200.
De door B. en W. aangeboden voorwaarden met een kleine wijziging vast
gesteld, en B. en W. verzocht hiermede een verpachting te beproeven.
R3-10-18508.
Verpacht voor een pachtprijs van85,per jaar aan:
Daniël Tiggelaar Westendorp. R17-10-1850, 5a.
Vaarwaters
Algemeen. 1811 - 1813,
Aanschrijving om door de veldwachters te doen surveilleren, dat geen
schippers met hun schepen enige schade aan de bruggen en sluisen toebrengen
bij het passeren daarvan. Index M
6-5-1812, N219
Algemeen. 1814 en later.
Rapport, dat ijs in gracht is gebroken.
Kosten 65,29-3-1814, 5. 2.
Missive Gouverneur, houdende aanschrijving om het stromen met de slui
zen tijdens de winter mede door aanplakking bekend te maken.
24-1-1815, 4.
Rapport en Raadsbesluit in verband met Res. Ged. Staten 23-4-1818,
N7, aangaande de diepte en het peil der vaarten en grachten.
Rl—6—1818, 12.
Aanschrijving Ged. Staten tot het doen afbakenen van vaarwaters.
Is hier niet van toepassing. 15-2-1825, 5.
Missive Hoofd Ingenieur Waterstaat in Friesland, houdende, dat de aan
vraag om opgave van tolrechten op de vaarten, eerder gedaan, wel degelijk be
trekking heeft op tolheffingen aan bruggen en sluizen.
Antwoorden, dat bevestigd blijft het vroeger medegedeelde, dat hier geen tol-,
gelden worden geheven. Het recht voor het vallaat is een beloning voor de
vallaatsman. Hetzelfde geld voor de Irnsumer- en Nesterzijl. De Oude Schouw
heeft met de vaart niets gemeen: hier moeten de rijtuigen betalen voor de pont,
maar de schepen niets.
Bruggelden zijn een beloning voor de brugwachter.
Er worden hier geen tolgelden geheven op de kanalen. 28-3-1826, 3.
Uitnodiging door.Gouverneur tot het zenden van een opgave van vaarten
of kanalen voor de vaart, waarop tot betaald moet worden.
Antwoord: Deze zijn hier niet, aangezien sluis- en bruggelden niet bedoeld wor
den. 7—7—1826, 1.
Informatie door Hoofd Ingenieur Waterstaat en Publieke Werken in Vries
land om opgaven aangaande de tolrechten op kanalen.
Antwoord: Hier zijn geen vaarten, waarop tollen worden geheven (sluis- en brug
gelden blijven buiten beschouwing).
Zie antwoord aan Gouverneur: Uitg. Missive dezerzijds 5-7-1826, N359
25-11-1826, 14.
Aanschrijving door Gouverneur tot afbakening der vaarwaters.
27-3-1827, 2.
Aanschrijving Gouverneur om voor 10-7-1828 in te zenden een opgave van
de in de gemeente aanwezige vaarten, kanalen, tollen, rechten van overvaart en
visserij
In handen Secretaris gesteld. 14-6-1828, 7.
Inlichtingen van de Ingenieur Verificateur van het Kadaster, aangaande
de kanalen en vaarten die bij bovenstaande opgave kunnen worden gebruikt.
14-6-1828, 8.
Aanschrijving Gouverneur tot het inzenden van een opgave der bestaande
publieke vaarwaters, van de daarin voorkomende beletselen voor de scheepvaart,
en van de middelen daarin te voorzien.
In handen Secretaris gesteld. 10-10-1829, 1.