Besloten door B. en W. om in verband met bet onderhoud van de trekweg
aan het reglement voor de invordering der bevaren tollen Leeuwarden-Dockum en
kele artikelen toe te voegen, aangaande de invordering der trekwegstollen.
31-7-1832, 9.
Res. Gouverneur aangaande de invordering der bevaren tollen aan de
trekweg Leeuwarden-Dockum.
Besloten door Raad: aan Ged. Staten in overeenstemming met de Raad van Dockum
ter goedkeuring aan te bieden enkele suppletoire artikelen, om te worden ge
voegd bij het bestaande Reglement van Politie voor de trekschippers Leeuwarden-
Dockum. R15-8-1832, 1.
In 1832 is tevergeefs getracht de trekwegstollen tussen Leeuwarden en
Dockum te verpachten. 3-11-1832, 12.
De eigenaars van de Dockumer Trekweg zijn eerst tot een verpachting over
gegaan van de trekwegstollen, en toen zijn die door de veerschippers gepacht.
Bij een volgende verpachting hebben deze zo weinig geboden (waarschijnlijk tenge
volge van weinig concurrentie), dat de verpachters tot eigen beheer zijn overge
gaan. R23-7-1834, 7.
(blz. 267 onder
aan)
Diversen.
Verzoek van E.I. Jellema, molenmaker, om de schippers te gelasten op
Maandag 10-5-1824 de Dockumer Ee ter plaatse van de kleine pelmolen van Erven
D. Pelder te passeren met gestreken masten, wegens het in verband met repara
tie aan deze molen over de vaart gespannen touw. 1-5-1824, 15.
Door B. en W. besloten op kosten van verzoeker een advertentie in de
Leeuwarder Courant te plaatsen, dat passage op 10 Mei en 1 of 2 dagen later
alleen met gestreken mast mogelijk is-. Met staande mast alleen tussen 6 uur 's
avonds en 8 uur 's morgens. 4-5-1824, 4.
Mededeling door Gouverneur, dat door het aanleggen van bijbruggen voor
de passage van Z.M. gedurende de voormiddag van 23-7—1830 de passage van sche
pen langs de Stroobosser trekvaart bij het Gerben Allesverlaat zal zijn gestremd*
Besloten door B. en W. dit door Architect met een bord bij de Verversbrug te
doen bekend maken. 20-7-1830, 2.
Missive Ged. Staten in verband met missive Raad Harlingen, ter voldoe
ning aan besluit Raad aldaar, in antwoord op Missive dezerzijds 13-7-1848, N115/
806, aangaande de publieke verkoop van de Dokkumer- en Leeuwarder trekwegen.
Gesteld in handen der Commissie ad hoe. R14-12-1848, 3.
Mededeling door Ged. Staten van bericht Min. van Binnenl. Zaken, dat
deze geen vrijheid heeft gevonden het verzoek van de Raad van Harlingen aangaan
de openbare verkoop van de aan deze stad gedeeltelijk behorende Dokkumer- en
Leeuwarder trekwegen, aan de goedkeuring van Z.M. te onderwerpen.
R2-5-1850, 4.
Bonkevaart
Overeenkomst tussen Grietman LeeuwarderadeelGecommitteerden Lekkum
en Magistraat Leeuwarden. 2-11-1759.
Verzoek van W.L. van Vierssen e.a.dat de Bonkevaart op kosten der
stad mag worden geslat. 5-9-1818, 6.
Herinnering aan de overeenkomst van 2-11-1759. 3-10-1818, 8.
Grietman Leeuwarderadeel wil zich houden aan deze conventie van
2-11-1759. 17-10-1818, 1.
Rapport B. en W.dat op grond van de conventie van 2-11-1759 op kos
ten der stad alleen moeten worden geslagen 2 strekdammen, en dat deze zijn aan
genomen door voor 90, en dat de verdere dammen voor de slo
ten en het uithozen van het water zijn aangenomen voor f 60,11-9-1819, 14.
De slatting der gehele vaart is op 21-4-1819 aangenomen voor 24 stui
vers per.roede. 21-9-1819, 4.
Aan Architect rapport opgedragen. 8-6-1819, 15.
Door Raad worden Burgemeesteren geauthoriseerd de slatting uit te voe
ren volgens de conventie van 2-11-1759. R5-7-1819, 14.
Besloten de slatting aan te besteden over 700-800 roeden (Hogebrug tot
einde Zwarte Weg),op Maandag 23-8-1819 bij Frans van der Wal op het Tolhuis aan
de Zwarte Weg. 14-8-1819, 9.