Inzending door Sub-commissie van Weldadigheid van
2 declaratiën ad fl.56,60 voor schrijfbehoeften over 1819 en 1820.
In Raad gebracht. 27-11-1821 8
Door Raad toegestaan. R 3-12-1821 7
Inzending door Sub-commissie van Weldadigheid van een
declaratie van kleine uitgaven over 1821 ad fl.25,20.
In Raad gebracht, op grond van Raadsbesluit R 3-12-1821. 7.
22-6-1822 9
Raad verlangt, dat in 't vervolg de declaratiën voor
1 Maart worden ingezonden. R 1-7-1822 2
Inzending door Sub-commissie van Weldadigheid van de
claratie voor kleine uitgaven over 1822 ten bedrage van fl.25,10.
Toegestaan. R 6-1-1823 3
President der Sub-commissie van Weldadigheid is Burgem.
Joh. Romkes. 4-10-1823 7
Inzending door Sub-commissie van Weldadigheid van de
claratie ad fl.36,90 voor kleine uitgaven.
Zal voldaan worden. 3-1-1824 4
Inzending door Sub-commissie van Weldadigheid alhier,
evenals vorige jaren, van een declaratie van kleine uitgaven.
Door B. en W. in Raad gebracht. 15-1-1825 12
Inzending door Sub-commissie van Weldadigheid van de
claratie van verschotten voor kleine uitgaven over 1825 ad fl.46,10.
Door B. en W. in Raad gebracht. 3-1-1826 12
Door Raad besloten dit te restitueren.
Ged. Staten machtiging vragen. R 9-1-1826 8
Mededeling door Gouverneur, dat Baron W.H. van Sytzama,
grietman van West Dongeradeel ontslag verzoekt als lid der Sub
commissie van Weldadigheid, voor die grietenij, daar hij zich te
Kollum vestigt.
Het lidmaatschap vervalt automatisch met ontslag, en gaat op de op
volger over. 4-2-1826 3
Inzending door Sub-commisie van Weldadigheid van de
claratie van uitschot voor kleine uitgaven over 1826.
Machtiging gevraagd voor betaling uit het Fonds Onvoorziene Uit
gaven 1826. 30-12-1826 12
Inzending door Sub-commissie der Maatschappij van Weldadigheid van
declaratie en verschotten over 1827 ad fl.49,-.
In Raad gebracht. 29-12-1827 20
Benoemd als lid der Sub-commissie van Weldadigheid
Albert Dominicus Graaf van Limburg Stirum, inplaats van Mr. D.H.
Beucker Andreae, overleden. 12-4-1828 12
Benoeming aangenomen. 19-4-1828 8
Inzending door Süb-commissie van Weldadigheid van
declaratie van verschotten over 1828 ad fl.46,70.
Betaling uit het Fonds Onvoorziene Uitgaven zal door B. en W. aan
Raad worden voorgedragen. 27-12-1828 11
Inzending door Sub-commissie van Weldadigheid van
declaratie van kleine verschotten over 1829 ad fl.44,78.
Door B. en W. wordt voldoening uit het Fonds voor Onvoorziene Uit
gaven voorgedragen. 29-12-1829 15
Restitutie aan Sub-commissie van Weldadigheid van ver
schotten van kleine uitgaven over 1829 ad fl.44,70. R 4-1-1830 10
Inzending door Sub-commissie van Weldadigheid van
declaratie van verschotten over 1830 ad fl.46,70.
Voldaan door aanvrage bij Ged. Staten van machtiging tot voldoen
uit het Fonds voor Onvoorziene Uitgaven op Begroting 1830.
4-1-1831 10
Inzending door de Sub-commissie van Weldadigheid van
declaratie van verschotten over 1831 ad fl.47,-. 27-12-1831 5
Ter voldoening daarvan zal de nodige aanvraag bij Ged.
Staten gedaan worden. R 9-1-1832 3
Inzending door Sub-commissie van Weldadigheid van
declaratie van verschotten voor kleine uitgaven over 1832, groot
fl.46,20.
Bij Ged. Staten zal voldoening aangevraagd worden. 29-12-1832 14