Verzoek van Hermina Isaac Stukje aan Min.
van Binnenl. Zaken om ontslag uit Veenhuizen.
Door B. en W. wordt bericht aan Gouverneur, dat zij
op 14-3-1830 als bedelares is opgezonden naar de
Ommerschans, zonder vonnis.
Geen bezwaar tegen ontslag. 12-7-1832 6
Toezending door Gouverneur van verzoek van:
Hermina Stukje om ontslag uit de kolonie Veenhuizen.
Gunstig advies van B. en W. 2-2-1833 6
Afgewezen. 4-5-1833 8
Toezending door Gouverneur van verzoek van:
Huberdina Zelle aan Min. van Binnenl. Zaken om ontslag
uit de kolonie Veenhuizen, met haar kind.
Door B. en W. wordt bericht dat zij zeer slordig is,
en een bedelares 1e so.ort, zodat gevaar bestaat voor
spoedige herhaalde opzending.
Geadviseerd wordt het verzoek vooralanog .niet toe te
staan. 21-7-1832 2
Toezending door Gouverneur van verzoek van:
Trijntje Ox om ontslag uit Veenhuizen.
Door B. en W. wordt bericht, dat zij behoort tot de
brutaalste bedelaars, dat haar man voor enige maanden
tengevolge van rechterlijk vonnis naar de Ommerschans
is gezonden, en dat haar kinderen in het bestedelingen—
huis alhier zijn opgenomen.
Geadviseerd wordt het verzoek voorlopig niet toe te
staan. 31-7-1832 1
Toezending door Gouverneur van verzoek van:
Trijntje Ox om ontslag uit Veenhuizen.
Vooralsnog ongunstig advies van B. en 27-2-1836 2
Toezending door Gouverneur van verzoek van:
Elisabeth Slegt, Wed. Jan Duitz, om ontslag uit Veen
huizen.
Door B. en W. wordt bericht dat hiertegen geen be
zwaar bestaat; zij is 13-10-1829 vrijwillig naar de
Ommerschans gegaan, en zal wel voor zichzelf en haar
kinderen kunnen zorgen-. 18-8-1832 6
Toezending door Gouverneur van verzoek van
Hendrika Marinusdat haar zuster, Menke Marinusuit
de kolonie te Veenhuizen mag worden ontslagen.
Gunstig advies, (vlg. Missive dezerzijds 4-7-1831.
No.76/497). 12-2-1833 5
Verzoek van betrokkene zelf.
Antwoord als in Missive dezerzijds 12—2—1833* No.79/l46
4-6-1833 7
Mededeling door Gouverneur, dat de loteling
Pieter du Pon, zich bevindende in de kolonie te Veen
huizen, door de Militieraad in Drente voor 1 jaar is
vrijgesteld van de Militiedienstwegens gebrek aan
lengte. 20-4-1833 5
Verzoek aan Min. van Binnenl. Zaken door:
Johannes Dupon om ontslag uit het gesticht Veenhuizen,
waar hij thans is geplaatst voor rekening dezer ge
meente, met dien verstande, dat hem mag worden toege
staan binnen de kolonie te blijven, om daar zijn be
roep van kleermaker uit te oefenen.
Gunstig advies van B. en W.- aan Gouverneur.
V 10-8-1833 7
Toezending door Gouverneur van verzoek van:
Johannes Dupon aan Min. van Binnenl. Zaken om ontslag
uit Veenhuizen."
•Onderzoek zal worden ingesteld. 11-10-1834 4
Idem. Gunstig advies van B. en V,
27-12-1836 1
Idem van: Lutskje Jans de Vries.
Door B. en V. wordt ongunstig geadviseerd.
19-10-1833 2