340. Staat van defecten in de stallen, geconstateerd door de Commandant der Kuras siers De Gallères Door Burgemees teren wordt vastgesteld, dat dit vrijwel geheel de schuld is van een niet voldoende zorgvuldige behandeling door de militairen. 24-3-1818, 5. Missive van Hero Rinia van Nauta, Luitenant Escadron Kurassiers, vragende enkele reparatien aan stallen. 20-6-1818, 10. Aanbesteding verfwerk cavaleriestal en teren van de brug, etc. op Woensdag 12-8-1818. 8-8-1818, 10. Verzoek Officier van Stalling en Kazernering om reparaties aan de stallen. Aan Architect opgedragen deze uit te voeren. 12-1-18 19, 3. In verband met de slechte toestand der Kazernes bij de Put, in de Zak en bij het Blokhuis, is op voorstel van de Prov. Commandant besloten de grote stal op de Amelandsdwinger te verbouwen tot Kazerne, waarvan de kosten bedragen 894,45, bui ten het arbeidsloon van de StadstimmerbaasR22-9-1823. Cavaleriestal Arendstuin. Door Raad B. en W. gemachtigd om na te gaan of in de Kazerne Prins Frederik ook een gedeelte kan worden ingericht voor cavaleriestallendoor een paar zalen be neden uit te breken en te vertimmeren. R28-2-184 7, 3. Aanbieding door Commissie Bouwzaken van bestek en voorwaarden voor de Cavale riestal, volgens Raadsbesluit R3-2-1848, 8. Architect is nog niet geheel gereed met de begroting, maar is van oordeel dat deze niet boven 32.000, komt, daaronder niet begrepen de ijzeren ruiven, begroot op 4.000, Ged. Staten hebben, in antwoord op Missive dezerzijds 4-2-1848, N47/190 medegedeeld, dat zij, alvorens de provisionele autorisatie te verlenen, gegevens verzoeken omtrent de duur van het verblijf der cavalerie alhier en een afschrift der deliberatie van de Raad. Besloten door Raad: a. B. en W. te machtigen tot de aanbesteding, mits niet boven 37.000, b. Afschrift der deliberatie van de Raad te zenden aan Ged. Staten. (Mr. N. Fockema, J.C. Kutsch en Mr. G.NMuiier gingen niet accoord met het onder a. beslotene). R10-2-1848, 1. Antwoord van Min. van Oorlog op Missive dezerzijds 16-2-1848, N47/252, aangaan- de de bouw van een stal voor de Cavalerie alhier. 23-2-1848, 2. Antwoord Min. van Oorlog op Missive dezerzijds 18-2-1848, N47/261, aangaande de bouw van een cavaleriestal alhier. 26-2-1848, 1. Besluit Ged. Staten in antwoord op Missive dezerzijds 10-2-1848, N47/225, aan gaande het bouwen van een cavaleriestal. Medegedeeld wordt, dat Ged. Staten geen af doende grond hebben gevonden om te beoordelen of deze uitgaaf in het belang der stad moet worden toegelaten of geweigerd, en deze machtiging niet kunnen doen toeko men zonder op te merken, dat de toestand der Stads financien niet van dien aard is, dat een cavaleriestal kan worden gebouwd, zonder de billijke uitzichten te hebben op een duurzaam bezit van de voordelen, die men zich daarvan voorstelt. Ged. Staten laten dit geheel aan de Raad over ter beoordeling. In advies gehouden tot volgende vergadering. R2-3-1848, 2. Mededeling door B. en W.dat de aanbesteding van de cavaleriestal Maandag 21-2-1848 heeft plaats gehad, met als resultaat, dat het werk is gegund aan Wouda, aannemer te Sneek, voor 29.000, en dat de levering der ijzeren ruiven, etc. is opgedragen aan I. Reynders en R.T. Lojenga, alhier, voor 4.956, R2-3-18488. Voorstel van 3 Raadsleden (C.J. van der Veen, Speelman Wobma en Muiier) aan gaande het besluit van Ged. Staten, in advies gehouden door Raad (R2-3-1848, 2.). Voorstellers zijn van oordeel, dat B. en W-. niet zijn gerechtigd geweest tot de aan besteding op 20-2-1848, zonder de door Ged. Staten gemaakte opmerkingen aan de Raad te hebben medegedeeld, en de beslissing van deze te hebben ontvangen. Raad is van oordeel, dat B. en W. niet hadden kunnen toewijzen, doch, nu de omstan digheden eenmaal zo zijn, neemt de Raad daarin genoegen. (Tegen stemden: Mr. N. Focke ma, J.C. Kutsch, Mr. G.N. Muiier). R6-4-1848, 10. Toezending door Kapitein, eerstaanwezend Ingenieur te Groningen, van een schetstekening en begroting van de wijze hoe de paarden in de nieuw gebouwde cavale riestal te Deventer zullen worden gestald, alsmede van de kosten. 4-3-1848, 9. Inzending door Architect van certificaat tot betaling van de 2e termijn voor H. Wouda te Sneek wegens bouw van de cavaleriestal. Ordonnantie ad 5.510,opgemaakt. 15-4-1848, 9. Rapport van B. en W. aangaande de wijze, waarop het best kan worden voorzien in de fondsen voor de bouw van een cavaleriestal zonder een tweede geldlening voor 1848. Door op de Begroting sommige uitgaven te vermijden, kan 19.000,worden ge vonden, terwijl het ontbrekende kan worden gevonden door de gelden uit de Stadskas aan de Bank van Lening uitgezet, gedeeltelijk op te vragen. In advies tot volgende vergadering. R4-5-1848, 14.

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 91