Besloten om af te staan een stuk grond aan de Oostzijde van de weg, achter het plant
soen, tegen de sloot onder het Gasthuispijpje, van 13 bij 5 ellen.
Voorwaarden:,
1. De Haag tussen tuin en straatweg te verplaatsen in een rooiing.
2. Bij eventueele afscheiding van grond voor het huis door een stekje, moet dit ook in
een aan te geven rooiing geplaatst worden.
3. Op deogfond voor het huis mag geen mest meer geplaatst worden.
4. Voor hét maken van een reed naar de nieuwe mestplaats zijn de aanwijzingen van B.
en W. op te volgen..
5. Bedoelde grond wordt voor 7 jaar in huur gegeven tegen 1,50 per jaar, te betalen
voor 12 mei jaarlijks.
6. Bij niet betaling vervalt het huurrecht.
7. Bij geen gebruik meer maken van bedoelde grond blijven bepalingen 1, 2 en 3 van kracht.
19-3-1851, 17.
Verhuring Stadseigendommen.
Verzoek van Jacob Jans Swart, huisman onder klokslag Stad, om de huur Petri
en Mei te mogen voldoen met 700,
In handen van Salverda en Romkes om advies. 31-5-1814, 8.
Door B. en W. besloten tot publieke verhuring van alle stadsplaatsen en ver
dere vastigheden. 6-9-1814, 1.
Besloten om voor de verhuring deze te laten inspecteren door de huisman
Wopke Rinderts Tolsma. 6-9-18 14, 13.
Besluit B. en W. aangaande de voorwaarden der verpachting.
8-9-1814, 1.
Concept der verpachtingscondities8-9-18 14, 7.
Door B. en W. besloten de meijers en gebruikers van Stads Landerijen te beschrij
ven op 21-11-1814, teneinde te contracteren over de continuatie der huur gedurende 1
jaar. 12-11-1814,5.
Door deze meijers en gebruikers is een continuatie van de huur voor 1 jaar aan
vaard, behalve door:
Wed. Jan Martens van 't Klooster (land onder Schenkenschans).
Doeke Fransen (plaats bij Poppebrug)
Pieter Douwes (plaats Hiaure).
Wed. Jacobus Inia (aan Zwarte Weg wegens de 2 schansen).
22-11-1814, 18.
Missive Gouverneur, met aanmerking op de inhoud der Uitg. Missive N361, ten
aanzien der vruchteloze pogingen met betrekking tot het continueren der huur voor 1
jaar der stadsvastigheden. 6-12-1814, 2.
Inzending door Ontvanger van staat van achterstallige landhuren.
In handen gesteld van advocaat Van Giffen ter invordering in rechten.
27-12-1814, 8.
Bij Van Giffen is in kas 425-13-... Dit is op de secretarie gedeponeerd,
aangezien de Ontvanger genoeg in kas heeft. 20-6-1815, 15.
Door Van Giffen is afgedragen 1.674-2-12. 23-12-1815, 6.
Goedkeuring door Ged. Staten van de conditie's van verhuur der met Mei 1816
vrij komende stadsplaatsen, etc., als antwoord op Uitg. Missive N213.
1^-9-1815, 1.
De verhuring, der losse landerijen is vastgesteld op Maandag 23-10-1815.
3-10-1815, 5i
Bezwaar van Ged. Staten tegen continuatie der huren van Stads Landerijen.
(Zie Uitg. Missive N240)
Besloten deze publiek te verhuren op Maandag 20-1 I-1815Hieronder vallen:
Plaats achter Cambuur: Trijntje Lieuwes, Wed. Sijbe Pieters.
Plaats Ritsumazijl: Sjoerd Heerkes Wiglama.
Plaats Magere Weide: Wed. Pier Thomas.
Plaats WijlaarderburenSipke Luitses de Haan.
Plaats Giekerk: Arend Gosses.
Plaats Hiaure: Auke Eeltjes Fennema.
Plaats Bilgaard: Hendrik Jans en Geertje Jans.
Het verzoek van Foekje Baukes, Wed. Gatze Abes Bijl, om continuatie der huur van het
Vallaat voor 7 jaren, wordt toegestaan. 7-11-1815, 1.
