181
Adres van Jan Johannes Swarts, koopman, Zuidvliet, dat hij schade onder
vindt door de bij publicatie van B. en W. van 2-7-1831 bepaalde verbreding, en
de daarop door onderhoudplichtigen eigenmachtig gedane verlaging van het brug
je naast zijn huis, schade lijdt, door belemmering der doorvaart en door het meer
dere onderhoud der straat en het geraas door passage van paarden, karren en
kruiwagens. Onderhoudsplichtigen hebben zijn schriftelijke vertogen genegeerd.
Verzoeke de oude toestand weer te herstellen: alleen voetgangers.
Advies Architect: Voldoen aan verzoek van adressant, onder voorwaarden, reeds
voorlopig overeengekomen, behoudens goedkeuring Raad.
Stukken met publicatie 2-7-1831 ter inzage der leden. R6-8-1846, 12.
Besloten nog 1 maand in advies te houden, en inmiddels de belanghebben
den daarover te verstaan. R3-9-1846, 11.
Herhaald adres van Jan Johannes Swarts, koopman, Zuidvliet, om beslis
sing op een door hem reeds in 1845 gedaan verzoek om het brugje over de sloot
bij zijn huis L 140 (Kad. Sectie G 143) in oorspronkelijke toestand te doen terug
brengen, zodat het wederom alleen voor voetgangers dienstbaar is.
Raads Commissie rapporteert, dat hij klaagt over de tengevolge der bij de Publi
catie van 2-7-1831 bepaalde verbreding, gevolgd door een eigenmachtige verla
ging door de onderhoudsplichtigen, passage van paarden en meerder onderhoud der
straat, terwijl schriftelijke vertogen tot de onderhoudsplichtigen vruchteloos
bleken.
Aangezien genoemde Publicatie bepaalt, dat dit brugje minstens 1 el breed moet
zijn, en in goede staat worden onderhouden, wat ook geschied is
Daarom voorstel, verzoek af te wijzen.
Ter inzage der leden. R3-1-1850, 6.
Door Raad afgewezen. R7-2-1850, 7.
Bruggen over Sneekervaart
Dillezijl
Missive Schout van Jorwert aangaande noodzakelijke vernieuwing der. Dille
zijl
Voorgesteld wordt een bespreking in de Dille tussen hem, Leeuwarden en Sneek.
13-4-1816, 6.
Door Grietman Baarderadeel wordt een bespreking voorgesteld, niet op
12 Juli 1817, maar op 26 Juli 1817. 8-7-1817, 6.
Twee processen verbaal: van de bijeenkomst van 26 Juni 1817 en van die
van 26 Juli 1817, waarbij werd besloten de brug te vernieuwen.
R4-8-18174.
Overeenstemming aangaande vernieuwing der brug over de Krinserarm.
12-8-1817, 5.
Niet goedgekeurd door de dorpen van Baarderadeel. 16-8-1817, 3.
Verslag van de bespreking op 31-8-1817. 2-9-1817, 10.
Bestek toegezonden. 7-3-1818, 5.
Bestek met weinig vernadering goedgekeurd* 14-3-1818, 10.
Met Sneek het bestek afgekeurd: het moet een nieuwe brug zijn, dus geen
herstel van de oude. 24-3-1818, 2.
Zie Missive dezerzijds 26-3-1818, N90.
Sneek denkt erover als Leeuwarden. 11-4-1818, 5.
Verzoek Ged. Staten aan Leeuwarden en Sneek, in verband met missive
van Baarderadeel om onder toezending van.en bestek aan Ged. Staten een voor
stel te doen van de wijze om de brug over de Krinserarm, die in slechte toe
stand verkeert, te verbeteren. 23-5-1818, 4.
Conferentie Dille bepaald op Zaterdag 30-5-1818. 26-5-1818, 19.
Door Burgemeesteren besloten om te blijven bij het besluit van 26-7-1817
en 30-8-1817. 2-6-1818, 8.
Toezending der stukken uit Sneek. 9-6-1818, 3.
Bericht Baarderadeel, dat de kosten der vernieuwing waren: 401,25,
waarvan de stad Leeuwarden 1/4 moet betalen.
Verzocht wordt toezending der rekening. 12-9-1818, 4.
Toezending door Grietman Baarderadeel van Rekening Dillezijl 1810- Mei
1818, bedragende 401,17.
Aandeel dezer stad bedraagt 100,94.
Teruggezonden aan Grietman met verzoek deze op te nemen en te sluiten, en dan
weer toe te zenden. 22-9-1818, 7.
Missive Sneek, houdende bericht van ontvangst der Missive dezerzijds
15—9—1818, N295, tevens bericht van missive ontvangen van Baarderadeel, over
de gevallen kosten van reparatie der Dille- of Krinserarmzijl
3-10-1818, 1.