Mededeling door Gouverneur, dat Ged. Staten aan Min. van Binnenl. Zaken mach tiging tot voorlopige instandhouding van het korps Rustbewaarders, maar dat deze be zwaar maakt aan Z.M. daartoe een voorstel te doen, daar dit niet berust op de Grond wet en Wet op de Schutterij, en aangezien de rust is hersteld, en bij weder ontstaan van ongeregeldheden de Militie en de Schutterij de orde kunnen herstellen. Door Raad daarop besloten het korps Rustbewaarders te ontbinden onder dankbetuiging en aan B. en W. de uitvoering hiervan op te dragen. R2-12-1847, 2. Op vraag van Burgemeester, óf het ook raadzaam is in de tegenwoordige tijdsom standigheden bijzondere maatregelen te nemen tot wapening van burgers is door B. en W. uitgesproken, dat dit vooralsnog niet nodig is, en dat het garnizoen thans vol doende is om de orde te handhaven. 29-3-1848, 11. Voorstel van Jr. Mr. H.M. Speelman Wobma aangaande het nemen van politiemaat regelen ter bewaring van orde en rust in de gemeente. Zal in buitengewone vergadering over 8 dagen worden behandeld. R6-4-184817. Door Raad wordt besloten: a. B. en W. te verzoeken een lijst gereed te maken van welgezinde burgers, waarop men, indien nodig, kan rekenen tot herstel der orde. b. Aangezien er geen voldoende wapenen aanwezig zijn op het magazijn der Schutterij, Gouverneur te verzoeken of, indien wordt besloten tot oprichting van een burger wacht, te bevorderen, dat tijdelijk wapenen en ledergoed voor 400 man worden afge staan. R13—4—1848, 2. Toezending door Gouverneur van Missive van Minister van Binnenlandse Zaken, houdende, dat, hoezeer men het oprichten van Burgerwachten (Rustbewaarders) goed keurt, er thans niet kan worden toegestaan deze wachten te voorzien van wapenen uit de magazijnen, aangezien deze voorraden daar steeds onverdeeld ter beschikking moeten blijven. Evt. Rustbewaarders zullen derhalve of zelf of door de gemeente voor wape ning moeten zorgen. R4-5-1848, 13. Klokluiders. Algemeen. De klokluiders zijn voor de laatste maal gecorrigeerd, onder bedreiging met ontslag bij herhaling. 7-6-1825, 8. Vier hebben beterschap beloofd, één was ongesteld, en één was ongesteld als gevolg van dronkenschap. 11-6-1825, 18. Het traktement van de Torenwachter is verhoogd, daar hij, inplaats van tot- dusver in de zomer tot 2 uur, 's winters tot 4 uur, thans op post moet blijven: Dec., Jan. en Febr. tot 6 uur, MrtApr., Sept., Oct. en Nov. tot 5 uur, Mei, Juni en Juli tot 3 uur, om op deze uren de laatste omgang te doen. R26-10-1837, 1. blz195, 55. Klokluiders Oldehove. Verzoek van Rienk Jans Burg, timmerman, alhier, om benoeming als Klokluider Oldehove, in plaats van zijn vader: Jan Rienks Burg, die is overleden. Benoemd, mede aangezien hij deze post reeds geruime tijd voor zijn vader heeft waar genomen. Beëediging nodig. M12-11-1814. 12-11-1814, 9. In verband met besluit van Z.K. Hoogheid, het verzoek van Kerkmeesters der N.H. Gemeente, en het rapport van Burgemeester G. Buysing dienaangaande, worden benoemd als Klokluiders Oldehove: Johannes van Temmen en Willem Schreuder, voor luiden kleine klok, Rienk Jans Burg, Sied Anjema, Reinder Ros, voor luiden grote klok. Beëediging noodzakelijk. M18-2-1815.

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 83