205.
Negatief beantwoord door B. en bij Missive
dezerzijds 1-8-1846. No.70/8l4. 1-8-1846 2.
Missive van N.H. Diakonie alhier in antwoord
op Missive 7-10-1846. No.70/1033> aangaande het verle
nen van onderstand in het algemeen, en wel speciaal
ten aanzien het dezer dagen naar de Ommerschans opge
zonden huisgezin van: H.B. Schultze.
Het door de Secretaris ontworpen antwoord wordt goed
gekeurd. 14-10-1816 14a
Missive N.H. Diakonie alhier, in antwoord op
Missive dezerzijds 19-10-1846. No.73/1066.
(Missive dezerzijds 19-10-1846. No.73/1066 is het
antwoord op een Missive van N.H. Diakonie, houdende
beklag over Missive dezerzijds 7-10-1846. No.54/1033,
die handelt over het weigeren van onderstand door
N.H. Diakonie aan: H.B. Schultze met vrouw en 4 kinderen,
die daardoor genoodzaakt is vrijwillige opzending naar
de Ommerschans aan te vragen, welke kosten B. en
aan N.H. Diakonie in rekening brengen.
In Missive 19-10—1846. No.73/1066 critiseren B. en
ernstig deze houding van N.H. Diakonie). 4-11-1846* 8.
Toezending door B. en Zwolle van declara
tie wegens transport van: Hendrika ¥ilhelmina Kuvé,
vrouw van Hgndrik Schuur, met 5 kinderen, naar de
Ommerschans. 25-11-1846 10.a
Missive van Directeur van Politie aangaande
de gedeserteerde bedelaarskolonist: Cornelis ¥agenaar,
onderstandsdomiciliete Oldeboorn, waar hij evenwel
blijkens afgenomen verhoor, niet allen niet is gear
resteerd, maar bij ontdekking zelfs 'is weggezonden.
Zal worden opgezonden met heteerstvolgend transport,
en aan Gouverneur zal worden verzocht, dat de trans
portkosten worden vergoed door het verplichte bestuur.
25-11-1846 14.
Missive van Gouverneur aangaande het onder
standsdomicilie van: Poppe de Jong, op 16-12-1846 door
Aengwirden naar de Ommerschans gezonden.
Onderzoek zal worden ingesteld. 23-12-1846 3.
Bericht door Gouverneur dat de bedelaar:
¥ijtze Arends Veenema voorlopig van de opzending naar
de Ommerschans zal kunnen worden vrijgesteld.
5-5-1847 2.
Missive van Aengwirden aangaande de vereve
ning van de transportkosten naar de Ommerschans van
de daarbij genoemde bedelaarskolonisteJ. Meyer,
alhier onderstandsdomicilie hebbende.
Ordonnantie ad fl.15»- zal worden toegezonden.
12-5-1847 14
Pieter Giezen is als bedelaar naar de Ommer
schans overgebracht, en zijn kinderen worden onder
houden door Stads Armvoogdij. 12-5-1847 24.
Toezending door Gouverneur van gunstige her
schikking van Dep. van Binnenl. Zaken, op verzoek van
L. van der Meer alhier, om vrijstelling van opzending
naar de Ommerschans van zijn vrouw: J. Zwart en kind,
intussen aldaar reeds gevestigd.
Zal gevolg aan worden verleend. 16-6-1847 2.
Missive van Gouverneur, houdende mededeling,
dat de bedelaar: ¥.G. Panne van de opzending naar de
Ommerschans is vrijgesteld. 30-6-1847 2.
Missive van B. en Zwolle ter bekoming van
restitutie wegens verschoten transportkosten wegens
de overbrenging van: Ephraïm Polak naar de Ommerschans,
ad fl.1,35. 30-6-1847 13.b