281
Aan Directie Genie wordt verzocht om dat deel der Hoofdwacht af te staan,
dat daartoe geschikt zal worden bevonden, met vrijlating het in te richten.
4-10-1842, 7.
Antwoord van Kolonel, Directeur der 2e Fortificatie te Nijmegen, op Missive
dezerzijds 6-10-1842, N20/840. 15-10-1842, 10.
Verzoek van V.L. Vegelin van Claerbergen en Johs. van der Veen, om het Brand
spuithuisje bij de Waag op hun kosten te verplaatsen naar het Ruiterskwartier bij de
Varkensmarkt11-3-1815, 10.
Toegestaan, mits bestek vooraf tonen aan Burgemeesteren. 13-4-1815, 5.
Ml 3-4-1815
Door Raad besloten het Brandspuithuisje in de Hoeksterpoortdat bij afbraak
van deze poort verdwijnt, door een nieuw te vervangen. R6-2-1832, 8.
Verzoek Opperbrandmeester om, indien de Hoeksterpoort wordt afgebroken, voor
de zich daarin bevindende Brandspuit No. 1. een huisje te bouwen achter de Stads-
timmerschuur aldaar.
Hiertoe besloten: de plaats echter nader te bepalen. 11-2-1832, 13.
Door Raad B. en W. gemachtigd om aan de laagste inschrijver aan te besteden
het verplaatsen van het Brandspuithuisje in het Ruiterskwartier, en het maken van
een stenen wal aldaar. R4-7-1836, 10.
Op 23-7-1836 bij aanbesteding aangenomen door Pieter Jans van der Wal voor
1.289, R29-8-183614a.
Verzoek Opperbrandmeester om een geschikte en sterke barte te leggen voor
het Brandspuithuisje bij de Koemarkt, en dat tevens de modder tengevolge van de
plaats hebbende demping, zoveel nodig opgeruimd blijft als nodig is voor de afvoer
van de brandspuit.
Zal worden uitgevoerd. 13-12-1845, 10.
Voorstel Brandmeesters om, indien het Brandspuithuisje bij de Koemarkt moet
worden weggebroken, een andere opstelling der brandspuiten aan te brengen.
Zie hiervoor nader bij "Brandweer". 24-12-1845, 7.
Missive Brandmeesters aangaande de plaatsing van een nieuw Brandspuithuisje
voor spuit No. 2 in plaats van dat in het Zaailand, dat door het dempen van de
gracht aldaar onbruikbaar is geworden.
In advies tot volgende vergadering. 4-4-1846, 11.
Aanbieding door Bouw Commissie van Bestek voor het afbreken van het Brand
spuithuisje en achtergelegen secreet op de Koemarkt.
B. en W. gemachtigd tot aanbesteding. R4-6-1846, 10. 2
Ratelaarshuisjes
Verzoek Commandant Schutterij om op de Koemarkt en bij de Doele Ratelaarshuis
jes te maken, zodanig als dat in de Oude Oosterstraat. 27-2-1816, 3.
Door Burgemeesteren besloten een Ratelaarshuisje te plaatsen tegen de zijmuur
van het huis der Erven Rodenburg, aangezien de luifel van dit huis (hoek Put - Sac
ramentstraat) 's nachts geen zitplaats meer biedt voor een Ratelwacht.
5-8-1817, 9.
Door Burgemeesteren aan Architect opgedragen 2 bestekken te maken voor Ratel
wachthuisjes en voor Wachthuisjes voor de Commiezen. 23-10-1819, 21.
Bestek goedgekeurd door Bouw Commissie.
Burgemeesteren gemachtigd tot aanbesteding. R8-1 1-1819, 2.
Aanbesteding op 13-11-1819 o.a. van 5 Ratelwachthuisjes.
Aangenomen door L. van der Heide voor 190, R6-12-18 19, 16c.
Vaststelling der aanbesteding der Wachthuisjes voor commiezen en ratelwacht,
(benevens voor een nieuwe keizelpraam) op Zaterdag 13-11-1819.
(Zie 26-10-1819, 21). 9-11-1819, 8.
Aangenomen door:
a.
b. 3 wachthuisjes voor de Commiezen door Jan Broersma 600,
c. 5 ratelaarshuisjes door L. van der Heide190,
R6-12-1819, 16.
Door Burgemeesteren bericht aan Notaris Mr. J.D. van der Plaats, dat is be
sloten het Ratelaarshuisje, staande in de Nieuwe Steeg, te plaatsen bezijden zijn
achterhuis, in de Nieuwe Steeg uitkomende, en dat van zijn buurman aldaar, op kos
ten van de stad. 16-9-1820, 17.
Mr. Van der Plaats maakt bezwaar tegen het plaatsen van het Ratelaarshuisje
achter zijn huis. 23-9-1820, 13.
Besloten, dat het Ratelaarshuisje blijft, maar zal worden verwijderd, als we
derom deuren in de muur moeten worden aangebracht voor inrichting als koetshuis.
26-9-1820, 7.