5 Verklaring bij loto vanai de Oldehove op de opgravingen. 1 en 2. Fundamenten van twee torens in de westbouw van de ro- maanse, tufstenen kerk uit 1100. 3. Profieldam door het werk op het Oldehoofsterkerkhof. 4. Zuidmuur van het schip van de romaanse kerk. 5. Muur van de overgang van het schip naar het koor waarop de cirkelvormige triomfboog rustte. 6. Zuidmuur van het koor. 7. Noordmuur van het koor. 8. Cirkelvormige sluiting van de oostelijke muur met het noorde lijke trancept (kruisbeuk). 9. Noordelijke muur van het noordelijk trancept. 10. Noordelijke muur van het schip. 11 t/m 16. Funderingen van de kolommen (pilaren) van de gotische, bakstenen kerk. 17. Plaggenstroken van 80 x 25 cm, die waarschijnlijk de wanden vormden van een huis of boerderij van voor 1000. scherf uit de romeinse tijd gevonden, waar schijnlijk uit de tweede eeuw. Drs. Halbertsma neemt niet aan dat deze scherf aan een vroeg ste bewoning van Oldehove moet worden toe geschreven, maar veronderstelt dat de scherf in het tufsteen naar hier is meegekomen. Wel zijn geraamten opgegraven, die onder de bodem van deze tufstenen kerk zijn begraven. Het zijn dus skeletten uit de twaalfde eeuw ongeveer. Er is wel een scherf van een kogelpot gevon den, die stamt uit omstreeks het jaar 1000. Er wordt aangenomen, dat deze scherf wel duidt op een bewoning van de terp Oldehove. Of Oldehove een terp is geweest, ja of nee, daar over kan men verschillende opvattingen heb ben. De opgravingen op het Oldehoofsterkerk hof hebben duidelijk aan het licht gebracht, dat Oldehove een zodenheuvel is, door de bewoners kunstmatig opgeworpen. De structuur bestaat uit kleizoden, waarin veel zavel (een mengsel van klei en zand) voorkomt. Waarschijnlijk zijn deze gestoken uit de kwelders van de Middel zee. Of men een opgeworpen zodeheuvel nu wel of niet een terp noemt, omdat hij minder hoog is dan andere Friese terpen, is dan van weinig belang. Uit dezelfde tijd als de fundamenten van het tufstenen kerkje is ook een tufstenen grafkeldertje, dat ten zuidoosten van de toren Oldehove werd blootgelegd. Hierin bevinden zich ongetwijfeld één of meer skeletten, maar met de verdere opgraving hiervan wordt nog even gewacht. Tot twee meter De opgravingen, die halverwege september iets meer dan een meter diep waren gevorderd, gaan door. Drs. Halbertsma vertelde dat men op sommige plaatsen tot 50 centimeter boven N.A.P. wil gaan. Hij hoopt onder de tufstenen kerk nieuwe aanwijzingen te vinden omtrent activiteiten van onze voorouders op de terp Oldehove. Men hoopt op nog oudere resten en wellicht andere fundamenten van kerken. De veronderstelling, dat onder de tufstenen kerk nog resten van een voorganger liggen lijken redelijk, omdat uit de tijd van Lodewijk de Vrome, in 834 veel aan de kerstening van de Saksen werd gedaan. Men hoopt op het Oldehoofsterkerkhof aanwij zingen te krijgen voor de veronderstelling dat het beroemde en rijke klooster van Corveij in Westfalen, Duitsland, ook belangen heeft ge had in de nederzetting Oldehove. Een in de negende eeuw over Oostergo regerende graaf zouden door Lodewijk de Vrome alle bezittin gen zijn afgenomen, waarna ze werden toege voegd aan de kroondomeinen. De opvatting be staat, dat een deel naar het klooster van Cor veij ging, dat daarmee op Oldehove een kerk stichtte. Van deze eerste kerk, die dan van hout moet zijn geweest, hoopt men nog sporen terug te vinden. Tevens zal nog een profielsleuf worden gegraven in de richting van de Grote Kerk straat in de hoop daarin de bewijzen terug te vinden voor de loop van de gracht of sloot om het Oldehoofsterkerkhof. Zo verricht de Rijksdienst voor Oudheidkundig Bodemonderzoek in Leeuwarden belangrijk werk. De gevonden voorwerpen zullen onge twijfeld bewaard blijven en ook de tufstenen grafkelder zal waarschijnlijk verhuizen naar het Fries Museum. De andere resten, fundamen ten enz., zullen worden afgevoerd en vervan gen door zand. Over enkele maanden zal het Oldehoofsterkerkhof zijn geheim hebben prijs gegeven en zal de geschiedschrijving van Leeu warden, althans voor dit gedeelte van de stad, herzien dienen te worden. De heer A. van Pernis, opgravingsleider, veronderstelt een 5-beukige gotische kerk te vinden. Een soortgelijk werk is er in Friesland nooit gevonden. Onder de graven uit de 12e eeuw hoopt men paalkuilen te vinden, die afkomstig zijn van een houten kerkje uit 1000.

Historisch Centrum Leeuwarden

Leeuwarder Gemeenschap | 1968 | | pagina 5