352.
Op 13-9-1824 is dit gebouw door het Rijk aan de stad overgedragen, alleen om
te dienen als infirmerie.
Aanbesteding op 15-1-1825 van verfwerk voor het Militair Hospitaal.
Aangenomen door Wiebe van der Heide voor 155,R28-2-1825, 15. 2.
Verzoek van Officier, belast met toezicht op de Garnizoensinfirmerie, om een
lokaal voor zieken aan te wijzen, aangezien waarschijnlijk eerstdaags de Infirmerie
meer dan bezet zal zijn.
In handen Architect, en in advies gehouden. 21-8-1827, 7.
Door Raad bes.löten de nieuwe Infirmerie, die wordt aanbesteed op Zaterdag
a.s. 9-1-1835, niet eerder te gunnen, dan nadat van het Dep. van Oorlog toezegging
is ontvangen, dat het tegenwoordige gebouw dan onvoorwaardelijk aan de stad wordt
afgestaan
Dit is gedaan om te voorkomen, dat het Rijk dit gebouw, dat 13-9-1824 tot dit doel
is afgestaan, aan de stad, bij opheffing van dit gebruik weer zal opeisen.
R4-1-1835, 5.
Toezending door Directeur Generaal van oorlog ad interim van K.B. 2-3-1836,
NI26, waarbij machtiging wordt verleend om het gebouw de Ruiterswachtthans Infirme
rie, aan de stad af te staan, mits vooraf een nieuwe Infirmerie wordt gebouwd.
Aan de aannemers P. van der Wal en Van der Heide door B. en W. dit medegedeeld, en
gevraagd of zij nog bereid zijn het werk voor de geboden som te leveren.
15-3-1836, 1.
Mededeling hiervan aan Raad. R21-3-1836, 11.
Missive Majoor, Plaatselijk Commandant, aangaande de aanbesteding van enige
reparatiën aan de oude Infirmerie, houdende, dat door de Commandant is gelast aan
dit gebouw geen reparatiën te doen verrichten dan na verkregen autorisatie, en dat
deze autorisatie is aangevraagd.
Door B. en W. worden nadere mededelingen afgewacht. 24-7-1838, 2.
Verzoek Majoor Plaatselijk Commandant, om te berichten welke reparatie aan
de oude Infirmerie moet worden gedaan volgens de aanbesteding van 28-7-1838.
Door B. en W. wordt het bestek toegezonden, onder mededeling, dat op Maandag 6-8-
1838 begonnen woordt met de vertimmering (Missive dezerzijds 31-7-1838, N47/621
31-7-1838, 6.
Door Plaatselijk Commandant wordt het bestek teruggezonden.
4-8-1838, 8.
Missive van Majoor Plaatselijk Commandant aangaande de vertimmering der
oude Garnizoens Infirmerie, en dito missive aangaande het evacueren der zieken
vandaar naar de garnizoensziekenzaal te Groningen. 11-8-1838, 5.
Door Raad besloten de beraadslaging over bestemming of verkoop der voormali
ge Infirmerie uit te stellen tot een volgende vergadering. R20-2-1851, 2.
Infirmerie IV. (Wissesdwinger)
Toezending door Luit. Kolonel, Plaatselijk Commandant, van Missive der Offi
cieren van Gezondheid Bening en Plough, ter bekoming van een ruimer en doelmatiger
lokaal tot Infirmerie.
Is reeds beantwoord op 7-10-1834. 11-10-1834, 12.
Door de Officieren van Gezdndheid Bening en Ploug is verzocht om een beter
Militair Hospitaal.
Aangezien er geen geschikt gebouw aanwezig is, stellen B. en W. voor om het be
staande eenigszins te verbouwen en daarvoor 8.000,uit te trekken op Begroting
1835, terwijl tevens onderzocht zal worden of nieuwbouw niet beter is.
R20-10-18347.
(blz333, 91. 14.)
Door Raad besloten om, indien de Infirmerie, die wordt aanbesteed Zaterdag
9-1-1835 a.s., beneden 36.000,wordt aangenomen, deze niet eerder te gunnen, dan
nadat van Dep. van Oorlog toezegging is verkregen, dat het tegenwoordige gebouw dan
aan de stad onvoorwaardelijk ten gebruike wordt afgestaan.
Dit is gedaan om te voorkomen, dat het Rijk dit gebouw, dat 13-9-1824 alleen tot dat
doel is afgestaan, bij het opheffen van dat gebruik weer zal opeisen.
R4-1-1835, 5.
Herhaald verzoek door Luit. Kolonel, Plaatselijk Commandant, om een meer
doelmatig, en nieuwer lokaal voor Infirmerie, daarbij overleggende 2 missives dien
aangaande van de eerstaanwezende Officier van Gezondheid bij dit garnizoen: Majoor
Oltkamp
B. en W. antwoorden, dat zij zich sedert lang hiermede bezig houden, en reeds een groot
bedrag op Begroting 1835 hebben gezet, waarvan de goedkeuring door GedStaten eerst
moet worden afgewacht. 6-1-1835, 3.