Rapport door Hoofdcommies der Belastingen van ontduiking van accijns door:
S. de Vries,
H. Riel,
J. Kramer,
H.0. Bottinga,
B. Miedema,
R. Dijkstra,
G. Riel.
Verzocht wordt de zaak van S. de Vries in handen der Justitie te geven; de anderen
zijn vatbaar voor transactie. 23-1-18 19, 6.
Missive van Hoofdcommies der Belastingen, meldende veroordeling van Hendrik
Ramkema, wegens invoer vlees, tot 100,Pieter Jansschipper te Akkrum, wegens in
voer drank, tot 100,
Beide zijn niet in staat de boete te betalen. 13-3-1819, 7.
Rapport door Hoofdcommies der Belastingen wegens ontduiking door:
I. B. Hazelhoff, brander, wegens uitvoer drank op 3-2-18 19.
2. Huite Heeres, slager, te Roordahuizum, wegens invoer vlees voor A. Bekker, op 19—2—
18 19.
3. B. e Faber, slager te Roordahuizum, wegens invoer spek op 6-3-1819.
Transactie wordt verzocht.
Goedgekeurd. 13-3-1819, 8.
Rapport door Hoofdcommies Belastingen van 4 transacties, t.w. met:
1. Hendrik Riel voor 13,95 (13-3-1819, 8.)
2. Berthold Haselhoff voor 20,
3. Huite Huites Schaap voor 15,
4. Pieter de Fabèr voor 10,
Goedgekeurd. 3—1819, 8.
Inzending door Commies Controleur, waarnemend Hoofdcommies der Belastingen,
van 2 rapporten van ontduiking door:
1. Ynse Douwes, c.s.
2. E. Molenaar.
Beide zijn niet vatbaar voor transactie.
Gesteld in handen der Justitie. 4-1-1820, 6., 7., 3
Officier der Justitie adviseert IJnse Douwes niet te vervolgen.
Voor de vervolging van E. Molenaar wordt 25,voorschot gevraagd.
8-2-1820, 9., 1., 2
Door Commies Controleur wordt geadviseerd, dat IJnse Douwes met geen goede
kans op succes is te vervolgen.
Besloten de zaak zo goed mogelijk af te doen. 19-2-1820, 2.
Door President Burgemeester afgedaan door betaling der kosten ad 7,en te
ruggave der in beslag genomen drank. 22-2-1820, 6.
Inzending door Commies Controleur, waarnemend Hoofdcommies der Belastingen,
van 9 transactiën met:
1. D.J. van der Meer te Wijnsinvoer schaapsvlees: 5,
2. J.K. Rienstra, te Rauwerd, invoer schaapsvlees: 10,
3. Klaas Johanneste Deinum, invoer droog spek: f 20,
4. G. van der Veen, Leeuwarden, overtreding Art. 35 van het Reglement Stedelijke Belas
tingen: 15,
5. Aaltje Adema, te Smallenee, schaapsvlees: 5,
6. T. Hazelhoff, A. v.d. Meulen en Zoon, IJke Wijga: het naar de molen vervoeren van
graan op een ander uur dan op de ceduls is vermeld: 27,50.
7. Jacobus Alberda, Deinum, en Wietze van Dam, molenaar te Leeuwarden: het afvoeren
van graan van de molen "De Arend" voor 15,
8. Rouke Dirks Terpstra, Marssum, invoer spek: 15,
9. Aaltje van Dijk, Bergum, invoer spek: I 3,09.
10. Wouter Hendriks, de schipper van Buitenpost: gesteld in handen der Justitie.
11. Relaas der actie tegen IJnse Douwes (4—1—1819, 6).
Goedgekeurd. 4-1-1820, 7.
Missive Officier van Justitie, naar aanleiding van Missive dezerzijds 8-1-1820
N9, informerende hoe te handelen met de ontduiking der belasting door IJnse Douwes, E
Molenaar en Wouter Hendriks.
(Zie: 4-1-1820, 6. en 4-1-1820, 7. 3.). 11-1-1820, 5.
Inzending door Commies Controleur, waarnemend Hoofdcommies, van processen ver
baal wegens ontduiking tegen:
1. R. Ruitenschild, brander. Transactie 10,
2. Pieter de Faber, slager Wijtgaard: invoer spek. Transactie 20,
3. Hein Henderikus Spijkerman: invoer spek.
Verzocht wordt dit te stellen in handen der Justitie.
Goedgekeurd. 22-1-1820, 8.
