229.
Zullen naar Veenhuizen worden opgezonden
door een politie-hediende25-4-1829 11.
Op de staat der naar Veenhuizen op te zenden
kinderen komt voor: Benedictus Reindorp.
Deze wordt echter opgenomen bij zijn broeder: Hartog
Mozes Reindorp, en wordt vrijgesteld van opzending.
Zie nader bij: Ned. Israël. Armvoogd!j. (Eigen geali-
menteerden). 23-5-1829 4.
15-9-1829 3.
Mededeling door Gouverneur, dat te Veenhuizen
is overleden op 27-4-1829 het kind: Hoeke van der Werff
Wordt medegedeeld aan Stads Armvoogdij. 6-6-1829 2.
Mededeling door Gouverneur, dat uit Veenhuizen
op 18-5-1829 is gedeserteerd de wees: Berend Thomas
Visserafkomstig uit het N. Stads Weeshuis alhier.
27-6-1829 3.
Toezending door Gouverneur van 2 naamlijsten
van jongens en meisjes, op 31-12-1827 in de koloniën
der Maatschappij van Weldadigheid onder Friesland
aanwezig. 10-7-1829 4.
Mededeling door Gouverneur van overlijden en
ontslag van enige kinderen te Veenhuizen. 4-9-1829 5.
Mededeling door Gouverneur, dat op 7-6-1829
uit het gesticht Veenhuizen is gedeserteerd: PJJans
Wordt bericht aan Voogden R.K. Weeshuis. 4-9-1829 6.
Verzoek van R^K. Armvoogdij om opzending naar
Veenhuizen van: Marius Hasker, alhier geboren 10-8-1817.
Is opgezonden. 8-9-1829 5.
Verzoek der Voogden van het N. Stads Weeshuis
om de weesLeendert Rodenhuis wegens doorgaand slecht
gedrag naar Veenhuizen te zenden.
B. en W# zullen hem door een politiebediende daarheen
laten overbrengen. 29-9-1829 1.
Door B. en W. wordt bezwaar ingebracht tegen
het voorkomen op de door Gouverneur toegezonden lijs
ten van personen in de koloniën van Weldadigheid van:
Jan Andries Mulder, (kosten fl.34,23), daar deze hier gee
geen onderstandsdomicilie heeft. 15-10-1829 2.
De kosten van deze zijn van de rekening afge
schreven. 7_11_1829 4.
Mededeling door Gouverneur, dat de wees:
Gerhardus Jacobus Ridder Smit op 27-12-1829 te Veen
huizen is overleden. 2-2-1830 2.
Aanschrijving door Gouverneur om op te geven
de kinderen, die in termen vallen voor opzending naar
Veenhuizen.
Doorgezonden naar de Armbesturen. 20-2-1830 3.
Mededeling door Gouverneur van verleende
machtiging tot ontslag uit de kinderetablissementen
der Maatschappij van Weldadigheid van:
Debora Luthmersen
Albertus Hes. 1-3-1830 6.
Door B. en W, wordt opgemerkt, dat er geen
aanmerkingen zijn, maar dat alleen dient te worden
ingelicht, dat: Koenraad en Maria Heibrink, door
Stads Armvoogdij uitbesteed te Frederiksoord2e ko
lonie, 2e wijk, op verzoek van B. en W# door de Sub
commissie van Weldadigheid zijn overgebracht naar Veen
huizen, om het gezin van: Jelle Wisses de Vries, met
4 kinderen, waarbij zij waren uitbesteed, te ontlasten.
8-6-1830 2.
Toezending door Gouverneur van staat van kin
deren in inrichtingen der Maatschappij van Weldadig
heid t.w.