Onderhoud. 1814 en later. Verzoek van Maire Dronrijp, 15-11-1813, dat het brugje bij de rijdbrug te Dronrijp ten spoedigste mag worden gerepareerd. Gesteld in handen van Buysing. Index M fol 95, N455 Besloten door B. en W. de wal te Dronrijp in daghuur te laten repare ren, en daartoe zoveel mogelijk hout te gebruiken, als in de stad voorhanden is. 30-8-1814, 15. Missive Burgemeesteren Harlingen aangaande klachten over de ondiepte in de Harlinger Vaart bij Dronrijp. 30-8-1814, 1. Antwoord van Burgemeesteren op bovengenoemde Missive. Wordt verzonden als Missive 8-9-1814, N267. 6-9-1814, 8. Besluit van Burgemeesteren en Schouten Dronrijp etc., dat met-de slat— ting bij Dronrijp zal worden gewacht tot een beslissing van Gouverneur is inge komen. 19-4-1815, 16. Mededeling Schout van Dronrijp, dat een gedeelte van de wal voor de herberg De Posthoorn is vervallen. Verzocht wordt deze te repareren. 18-10-1814, 9. Besloten deze wal zo zuinig mogelijk te repareren en Schout Dronrijp te berichten, dat wanneer hij zorgt, dat de vaart voldoende wordt geleikt, Burge-* meesteren de wal behoorlijk zullen onderhouden. 22-10-1814, 7. Besluiten der Schouten van Marssum, Menaldum, Berlikum en Dronrijp, tot slatting der Harlinger Vaart in de buurt van Dronrijp, over een lengte van 126 roeden. 13-4-1815, 8. Mededeling der Schouten bovengenoemd, dat vaart bij Dronrijp verbreed moet worden. Architect opgedragen de wal op te nemen. 28-5-1816, 9. Bepalingen door Ged. Staten aangaande het uitdiepen van de Harlinger- vaart. 13—1—1816, 2. De slatting is vastgesteld op Aug. De trekweg bij Dronrijp moet achteruit worden gezet. R4-6-1816, 8. Vaststelling van het bestek voor een schoeiwal bij Dronrijp. Begroting? 3.000.R1—7—1816, 4. Machtiging Ged. Staten tot de aanbesteding van het vernieuwen van de schoeiwal óver een lengte van 500 voet, en het repareren over een lengte van 140 voet. Door B. en W. gesteld in handen der Bouw Commissie. 27-7-1816, 6. Verslag der aanbesteding op Zaterdag 10-8-1816: Reparatie schoeiwal 2.630 (Aangenomen door Jan Wiebes Boorsma, Vrouwenbuurt). Slatting Vaart f 1.159 - 10 - Bergen modder -f 165 - 12 6/7 - Maken dammen 490 - 13-8-181617. Er moet 75 - - worden betaald voor het afgraven van de modder op de trekwegswal. 12-10-1816, 14. Het aandeel der stad in de slatting is 450 - 13 - 10. 25-1-18177. Het aandeel, door de gemeente te betalen, is 375 - 13 - 10. 4-3-1817, 2. Menaldumadeel vraagt om betaling der 450 - 13 - 10. 17-6-1817, 4. Besloten Ged. Staten machtiging te vragen om, tengevolge van het af graven van de trekwegswal 80 13 10 meer te betalen. 21-6-1817, 9. Machtiging door Ged. Staten om op Begroting 1816 onder "Onvoorzien" als uitgaaf te verantwoorden: Afgraven trekwegswal bij Dronrijp 75 - - Meerdere kosten der slatting f 5 - 13 - 10. 29-7-1817, 1. Opnemen van de rekening der slatting. 11-11-1817, 6. Missive van Menaldumadeel, dat het tiltje in de trekweg Dronrijp Kingmatille gerepareerd moet worden. Het tiltje is reeds gerepareerd. 24-5-1817, 4. Mededeling door Menaldumadeel, dat de trekweg bij Ritzumazijl repara tie behoeft. Architect opgedragen deze te verrichten. 3-7-1819, 7. Verzoek van de Grietman van Franekeradeelom de brug in de Harlin- gertrekweg over de dorpsvaart naar Zweins te herstellen en te verwijden. 28-8-1819, 5.

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 152