333. Mededeling Ged. Staten, dat Z.M. J.M. Bakker voor het aanvragen van een concessie voor een beurtschip Groningen-Leeuwarden, naar het Bestuur van zijn woonplaats heeft verwezen. 17-3-1827 6. Toezending door Gouverneur van verzoek aan Z.M. door Frans Feenstra, schipper alhier, om kwijtschelding der boeten (2 x Fl.50,-) wegens vervoeren van Groningen naar hier met zijn schip van goederen, strijdig met de publicatie van 1825. B. en W. berichten, dat de ordonantiën der beurtveren aan de schippers wel bekend zijn, en dat men het nodig acht deze te handhaven. Daarom ongunstig advies. 24-4-1830 3. Verzoek van Lammert Berents Schuitema, schipper op het kluin- schip Leeuwarden-Groningen, om vergunning zijn zoon Berend Schuitema voor hem en voor zijn rekening als zetschipper op dat veer te doen op treden Toegestaan, mits B. en W. Groningen eveneens hiermede accoord gaan. 17-3-1840 9. Verzoek van Johannes Bulthuis, koopman te Hardegarijp, om aan stelling als beurtschipper Leeuwarden-Groningen. Afgewezen door B. en W. 2-4-1842 9. Pekela-Leeuwarden Verzoek van Gerrit van der Woude, schipper alhier, om vergunning tot inleggen van een beurtveer Leeuwarden-Hoogezand-Pekelaetc. Door B. en W. wordt, in verband met de ongeschiktheid van deze persoon, medegedeeld, dat dit vooralsnog van geen belang wordt geacht. 26-1-1841 9. Rapport der Commissie, benoemd bij Raadsbesluit R 14-2-1851. 16 (Sic aangaande het verzoek van Bartele Ouwes van der Veen, schipper alhier, en Jochen Jans Nijdam, alhier, beurtschipper op Rotterdam, om ver gunning voor hun zonen Ouwe Barteles van der Veen en Auke Jochums Nijdam, die eerstdaags zullen huwen, een beurtveer Leeuwarden—Pekela en Winschoten in te leggen, dusdanig, dat wekelijks van beide plaatsen een schip af vaart, alleen in Dec., Jan. en Febr. om de 2 weken. Commissie gaat wel accoord met het aangeboden concept-Reglement en met de aanmerkingen van het bestuur van Pekela dienaangaande. Commissie is van oordeel, dat geen bezwaar bestaat tegen dat veer, indien de adressanten Art.15 uit het concept-Reglement weglaten. Door Raad in advies gehouden en ter inzage der leden. R 3-4-1851 13. Aan verzoeker medegedeeld, dat Art.15 niet kan worden goedge keurd, en dat ook een andere verandering moet worden aangebracht. Dat verder de vrachtlijst te hoog is en met 1/3 moet verminderd. Overigens heeft de Raad geen bezwaar. R 10-4-1851 2 Missives door de plaatselijke besturen van Winschoten en Oude Pekela, aangaande het verzoek van B.0. van der Veen en J.J. Nijdam tot het inleggen van een beurtveer Leeuwarden—Winschoten-Oude Pekela. In handen Secretaris gesteld en adressanten hierover te verstaan. 11-6-1851 7 Mededeling door B. en W. van correspondentie met de plaatse lijke besturen van Pekela en Winschoten aaangaande het beurtveer. Bestuur vnan Pekela heeft Reglement en vrachtlijst met enkele wijzi gingen goedgekeurd. Bestuur Winschoten deelt mede, dat Raad aldaar geen behoefte ziet in dit veer. Adressanten bepalen zich alleen tot Pekela, waarvan het Reglement dan ook is gewijzigd. Voorstel door B. en W. om het Reglement e.a. vast te stellen, en aan Pekela ter medeondertekening te zenden, en de goedkeuring der provinciale besturen te vragen. Aldus besloten door Raad. R 3-7-1851 8. Terugzending door B. en W. van Oude Pekela van het exemplaar van het Reglement op het nieuw aan te leggen beurtveer met nog 4 exemplaren, vastgesteld door de Raden van Oude en Nieuwe Pekela. Verzoeke na goedkeuring door de provincie deze stellen weer te retourneren. 6-8-1851 5,

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 134