369.
Blijkens deze Missive is de zaak afgedaan.
In handen Commissaris van Politie. 2-1-1839 9.
Verzoek van een aantal alhier wonende handelaren en koop
lieden, om een vaste besteller voor de beurtveren op Amsterdam en
Rotterdam aan te stellen.
Provisioneel in advies gehouden. 21-9-1839 19.
Verzoek van Wed. D. C. van Driesum e.a., handelaars en
kooplieden, om voor de beurtveren op Amsterdam, Rotterdam, etc. een
vaste besteller te benoemen, evenals in andere plaatsen het geval is.
B. enW. antwoorden dat, aangezien de schippers verantwoordelijk zijn
voor hun knechts, die de goederen bestellen, volgens het bestaande
Reglement, voorlopig bezwTaren wordt gemaakt te voldoen aan het ver
zoek, dat evenwel bij het ontwerpen van een nieuwe instructie voor
de Commissaris der beurtveren, met het verzochte rekening zal worden
gehouden. 24-3-1840 6.
Verzoek van de Commissaris der barge Harlingen-Leeuwarden,
om Doeke Burmans en Gerben Desire Collet onder de vaste bestellers
bij de trekschepen op te nemen.
Goedgekeurd dat zij dienst doen bij de bargg.
Uitgereikt de koperen platen No.18 en 19.
Zie voor tarief der bestellonen nader onder:"Barge Harlingen-Leeuwarden".
28-3-1840 13.
Advies Commissaris van Politie, aangaande het verzoek van
Sierk Vellinga, om toelating als besteller van het Heerenveenster schip.
Hierin komen voor de woorden:"dat geen bijzondere klachten meer aan
gaande deze persoon bekend zijn dan van de andere bestellers".
Door B. en W. is aan Commissaris van Politie nadere verklaring hier
voor gevraagd. 29-5-1841 20.
Naar aanleiding van het antwoord hierop is door B. en W.
besloten door middel van een annonce in de Leeuwarde Courant de inge
zetenen te herinneren aan Art.12, 13, 14, 15 en 19 der Publucatie van
12-11-1827, onder bijvoeging van een ernstige waarschuwing aan de
bestellers van schepen. 5-6-1841 10.
Door B. en W. de benoeming van Sierk Vellinga als besteller
der Heerenveenster schepen goed te keuren. 13-7-1841 16.
Verzoek van Lourens Eijgelaar om zijn bejaarde vader te
mogen helpen als besteller bij sommige trekschepen, door het voort
stuwen van de bestelwagen en dergelijlce diensten.
Op grond van Missive Commissaris van Politie is het ver zoek, zoals
het is liggende, afgewezen. 20—11—1841 20.
Op verzoek van C. Witteveen Czn, agent van de ijzeren barge
Leeuwarden-Sneek, zijn door B. en W. als bestellers aangesteld:
Doeke Burmans en Frans Dorenstoutervan wie de eerste reeds is toe
gelaten als besteller voor de barge op Harlingen, waarbij hem de
koperen plaat met No.18 was toegekend.
De ander ontving de koperen plaat met No.19. 16-7-1842 17.
Verzoek van Willem van der Boom alhier, om voor zijn moeder
Elisabeth Baltus. Wed. van der Boom, als besteller voor het trekveer
van Bolsward te worden aangesteld.
Afgewezen.
Verzoek van Haaye Coenraads Haykes alhier, om voor zijn schoonmoeder
Elisabeth Baltus, Wed. van der Boom, als besteller van ditzelfde veer
te worden aangesteld.
Door B. en W. besloten de bestelster voorlopig nog te hand
haven, met vergunning om haar schoonzoon Haye Coenraads Haykes bij
zich te nemen voor het vervoer der zwaardere goederen. 7-1-1843 14.
Op grond van een verzoek der trekschippers is dit besluit
ingetrokken, en aan Elisabeth Baltus wegens haar hoge leeftijd eer
vol ontslag verleend, terwijl haar zoon Willem van der Boom in haar
plaats is benoemd onder bepaling, dat hij per week Fl.0,50 van zijn
verdienste aan zijn moeder zal geven.
Deze moet de armband aan haar zoon overdragen. 24-1-1843 9.
Door B. en W. op diens bij herhaling gedaan verzoek Lourens
Eygelaar aangesteld als hulpbesteller bij de Harlinger en Sneker trek
schepen onder voorwaarde, dat hij aan zijn vader wordt toegevoegd, die
voor hem verantwoordelijk blijft, en dat deze benoeming wordt inge
trokken bij gegronde klacht. 24-1-1843 8.