ypenburg wordt aangekondigd. Daarin blijkt de minister van landbouw Lardinois te zitten, die voor de opening van het nieuwe CCF-gebouw naar Leeuwarden komt. Als commandant van de vliegbasis gaat de kolonel hem verwelkomen. Dat brengt ons, na zijn terugkeer, op de representatieve werkzaamheden van een basiscommandant. „Het is een beleefdheidsgeste; ik vind het plezierig om dat er bij te doen. Hier op Leeuwarden is het wel niet zo druk met het ontvangen van officiële personen, maar juist daardoor beleef je er nog plezier aan. Op bases als Soesterberg en Ypenburg gebeurt dat zo vaak, dat het een soort corvee wordt. Dat zou mij niet liggen." Aan de wanden van zijn bureau hangen naast planborden en schema's persoonlijke herinne ringen van de kolonel. Op een ingelijste tekening wordt hij afgebeeld in een zeilboot, die voorzien van vleugels, een start vanaf het wateroppervlak maakt. Kolonel Wijting blijkt een hartstochtelijk zeiler te zijn en ook die liefhebberij blijkt de gang naar Friesland voor hem niet een zware te hebben gemaakt. Hij vertelt bezig te zijn met een zeilboot voor zijn zoon Duncan, die 11 jaar is. Hij heeft voor hem een polyester romp van een Flying Junior gekocht, die hij zelf afbouwt. In de hobbyshop voor houtbewerking brengt kolo nel Wijting nu zijn vrije uren door met de opbouw van die zeilboot. Zelf heeft hij een BM die voor de zomer vanuit Vinkeveen naar Grouw zal worden overgebracht. De vakantieplannen voor het gezin Wijting zijn daardoor al komen vast te staan. „We wonen hier in een puur vakantieland. Ik neem van de zomer af en toe een paar dagen vrij om er met de boot uit te trekken. Mijn zoon gedraagt zich aan boord als een echte commandant. Hij was toe aan een eigen boot." Kolonel Wijting vindt dat er tussen het besturen van een vliegtuig en het sturen in een zeilboot grote overeenkomsten zijn. „Een vlieger zal gauw zeilen leren, want de theorie van de aërodynamica kent hij al. Hij zal daarvan in het algemeen meer weten dan de meeste wedstrijdzeilers." De commandant van de vliegbasis is door zijn functie tevens garnizoenscommandant van Leeuwarden en dat brengt hem nogal eens in de stad. „Dat is vanaf het begin geweldig geweest hier. Ik kreeg veel uitnodigingen. Het contact in Leeuwarden bleek veel beter te zijn dan elders in Nederland. We hebben mensen ontmoet, die nu onze vrienden zijn. Het contact burger-militair is hier uitstekend. Ook met de mensen uit de directe omgeving van de basis. Ze komen hier bij je. Ze bespreken hun problemen. Vorige week wa ren hier bestuursleden van het waterschap om over de bemaling van de basis te praten. Waar maak je dat elders in het land mee? Ik vind het geweldig. Zo is het ook met de geluidshinder gegaan. De onwonenden hebben er begrip voor, dat een straaljager veel lawaai maakt en dat ze ook 's Op 11 april opende de minister van landbouw en visserij, ir. P. J. Lardinois, het nieuwe, 44 meter hoge kantoorgebouw van de Coöperatieve Condensiabriek Fries land. Zijne excellentie kreeg bij deze gelegenheid van het dakterras een indrukwek kend overzicht van het agrarische centrum Leeuwarden (de stad is natuurlijk ook op andere gebieden het centrum van Friesland, maar voor deze minister laten we het nu maar zo). Minister Lardinois is op dit moment evenwel minder verdiept in het panorama van Leeuwarden dan in de kwesties van melk, kaas en andere zuivel producten, welke ir. J. B. Ritzema van Ikema, directeur van de C.C.F., hier op hoog niveau (in de dubbele zin van het woord) met hem opneemt. U ziet beide heren (de heer R. v. I. hall op de rug gezien) ongeveer in het midden, beiden met een voet op de rail. Meer naar voren wijst burgemeester Brandsma in de verte iets aan het zou ons niet verwonderen wanneer zijn vinger was gericht naar de toekomstige weg naar Drachten, waar deze over het Van Harinxmakanaal en door het Aldlan komt te lopen. avonds moeten vliegen. Mijn voorgangers hebben steeds voor een begrip hiervoor bij de burgerij gezorgd. Over zijn personeel op de vliegbasis zegt kolonel Wijting: „Er is geen basis in Nederland waar de mensen zolang achter elkaar zitten als hier. Dat komt omdat, wanneer er tegen iemand wordt gezegd: jij gaat naar Leeuwarden, wordt gereageerd met: moet dat nou, kan ik daar niet onderuit? Terwijl de mensen die hier zitten bij het horen van hun overplaatsing naar elders zeggen: moet dat nou, kan ik hier niet nog een tijdje blijven zitten? Daar wordt rekening mee gehouden. Er zijn mensen, die hier langer dan 12 jaar zitten. Ze willen niet meer weg. De huisvesting in Leeuwarden en de omgeving is bijzonder goed. De tijd, dat de bases van de luchtmacht doorgangshuizen waren, is voorgoed achter de rug. Het is nu een groot bedrijf, waar behoefte is aan mensen, die alles van de zaken afweten. Alleen, ze moeten fris blijven. Dommelt iemand in, dan is het tijd dat hij wordt overgeplaatst." Hoewel de leden van het gezin Wijting geen stadsmensen zijn, komen ze natuurlijk toch veel in Leeuwarden. De vrouw van de kolonel doet er haar inkopen en dat bevalt haar best. Dochter Susan (18) volgt in de stad een cursus voor analiste en zoon Duncan zit op de Telemannschool. De basiscommandant gaat 's avonds vaak naar voorstellingen in de Har monie, waar hij en zijn vrouw van houden. En ook daar ontmoeten zij hun vrienden: Leeuwarders onder elkaar. Op 9 april bezocht een groep V.V.V.-intormatrices, gestationeerd langs de Groene Kustweg, Leeuwarden. Onder de dames waren verschillende uit het Duitse Grüne Küstenstrassegebied. In het Fries Museum werd halt gehouden voor het portret van Saskia, de enige Rembrandt, die Friesland rijk is.

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1968 | | pagina 7