Inzending door Commies Controleur, waarnemend Hoofdcommies der Belastingen,
van een rapport van ontduiking door:
H. Maneman, tapper, wegens te weinig impost op ingevoerde drank.
Boete 10,met het ontdoken recht en de kosten.
Goedgekeurd. 3-3-1821, 7.
Mededeling door Commies Controleur, waarnemend Hoofdcommies der Belastingen,
dat is aangehouden een vaatje drank, van Buitenpost gezonden aan de koopman J.A. Driels-
ma, die het weigert te ontvangen, aangezien hij verkeert in staat van faillissement.
Dat verder Drielsma nog aan de stad schuldig is 158,wegens invoer drank, en zijn aan
slag in de Personele Omslag 1820.
Besloten de eigenaar van de drank op te roepen in de Leeuwarder Courant.
12-5-1821, 10.
De brander E.L. Sikkema, te Buitenpost heeft zich gemeld op de oproep, als
eigenaar van het vat drank.
Drielsma is 20,schuldig aan directe belasting: voorgesteld wordt deze door de agent
van het faillissement te doen uitbetalen.
Goedgekeurd door Burgemeesteren
Wat de eigendom van de drank betreft, dient de uitspraak van de rechterlijke macht te
worden afgewacht, of er moet overleg bij schikking plaats hebben. 2-6-1821, 14.
E.L. Sikkema is tot eigenaar der brandewijn verklaard, die het vat tegen beta
ling der impost en der kosten heeft teruggekregen.
Verder heeft de agent betaald aan de Ontvanger der Directe Belastingen de 20,be
lastingschuld van Drielsma. 11-8-1821, 10. 4.
Mededeling door Commies Controleur, waarnemend Hoofdcommies der Belastingen,
van de inbeslagneming van een vat rum, waarvan de begeleiders gevlucht zijn.
Besloten de eigenaar te doen oproepen bij advertentie in de Leeuwarder Courant.
6-11-1821, 2.
De eigenaar heeft zich niet gemeld: daarom is door Commies Controleur het vat
verkocht voor 36,25 aan de kooplieden Th. Roukes en Zoon.
Commies Controleur mag echter zonder toestemming van Burgemeesteren geen goederen ver
kopen 15-1 1- 182 1 1 1
Mededeling door Commies Controleur, waarnemend Hoofdcommies der Belastingen, van
transactie wegens ontduiking met Wed. Hoekstein en Zn., kooplieden, wegens invoer van
drank: Boete 75,met kosten ad 2,87^, en geen confiscatie. 13-11-1821, 9.
Mededeling door Commies Controleur, waarnemend Hoofdcommies der Eelastingen,
dat de rekening van de koopman in wijn H. van den Berg Pzn., hebbende entrepot, bij de
laatste visitatie niet in orde is bevonden.
Door Burgemeesteren wordt nader rapport gevraagd, 19-1-1822, 11.
Gebleken is, dat uit het entrepot clandestien zijn vervoerd 26-^ oxhoofd wijn.
Geadviseerd wordt het consent voor entrepot in te trekken en laten betalen de kosten van
het rapport ad 0,75.
Burgemeesteren gaan hiermede accoord en gelasten aan Ontvanger Indirecte Belastingen
terstond in te vorderen aan accijns bij koopman H. van den Berg Pzn.: 460,62-^.
22-1-1822, 3.
Mededeling door Ontvanger Indirecte Belastingen, dat, als gevolg van besluit Bur
gemeesteren 22-1-1822, 3., na het opmaken van de rekening van H. van den Berg Pzn blijkt,
dat deze schuldig is de impost van 3701 stopen wijn, waarvan hij 2544 heeft voldaan en
voor 1157 stopen zekerheid gesteld.
Ontvanger aangeschreven terstond te voldoen aan besluit Burgemesteren 22-1-1822, 3.
5-2-1822, 14.
Inzending door Commies Controleur, waarnemend Hoofdcommies der Belastingen, van
een transactie wegens ontduiking door de brander O.J. Dijkstra. Boete 6,met de kos
ten
Geen confiscatie. 19-3-1822, 2.
Mededeling door Commies Controleur, waarnemend Hoofdcommies der Belastingen, van
ontduiking door Wed. T. Appelhoff.
Geadviseerd wordt: Vrijstelling van boete; alleen kosten betalen.
Burgemeesteren gaan hiermede accoord. 27-4-1822, 11.
Inzending door Commies Controleur, waarnemend Hoofdcommies der Belastingen, van
een relaas van ontduiking door O.J. Dijkstra, brander. Deze weigert transactie, daarom
wordt voorgesteld de zaak in handen der Justitie te geven.
Burgemeesteren gaan hiermede accoord. 25-5-1822, 12.
Verzoek van Officier van Justitie om 30,te betalen als kosten voor de
vervolging. 11-6-1822, 3.
Bij de Ontvanger schijnt een abuis te zijn gemaakt, zodat beklaagde geen schuld
treft; daarom besloten af te zien van vervolging. 16-7-1822, 3.
