Aanbieding door Architect van bestek van reparatie van het huis
bij het Verlaat. Begroting 1.600,
Besloten aanbesteding te houden Maandag 26-4-1819. 13-4-1819, 6.
Laagst beschreven door Lieuwe van der Heide te Leeuwarden voor
1.430, en bij opbod gegund aan deze voor 1.380,
Borg: Dirk van der Heide. 27-4-1819, 5. 2.
Het verfwerk van het huis bij het verlaat, waarvoor reeds biljetten
waren ingekomen, wordt op advies van Architect, in verband met het gevorder
de seizoen, uitgesteld tot het voorjaar. 23-10-1819. 15.
Verfwerk aangenomen door H. Eldering voor fl.185,— R5—6—1820 11.b
Verzoek van Ged. Staten om inzending van een copie van het contract
van verpachting met de sluiswachter van het Verlaat buiten de Vrouwenpoort.
8-12-1821, 8.
Op verzoek van Ged. Staten worden de nodige orders gesteld, dat door
de sluiswachter bij het Verlaat buiten de Vrouwenpoort in acht worden genomen
de bepalingen van het besluit van de Raad van 14-2—1749. 12-1—1822, 10.
Verzoek van Foekje Baukes Straatsma, Wed. Gatze Abes Bijl, huurdersche
Stadshuis met Verlaat en Visserij, aan de buitensingel, om continuatie der per
12-5-1823 aflopende huurtijd.
Toegestaan, daar gedurende 28 jaar de huur stipt is betaald.
R2-9-1822, 3.
Door B. en W. wordt vastgesteld, dat op marktdagen, bij grote drukte,
door het verlaat de schepen zullen worden geschut in deze volgorde:
1. Trekschepen.
2. Marktschepen, die op vaste tijden moeten varen.
3. Schepen met koeien.
4. Schepen met boter.
5. Particuliere schepen. 22-11-1831, 6.
Door Raad besloten B. en W. te machtigen tot verpachting van het Val-
laat. Eventueel uit de hand, indien de tegenwoordige huurder, Foppe Visser,
die zich daartoe heeft aangemeld, de oude huurprijs ad 1.331,— wil geven.
R31-8-1829, 8.
In 1830 hebben herstellingen en vertimmeringen aan het huis aan het
Vallaat plaats gevonden. Kosten 1.097,R28—2-1831, 6.
(blz. 14)
Verzoek van Foppe Aldriks Visser, pachter van het Vallaat en de Vis
serij aldaar, om enige vermindering van de verschuldigde huur, die per jaar
1.331,bedraagt.
Door B. en W. aan Raad voorgelegd. 5-12-1835, 18.
Door Raad in handen van B. en W. gesteld voor rapport.
R14-12-1835, 8.
Uit rapport B. en W. blijkt, dat de pachter, ondanks tegenslagen, de
pacht steeds stipt heeft voldaan sedert 8-9-1829, het tijdstip van ingang.
Hij heeft schade ondervonden door het sluiten der poorten in 1831, en van ver
anderingen in het sluiten der bomen.
Door Raad besloten voor de resterende 2 jaar: tot 12-5-1837, een vermindering
van 131,toe te staan, en dus de pacht van 1.331,te brengen op
1.200,R22-2-18369.
Goedkeuring Ged. Staten. R11-4-1836, 3.
Bij openbare verpachting op 29-10-1836 van de opkomst van het Vallaat
van 12-5-1837 - 12-5-1844 is pachter gworden Foppe Aldriks Visser voor
1 .247, R7—1.1 1836, 6. 1.
Door B. en W. besloten op verzoek van de Erven van Fokke Aldriks Vis
ser, met deze het pachtcontract van 29-10-1836 voort te zetten.
18-4-1837, 7.
Klacht van de pachter van het Vallaat, dat de schipper van de barge
sedert 29-4-1837 drie maal opzettelijk de boom, gebezigd tot sluiting van de
sluis, heeft verbroken en aan stukken gejaagd.-
Door B. en W. besloten Commissaris van Politie aan te schrijven de schipper
te vervolgen. 20-5-1837, 19.
Door Commissaris van Politie is de zaak gesteld in handen van Offi
cier van Justitie, die heeft medegedeeld, dat deze zaak alleen vatbaar is
voor een civiele actie.
Door B. en W. in advies gehouden. 2-6-1837, 19.
Verzoek der Erven Foppe Visser, in leven pachter van het Verlaat,
als opvolgers van hun vader, om, aangezien zij door de slatting der Sneeker
trekvaart schade hebben geleden ter grootte van 248,80, dit bedrag te mo
gen korten op de pacht van het jaar.
In handen gesteld van een Commissie uit de Raad: MrJ. Eekma, Mr. N. Focke—
ma, O.P. WallerR26-10-1837, 4.