129.
Ter wegneming der moeilijkheid in de uitvoering van het 2e lid der aanschrijving
van 14-11-1828 van Gouverneur, wordt aan deze voorgesteld om voor de gehele provincie
op te maken een staat met de woonplaatsen van alle plaatselijke ontvangers in de dorpen,
en voor de dorpen en gehuchten onder deze ressorterende. 17-2-1829, 12.
Machtiging door Ged. Staten tot betaling van het aan de gemeenten in de buiten
gewone kosten van surveillance op de plaatselijke middelen aan de grenzen over 1831.
Is reeds aan voldaan. 31-3-1831, 3.
In verband met mededeling door Ged. Staten van een verzoek van de Minister om
zo mogelijk voor het verdere verloop van dit jaar geen plaatselijke opcenten op de ac
cijns voor Gemaal en Turf meer te leggen, etc.
Verklaart de Raad van oordeel te zijn, dat de plaatselijke belasting op Turf en Gemaal
onverminderd dient te blijven. R4-3-184 1, 3.
Missive van Ged. Staten aangaande een te heffen verminderde plaatselijke belas
ting op Gemaal en Turf.
Is niet meer van toepassing na Raadsbesluit R4-3-184 1, 3. 6-3-184 1, 4.
Mededeling door Ged. Staten van K.B. 14-2-1846, N67, houdende bepalingen ten
aanzien van vervolgingen tot invordering van plaatselijke belasting.
11-3-1846, 2.
Missive van Commies Controleur aangaande het afgeven van consenten tot opslag
in zaken van plaatselijke belastingen.
Door B. en W. wordt geantwoord, dat de Commies Controleur zich gemachtigd kan houden
om, met uitzondering van zodanige grote partijen als genoemd.
In het begin zijner missive, bij het afgeven der consenten tot wederopzeggens toe op
de door hem thans gebruikelijke wijze kan voortgaan. 14-4-1849, 12.
Missive van Commies Controleur in antwoord op door B. en W. toegezonden missi
ve van de Hoofdcommies der Plaatselijke Belastingen te Sneek aan de Gouverneur aangaande
de in-, uit- en doorvoer dezer provincie.
Extract dezer missive aan Gouverneur toegezonden en medegedeeld, dat B. en W. het van
belang achten, dat door Gouverneur de besturen der gemeenten bij de grens worden aange
schreven om ordèr te stellen, dat niet meer de verordeningen volgens besluit Ged. Sta
ten van 14-3-1839 moeten worden toegepast, maar in plaats daarvan de bepalingen op de
doorvoer door de gemeenten, voorkomende in de door de Raden dezer gemeenten vastgestel
de reglementen van plaatselijke belastingen. 26-5-1849, 9.
Missive Gouverneur, houdende aanvraag om opgaven tot samenstelling van een sta
tistiek overzicht van de plaatselijke belastingen. 16-6-1849, 4.
Opbrengst belastingen 1848 (Accijnsen)
Gemaal
28.868,79
Geslacht
13.4 1 1,85i?
Gedestilleerd
5 1 .403,41
Brandstoffen
14.900,89^2
Wijn
5.896,48
Zegelgelden
1 .797,35
Totaal
1 16 .278,78
R4-10-18495. blz199.
Octrooi
Aanschrijving door Prefect 11-9-18 11, tot het inzenden van enige nadere gegevens
als bij de aanschrijving van 19-5-1811 gevraagd.
Beantwoord bij Missive N2 17. Index M 18 11/12,
fol. 82, N12
17-9-1811)
Toezending door Maire Harlingen, 9-12-1811, van missive aan de Municipale Raad
over het tarief der Octrooien. Index M 1811/12,
fol. 25, N3
1 1-12-1811)
Aanschrijving door Prefect, 11-1-1812, tot het inzenden van een nominatie van 3
personen voor een ontvanger der Plaatselijke Armen Octrooien.
Gerapporteerd bij Missive N35. Index 1811/12,
fol. 112, N4,
16-1-1812)
Besluit van Prefect, houdende introductie der Octrooien voor deze Stad, en aan
stelling van H. Beekkerk tot Ontvanger daarvan.
Rapport bij Missive N46. Index M 18 11/12,
fol. 112, N4,
(27-1-1812)