Grasgewas
Verzoek van Johannes Feenstra, voerman, die in 1816 het grasgewas op de
Amelandsdwinger voor 7 jaar af 25,per jaar gepacht heeft, en een reductie
der pacht tot 10,verzoekt, aangezien de cavalerie het gras grootendeels
vertrapt. 7-6-1817, 7.
Pacht tot 10,teruggebracht. R7-7-1817, 4.
Goedkeuring door Ged. Staten. 5-8-1817, 2.
Ontheven van pacht, daar de Amelandsdwinger geheel is omgegraven.
19-9-1818, 5.
Verzoek van G. Swart, stalhouder, om het gras op de dwinger bij de cavale-
riestal te mogen maaien. 8-5-1819, 7.
Besloten het grasgewas op de Amelandsdwinger voor 1821 te verhuren aan:
Durk Jelles van Resteren voor 45,onder voorwaarde van het te maaien, en
niet te beweiden met vee. 16-6-1821, 7a.
Verzoek van Eliza Melles Kastelein, gepatenteerd Stalhouder in de her
berg "De Ster" alhier, om het gras bij het Arsenaal gedurende de zomer 1822 te
mogen maaien. 16-3-1822, 11.
Toegestaan tegen recognitie van 30,
Geen vee weiden. 30-3-1822, 5.
Voor 1822 is het grasgewas op de Amelandsdwinger gepacht door:
E.M. Kastelein. 16-4-1822, 2.
Verzoek van Eliza Melles Kastelein, huurder van het grasgewas op de Ame
landdwinger, om, aangezien de Commandant der troepen een deel heeft laten ver
graven voor oefeningen, een reductie van 10,van de pachtsom ad 30,
verschuldigd over 1822, onder aanbieding de huur van f 30,voor 1823 en 1824
te continueren.
Toegestaan. 25-3-1823, 4.
Verhuring van het grasgewas op de Amelandsdwinger aan E.M. Kastelein,
kastelein in "De Star", voor 1824 voor f 10,22-5-1824, 10.
Aangezien het verplichte slepen van puin naar de Zwarte Weg thans verval
len is, is besloten de slepers in ruil voor het grasgewas op de wallen, etc. te
verplichten het hout voor het balkon bij de Harddraverij op 7-8-1824 te vervoeren,
en eventueel andere kleine diensten. 2047-1824, 18.
Besloten het grasgewas op de Wissesdwinger voor 1826 aan Jan Pinguele af
te staan voor 20,29-4-1826, 17.
Besloten het grasgewas om de Stads Vijver buiten de Tuinsterpoort voor dit
jaar te verhuren aan:
Tjalling Bokkes Terpstra en Gosse Sijes Miedema voor f 75,
en dat van de Wisjes Dwinger aan:
Jan Pinguele voor f 25, 28-4-1827, 21.
Besloten dit jaar het grasgewas van stadswallen en singels bij percelen te
verpachten, tevens met dat van de Vijver en de Wisjesdwinger. R7-1-1828, 16.
Door B. en W. besloten op 18-3-1828 te verpachten het grasgewas bij de Vij
ver, op de Wisjesdwinger, op de stadswallen en de buitensingels voor 1828.
4-3-1828, 7.
Mededeling door B. en W. dat door hen op 18-3-1828 openbaar is verpacht
het grasgewas 1828:
Aan Vijver buiten Tuinsterpoort opbrengst 81,>
Op Wisjesdwinger f 35,
Aan Stadswallen in 6 percelen f 39,
Op Buitensingels in 3 percelen 34,
Totaal 189,— R31-3-1828, 25.
De Stadswallen en buitensingels werden voorheen door de slepers ten voor
dele gemaaid, maar worden thans verpacht. De opbrengst wordt geraamd op 50,
een gering bedrag, maar het onderhouden der wallen is hiermede verbonden, en er
wordt veel gras vertrapt. R6-10-1828, 2.
(blz85, achter
zijde)
Besloten op 31-3-1829 op de gewone voorwaarden te verpachten het grasge
was bij de Stads Vijver, Wissesdwinger, wallen en buitensingels en de visserij in
de Stadsgracht. 17-3-1829, 12.
Door Raad de voorwaarden vastgesteld, waarop door B. en W. op 1-4-1829
publiek zullen worden verpacht: het grasgewas bij de Vijver buiten de Tuinsterpoort,
aan de stadswallen en op de buitensingels, in 11 percelen, en de visserij in de
stadsgrachten in 2 percelen. R30-3-1829, 6.
Opbrengst grasgewas: 194,
Opbrengst visserij: 87, R20-5-1829, 20.
