291
Door B. en W. aan J. Huidekoper c.s. op diens ver
zoek toe te staan de barge „Leeuvarden-Harlingen nog deze
maand in de vaart te mogen brengen, in afwachting der beslis
sing van Z.M.
Verder op diens verzoek te benoemen als provisioneel Com
missaris; Cornelis Pelle, logementhouder in het Sneker Veer
huis, Schavenek.
Tot ligplaats der barge aan te wijzen de wal over de Vrou
wenpoort. 20-6-1829 7
Mededeling door B. en W. Harlingen van enige schik
kingen, door hen getroffen met de ondernemers der barge—
dienst, in verband met de ontvangst der tollen.
Hiervoor wordt goedkeuring gevraagd.
B. en antwoorden, dat voor dit doel hier een Commissaris
is benoemd, aan wie deze zaken zijn opgedragen.
Voorgesteld wordt dat Harlingen provisioneel ook een derge
lijke maatregel treft. 27-6-1829
Mededeling door B. en Harlingen, dat zij accoord
gaan met de benoeming alhier van een provisioneel Commissa
ris, die de tollen alhier invordert, en dat zij hebben be
noemd als Commissaris Johannes Damen, die alle tollen moet
invorderen en verantwoorden.
B. en alhier antwoorden dat het de bedoeling is, dat de
Harlingen Commissaris de tollen van de dienst,te Harlingen
aankomende, invordert. 10-7-1829 8.
Bij K.B. 11-7-1829.No171 is de concessie verleend
aan J. Huidekoper en D.J. Zeilmakertte Harlingen.
15-8-1829 2.
Door B. en W. is op grond van Art.9 van het Regle
ment van de bargedienst Leeuwarden-Harlingen, aan B. en V.
Harlingen voorgesteld om van de ondernemer een waarborgsom
van tenminste Fl.500,- te vragen. 20-3-1830 9»
Informatie door Commissaris van Politie of de Com
missaris der Barge Cornelis Pelle, is vrijgesteld van het
meegaan tot het verlaat, voor het invallen op het vracht
cedel der aldaar instappende personen.
B. en V. antwoorden, dat deze provisioneel is vrijgesteld.
3_2|_1830 15.
Toezending door B. en Harlingen van een acte van
borgtocht tot Fl.500,-, gepasseerd door F.B. Rocquette en
D. Fontein Pzn. voor de ondernemer der barge J. Huidekoper
en D.J. Zeilmaker, verleden voor notaris Mr. S.S. Wijma.
Ter Secretarie alhier gedeponeerd. 17-^-1830 7.
Nadat de stoomboot Amsterdam.Harlingen weer is inge
legd, vaart de barge Harlingen-Leeuwarden ook weer.
8-^-1837 5.x
Missive van de eigenaars der geoctrooieerde barge
tussen Harlingen en Leeuwarden, aangaande weder in de vaart
brengen der barge op ^-4-l837f na aankomst der stoomboot.
4-^-1837 11.x
Mededeling door B. en V. Harlingen, dat de barge dit
jaar niet tijdig genoeg in de vaart kan worden gebracht,
doch dat B. en W. aan de mede-eigenaar Huidekoper hebben
vergund zolang de trekschipper Nutte Hoedemaker daarvoor
te laten varen, met verzoek om deze als zodanig te erkennen.
Verder mededeling der maatregelen aangaande de invordering
der tollen, met verzoek daartoe orders aan Commissarissen
alhier en te Dronrijp te geven.
B. en V. antwoorden, dat deze maatregelen in strijd zijn
met het Reglement; Huidekoper had zich vroeger tot het Be
stuur moeten wenden.
Evenwel zullen B. en in deze omstandigheden berusten in
de genomen maatregelen. 31-3-1838 11.
Missive B. en Harlingen in antwoord op Missive
dezerzijds 31-3-1838 No.16/322, aangaande het niet varen
der barge en de deswege genomen maatregelen. 7-^-1838 13»