378
Verzoek van Rienk Hendrik Atsma om continuatie in zijn post als Stads Majoor,
evenals de andere ambtenaren.
Afgewezen.
Betrekking vacant verklaard, met vrijlating te solliciteren bij Burgemeesteren.
(Zie nader onder Benoemingsbeleid). R14—4—1817, 5.
Besloten in volgende vergadering nieuwe Stads Majoor te benoemen.
Secretaris opgedragen lijst sollicitanten en instructie bij Burgemeester te doen cir
culeren. 17-4-1817, 10.
Concept instructie door Burgemeester Wierdsma aangeboden.
Wordt in Raad gebracht. 22-4-1817, 13.
Besloten de vacant verklaarde post te vervullen, en te benoemen Rienk Hendrik
Atsma. 27-5-1817, 6.
Memorie van protest van de heer Feenstra tegen de herbenoeming van R.H. Atsma.
Rl—12-1817, 9.
Aanbieding door Burgemeester Wierdsma van het in zijn handen gestelde concept
voorstel van Feenstra aangaande de benoeming van Atsma.
Wordt in Raad gebracht. 14-12-1817, 2.
Antwoord in Raad. R5 —1 1818, 9.
Rescriptie. R2-2-1818, 11.
In beroep bij Ged. Staten daar het besluit van Burgemeesteren, hem te handhaven
onwettig is. R16—2—1818, 6.
Concept Missive aan Ged. Staten.
Circuleren bij Burgemeesteren. 16-5-1818, 9.
Opdracht aan Commissaris van Politie om te informeren naar klachten over R.H.
Atsma, aangaande plaatsing van kramen op de kermis en knevelarij.
11-7-1818, 11.
Rapport Commissaris van Politie.
In advies, en circuleren bij de leden. 18-7-1818, 5.
Klachten worden in Raad gebracht. 21-7-1818, 3.
('s avonds 4 uur)
Vgl. Kermis Algemeen 18-7-1818, 11., R7-9-1818, 16., blz. 205.
R.H. Atsma door Raad geschorst. R3-8-1818, 13.
Waarneming van diens functie opgedragen aan Commissaris van Politie.
4-8-1818, 11.
R.H. Atsma ontslagen. 7-9-1818, 16.
Verzoek van R.H. Atsma, wonende onder Huizum, om 100,passantengeld tot
27-5-1818.
Is niet meer op begroting sedert 1811, waarvan verzoeker indertijd in kennis is ge
steld, dus afgewezen. 3-11-1818, 4.
In beroep bij Gouverneur
In Raad gebracht. 5—12—1818, 3.
Raad adviseert: afwijzen. R7-12-1818, 3.
Afgewezen. 19-1-1819, 10.
Inzending door R.H. Atsma van specificatie van 22,10, wegens door hem gehou
den sabel en rottingen ten tijde der Burgemeesteren Burmania, Pieter de Waard en Kier
van der Veen.
Gesteld in handen van Commissie voor de begroting 1821. 17-2-1821, 8.
Idem van 18,10, wegens geleverde rottingen, degens en sabels aan de assisten
ten.
Gesteld in handen van Secretaris voor onderzoek. 12-3-1822, 5.
(Rienk Hendrik Atsma is op 52-jarige leeftijd overleden op 14-1-1823 te Schrans
N99. Hij was toen brander.).
Verzoek om benoeming als Stads Majoor, in plaats van R.H. Atsma, door:
Jacobus Backers26-9-1818, 9.
Idem door Dirk van Lon. R5-10-18'8, 3.
Idem door Johannes Berends, assistent op het Vliet. 5-10-1818, 7.
Idem door L. Nauta. 13-10-1818, 6
Idem door H.IJ. van der Veen, bediende bij de Politie.
17-10-1818, 9.
Idem door A.J. Rooswinkel, MrZilversmid. 24-10-1818, 13.
Benoemd: Jacobus Backers. 3-11-1818, 7.
Besloten deze op den oude instructie te beëedigen. 7-11-1818, 16.
Beëedigd. 10-11-1818, 9.
Mededeling hiervan in Raad. R7—12—1818, 10.
Verzoek van Officier van Justitie om correctie van Stads Majoor J. Backers we
gens mishandeling van 2 militairen op 9-5-1819. 3-7-1819, 9.