Verzoek van J.J. Welles, geweermaker en fijnsmid, om ver
gunning-zijn smederij uit het thans door hem bewoonde huis A.261,
te mogen overbrengen naar A.263 (KadSectie B.285), tussen Meelbrug
en Vismarkt
Buren worden gehoord Wo. 13—12—1848. 29-11-1848 28.
Toegestaan onder voorwaarde, dat de smidse zo ver mogelijk
verwijderd komt van de daarnaast gelegen grutterij, waarboven een
bergplaats is voor hooi en stroo.
Verder de inrichting in overleg met Architect. 20-12-1848 21.
Mededeling door Commissaris van Politie, dat bij een visi
tatie ten huize van de buskruitverkoper J.J. Welles is ontdekt,
dat deze, hoewel niet in strijd met de bestaande verordeningen, al
thans zeer zlordig te werk gaat met de te nemen voorzieningen.
Verzocht wordt dit mede te delen aan Architect, opdat deze bij het
inrichten der aan hem vergunde smederij, daarop attent zal zijn.
Is reeds aan voldaan. 2-1-1849 10.
Verzoek van Jane van der Wielen, koopman in ijzerwaren al
hier, om vergunning tot oprichting van een kachelsmederij in het
door hem gekocht huis Haniasteeg E.133 (Kad. Sectie B.185).
Buren worden gehoord Wo. 21-3-1849. 17-3-1849 16.
Vergunning verleend onder voorwaarden:
Inrichting onder toezicht van Architect.
Geen gebruik van de straat voor het bedrijf. 24-3-1849 11.
Op diens verzoek wordt aan Reinerus Siersma, smid alhier,
in verband met het procesverbaal de commodo et incommodo van 23-4-1869
vergund, om in huis E.134 in de Haniasteeg een smederij op te rich
ten, mits inrichting onder toezicht van Architect, en geen gebruik
van de straat voor uitoefening van het bedrijf. 28-4-1849 23.
Verzoek van Hendrik Lambrechts, Mr.-smid, om vergunning in
huis A.135 dat beroep uit te oefenen.
Provisioneel toegestaan.
Later wordt eventueel een officiële acte opgemaakt. 27-12-1849 14
Op diens verzoek wordt aan Gerrit Jan Beers vergund in het
huis Galileër Kerkstraat B.189a een smederij op te richten, mits
inrichting is in overleg met Architect, en de straat niet te ge
bruiken voor uitoefening van het bedrijf. 9-10-1850 20
Verzoek van Reinerus Siersma, smid alhier, om vergunning
tot oprichting van een smederij in huis E.134 op de Nieuwe Stad.
Buren worden gehoord Za. 15-4-1851. 2-4-1851 11
Vergunning verleend om in huis E.72 tussen Duco Martena
en Schiphuisjespijp een smederij op te richten, mits ten genoege
van Architect, en geen gebruik maken van de straat voor uitoefening
van het bedrijf. 9-4-1851 13
Koperslagerij en.
Verzoek van Jacobus Brinkman, kopersleger, om in het huis
1.259 in de Speelmanstraat een koperslagerij te mogen oprichten.
In handen van Architect gesteld. 13-3-1827 7
Besloten de omwonenden te horen. 31-3-1827 19
Toegestaan. 7-4-1827 14
Door B. en W. toegestaan aan J. van Temming, kunstverlakker
en blikslager, om in het huis F.41 op de zolder een droog- of bak
oven aan te leggen. 29-5-1830 21
Verzoek van Klaas de Lang, koperslager alhier, om vergun
ning tot oprichting van een koperslagerij in het daartoe door hem
gehuurde huis E.256 aan het Ruiterskwartier.
Door B. en W. besloten de omwonenden te horen Di. 28-2-1837.
25-2-1837 14
Vergunning verleend. 4-3-1837 14
Verzoek van Beroardus Adriani om in het huis H.25 aan de
Kelders éen blikslagerij te mogen openen.
Door B. en W. besloten de buren te horen Di. 20-3—1838. 17-3—1838 16
Vergunning verleend. 27-3-1838 26