348.
Toegestaan door Prefect bij Besluit 29-4-1812. Index M 1811/12
folio 91, N3
(22-4-1812)
Toezending van verzoek van J. Posthumus, om alhier 3 kindervoorstellingen te
mogen geven.
Gunstig advies bij Missive N22 1
Toegestaan bij Besluit 1-8-1812. Index M
29-7-1812
N201
Toezending van verzoek van B.G. Rinia van Nauta, in kwaliteit, om toestemming
voor een gezelschap om tijdens het a.s. winterseizoen komedie te mogen spelen.
Geadviseerd bij Missive N224.
Toegestaan bij Besluit 24-8-1812, N251. Index M
1-8-1812, N209
Na 1813.
Verzoek van Johannes Posthumus om, wegens zijn bekrompen omstandigheden, tij
dens de winter enige voorstellingen met zijn kindertoneelgezelschap te mogen geven.
In verband met de gunstige aanbeveling door de Gouverneur, wordt toegestaan in
Dec., Jan., Febr. en Maart 1 keer een voorstelling te geven.
M22-11-1814
Verzoek van Arend Hoetink om enige toneelvoorstellingen te mogen geven.
22-1-1814, 1.
Afgewezen. 25-1-1814, 2.
Verzoek van Johannes Posthumus om voorstellingen te mogen geven met de kinder
komedie
Afgewezen. 1-2-1814, 10.
Wederom een verzoek alsboven.
Afgewezen. 23-2-1814, 9.
Wederom een verzoek alsboven.
Afgewezen. 3-5-1814, 5.
Verzoek van Johannes Posthumus om op 24-8-1814 en in het winterseizoen om de
14 dagen enkele voorstellingen van zijn kinderkomedie te mogen geven.
Eerste gedeelte verzoek toegestaan.
Tweede gedeelte in advies gehouden. 18-8-1814, 7.
Verzoek van Johannes Posthumus om, uit hoofde van bekrompen omstandigheden,
tijdens de winter voorstellingen met kindertoneel te mogen geven; gunstig aanbevo
len door Gouverneur.
Toegestaan in de maanden Dec. tot Maart, 1 keer per maand. 22-11-1814, 14.
Verzoek om nog 2 voorstellingen te mogen geven.
Toegestaan. 11-3-1815, 6.
Verzoek van Johannes Posthumus, om met liefhebberij-toneel 4 voorstellingen te
mogen geven, van Nov. tot Febr.
Toegestaan. 4-11-1815, 2.
Verzoek van J. Posthumus om, in verban met zware uitgaven voor zijn schouwburg,
op het genomen Patent te mogen voortspelen. 20-1-1816, 5.
Afgewezen. 23-1-1816, 8.
Verzoek om nog enige voorstellingen te mogen doen.
Toegestaan. 3-2-1816, 5.
Verzoek van toneeldirecteur Johannes Posthuma, om op 4-6-1816 een voorstelling
te mogen geven ter tegemoetkoming in de kosten, doordat één zijner kinderen een been
heeft verloren.
Toegestaan. 28-5-1816, 6.
Toegestaan aan Johannes Posthumus om, wegens zware lasten en onkosten van het
gebouw, 's winters enkele voorstellingen te geven. 26-10-1816, 6.
Verzoek van G.E. Rombach, F.A. Rosenveldt en C. Vredenburg, Koninklijke Toneel
listen der Amsterdamsche Schouwburg, om in Juni a.s. te mogen optreden.
Afgewezen. 3-5-1817, 5.
Toegestaan aan U. Krayenstein, toneeldirecteur, om in Oct. 6 voorstellingen
te geven tegen recognitie 100,voor de armen. 16-9-1817, 6.
Toegestaan aan J.H. Dessau en S. Fransman, toneeldirecteuren te Amsterdam, om
in October enkele voorstellingen te geven. 21-9-1819, 3.
Recognitie op 100,gesteld. 23—10—1819, 16.
Toegestaan aan Johannes Posthumus om gedurende de winter enige toneelrepresen-
tatie's te geven, mits 's avonds 10 uur geëindigd. 1-11-1817, 6.
Idem. 10-10-1818, 9.
Idem: 6 voorstellingen bij intekening.
In verband met de huiselijke omstandigheden van verzoeker zonder recognitie.
28-12-1819, 14.