Missive van Gouverneur aangaande een verbeterde tijdsaanwijzing der openbare
uurwerken, door regeling van deze naar de middelbare tijd, met verzoek te rapporte
ren aangaande de toestand van het openbare uurwerk alhier, en van de zonnewijzer in
de nabijheid, en aan wie de vervaardiging of plaatsing van een zonnewijzer alhier zou
kunnen worden opgedragen.
Gesteld in handen van het Raadslid C. Kuipers. 22-8-1835, 6.
Aan Gouverneur wordt bericht, dat het Raadslid C. Kuipers zich wel zal wil
len belasten met het toezicht op het onderhoud van het uurwerk op de toren, de zon
newijzer. 13-10-1835, 2.
Inzending door Oppertoeziener der Stadsuurwerken van rapport, waaruit blijkt,
dat de regeling voldoet.
Voorgesteld wordt alle stadsuurwerken door een deskundige te doen controleren.
Wordt overgelaten aan B. en W. R7-10-184i 5.
Verzoek van enige inwoners (o.m. Mr. W.W. Buma) om het 's namiddags luiden
van de klok van de Nieuwe Toren weder op de vorige, van ouds gebruikelijke, wet te
herstellen.
Afgewezen. R3-2-1842, 7.
Missive van de Oppertoeziener op de regeling der klokken naar de middelbare
tijd aangaande de herstelling der Stads uurwerken in het algemeen, en het onderhoud
van deze in het vervolg, daarbij ter beoordeling inzendende een reglement, ontworpen
door hem en de uurwerkmaker Veenstra Jr., waarnaar de kloksteller van de Nieuwe To
ren zich zal hebben te richten.
Gesteld in handen van Mr. J.H. van Boelens en O.P. Waller. 25-6-1842, 15.
Missive Ged. Staten, houdende aanbeveling van de Tijdbewaardervolgens het
samenstel van de mechanicus A. Kaiser te 's Gravenhage.
Op grond van de missive van Oppertoeziener op de regeling der Stads klokken naar
middelbare tijd, wordt deze gemachtigd om te beschikken over 70,a 80,
voor aankoop van een tijdbewaarder17-11-1846, 13.
Mededeling door de Oppertoeziener op de middelbare tijd alhier, van de ontvangst
van de aan A. Kaiser te 's Gravenhage bestelde bewaarder, etc.
5-5-1847, 19.
Aanbeveling door Ged. Staten der tijdbewaardersvolgens de samenstelling van
de mechanicus A. Kaiser, ter regeling van de uurwerken naar de middelbare tijd.
Gesteld in handen van de Oppertoeziener op de regeling der klokken om bericht.
20-6-1847, 2.
Voorstel van J. Vitringa Coulon, aangaande het dagelijks en gewone luiden der
klokken.
Aangezien thans geen klok meer op een bepaald uur wordt geluid, en men bij ongunstige
harde wind het slaan van de klok niet overal kan horen, is men soms enige dagen on
kundig van de tijd.
Daarom wordt voorgesteld:
1 De klok van de Nieuwe Toren te luiden een uur lang te 7 uur 30, 12 uur, 5 uur
en 9 uur 45.
2. De kleine klok van de Oldehove niet meer te luiden 's morgens om 4 uur, maar
eveneens op de bovengenoemde tijden.
Gesteld in handen van Commissie:
Mr. W. Albarda, I. Eekma, N. Fockema. R11—8—1842, 8.
Besloten hieraan geen gevolg te geven, daar de arbeidende klasse de tijd zeer
wel kent, en veelal in het bezit is van horloges en huisklokken, terwijl het veelvul
dige klokgelui voor de omwonenden hinderlijk is. R8-9-1842, 4.
Verhuisdag
Door Gouverneur wordt bericht, dat Resol. Staten van Vriesland 12-4-1792,
houdende, dat, als 12 Mei op Zondag valt, er verhuisd moet worden op 13 Mei, nog
steeds van kracht is. 27-4-1816, 3.
Besloten de verhuisdag te stellen op Maandag 15 Mei, daar Vrijdag 12 Mei week
markt is, Zaterdag niet kan wegens de Joden, en Zondag evenmin.
25-4-1820, 3.
Wegens het vallen van 12 Mei op de Sabbath, wordt de verhuisdag dit jaar ge
steld op Maandag 14 Mei. 5-5-1821, 14.
Wegens het vallen van 12 Mei op Zondag, wordt de verhuisdag dit jaar gesteld
op Maandag 13 Mei. 4-5-1812, 11.
In verband met het vallen van 12 Mei op Hemelvaartsdag, wordt de verhuisdag
dit jaar bepaald op Woensdag 11-05-1825. 6-5-1825, 16.
De verhuisdag wordt dit jaar gesteld op Donderdag 11 Mei, daar deze anders
op de marktdag zou vallen. 9-5-1826, 8.