Toezending door Gouverneur van het door Coulon medegedeelde stuk over de behandeling der thans heersende ziekte. Ter hand gesteld aan de geneeskundigen alhier. 21-11-1826, 4. Uitnodiging door Gouverneur om te onderzoeken of dit jaar bij begravingen wel voldoende zorgvuldig is te werk gegaan. Zijn de graven diep genoeg en voldoende gedicht? Moeten de kerkhoven ook verhoogd? Door B. en W. wordt geantwoord, dat de begravingen dit jaar voldoende zijn geweest. 16-12-1826, 1. Ziekte najaar 1826. De geheerst hebbende ziekte. 16-12-1826, 7. Verzoek van Gouverneur om op te geven welke geneeskundigen bij de onlangs geheerst hebbende ziekte zich bijzonder hebben onderscheiden. Door B. en W. wordt geantwoord, dat allen zich loffelijk van hun taak hebben gekwe ten, zonder dat men kan zeggen, dat de een meer heeft gedaan dan de ander. 6-2-1827, 2. Aanschrijving door Gouverneur, dat indien de geheerst hebbende ziekte weder om mocht optreden, terstond moet worden kennis gegeven, en eveneens aan de Presi dent der Provinciale Commissie van Geneeskundig Onderzoek. 21-4-1827, 1. 75 man van het garnizoen ziek. 25-8-1827, 5. Door Gouverneur gevraagd naar zieken en overledenen. 1-9-1827, 1. Antwoord aan Gouverneur: 700 man ziek. De ziekte is echter minder ernstig dan vorig jaar. 4-9-1827, 7. Aantal zieken bedraagt 900 (met inbegrip van garnizoen en gevangenis). Hiervan voor rekening der heersende ziekte 2/3 gedeelte, en van de gewone ziekten 1/3 gedeelte. Het aantal overleden in Sept1827 is 105. Meestal is de ziekte goedaardig: er zijn echter enkele gevaarlijke gevallen. 2-10-1827, 3. Missive van Commandant 3e Bat. 8e AfdInf. in antwoord op Missive dezer zijds 22-8-1827, N676mededelende, dat er bij dit Bataillon 75 zieken zijn, dat de ze ziekten gedeeltelijk zijn galkoortsen en niet besmettelijk zijn. 25-8-1827, 5. Verzoek van Gouverneur om opgave omtrent getal, aard en gesteldheid der zieken, alsmede van de overledenen. Aan de med. doctoren zijn opgaven gevraagd: deze worden afgewacht. 1-9-1827, 1. a. Staat der overleden wordt toegezonden. b. 700 zieken, w.o. militairen en gevangenen. c. Hiervan 2/3 galzinkingskoorts1/3 gewone ziekten. d. De meeste komen overeen met de seizoenziekten, maar enkele wijken af en hebben een epidemisch karakter. e. Het ziektebeeld is niet ernstig, en minder gevaarlijk dan vorig jaar. f. Weinig besmettelijk karakter. 4-9-1827, 7. Toezending door de Plaatselijke Commissie voor Geneeskundig Toevoorzicht van Verslag over de thans alhier heersende ziekte. Aantal zieken op 15-9-1827: 923, meest najaarskoortsen, hoewel bij sommigen sporen der ziekte van vorig jaar zijn waargenomen. De ziekte is goedaardig en bij goede verzorging niet besmettelijk. Dit wordt aan Gouverneur bericht, en de Commissie wordt verzocht om een eventueel volgend verslag. 25-9-1827, 7. Op grond van de rapporten der Med. Doctoren en Plaatselijke Commissie, wordt aan Gouverneur bericht: Aantal zieken: 900 (w.o. garnizoen en gevangenis). Hiervan: 2/3 heersende ziekte en 1/3 gewone ziekten. Gelijkenis met vorig jaar: betrekkelijk weinig gevaarlijke gevallen. Het zachte, zoele weer werkt nadelig. Aantal overledenen in Sept.: 105. 2-10-1827, 3. Omtrent de tegenwoordige ziekte wordt aan Gouverneur bericht over Oct a. Getal zieken: 750 (w.o. 201 militairen en gevangenen), dus 150 minder dan in September b. Hevigheid der koortsen minder dan in September, en dan vorig jaar. c. Herstelling gaat langzaam: na genezing wel weer instortingen. d. Geen besmetting opgemerkt. e. Aantal overleden in October minder dan in September. 3-11-1827, 9. In verband met de opgaven der geneeskundigen in antwoord op Missive dezer zijds 24-1-1828, N86, wordt aan Gouverneur bericht: 1. Aantal zieken niet meer dan 370. 2. Geen andere ziekten dan die doorgaans 's winters optreden. 3. Gesteldheid ten dezen zeer gunstig. Verder wordt de staat der in Januari 1.1. overledenen toegevoegd. 2-2-1828, 19.

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 24