9. Verzocht wordt opgave hoe te handelen met het restant der bij voorschot ontvangen som van fl.104,-, ad fl.55,70 en tevens toe te zenden een certificaat voor de successie, waaruit blijkt, dat de na latenschap minder dan fl.300,- bedraagt.. 15-8-1835 1 1. Evert Wijmers kan, wegens het ontbreken van zijn verstande lijke vermogens, niet geplaats worden in het N.S.—Weeshuismaar wordt opgezonden naar de kolonie. 29-12-1835 14.b Toezending door Officier van Justitie van vonnis Recht bank alhier, waarbij is bepaald dat: Jan Wielsma, thans in het Huis van Bewaring alhier, voor 1 jaar moet worden opgesloten in een ver beterhuis Plaatsing in het St„ Elisabethgesticht te Deventer zal worden aan gevraagd.. (Missive dezerzijds 27-2-1836.. No.55/149). 27-2-1836 8. Betrokkene kan worden geplaatst. In de loop dezer week wordt hij overgebracht. 8—3—1836 5. Bericht van het bestuur van het gesticht, dat de patiënt vrijwel is genezen, en waarin wordt voorgesteld hem in de maat schappij te plaatsen. Aan de Officier van Justitie zal ontslag worden verzocht.. 12-11-1836 11. Bevel van Rechtbank van invrijheidsstelling10—12—1836 3. Missive van R. Fenema, tijdelijk medebestuurder van het St. Elisabteh-gasthuis te Deventer aangaande het ontslag van: Jan Wielsma. 14-12-1836 20. Betrokkene heeft op 14-12-1836 de inrichting hersteld verlaten. Verevening verpleeggeld vanaf 1-12-1836. 21-1-1837 13,. Erkenning door Israëlitische Armvoogdij van onderstands domicilie alhier van; Hartog Martinus Levv Mevers. thans opgesloten in het verbeterhuis te 's-Gravenhage wegens krankzinnigheid. Bereid tot overname en restitutie.. 12-3-1836 11. Antwoord van B. en W.» s-rGravenhage op Missive dezerzijds 12-3-1836.No.6/200, berichtende dat Hartog Martinus Levy Meyers wel naar huis kan worden vervoerd ter verpleging, maar dat de ge neesheer van het verbeterhuis zijn toestand zodanig vindt, dat spoedig herstel waarschijnlijk is, zodat vervoer waarschijnlijk onnodig is. Medegedeeld aan Ned. Israël. Armvoogdij. 2-4-1836 6. Deze gaat ermede accoord dat betrokkene nog 4-6 weken te 's-Gravenhage voor hun rekening wordt verpleegd. 16-4-1836 10. Betrokkene is op 29-5-1836 hersteld ontslagen. Declaratie zal worden toegezonden. 7-6-1836 4. Toezending door B. en W. 's-Gravenhage van declaratie van Regenten van het verbeterhuis aldaar, ad fl.50,22, wegens de verpleging van H.M.L. Meyers, met verzoek om restitutie door het Israël. Armbestuur. 2-7-1836 11. Declaratie is te hoog; fl.3,50 per week terwijl vroeger is opgegeven fl.3,- per week. 20-7-1836 22. B. en W. 's-Gravenhage antwoorden, dat de declaratie niet te hoog is; fl.3,50 per week is het tarief; abusievelijk was fl.3,- opgegeven. 20-8-1836 6. Toezending door Officier van Justitie van lastgeving der REchtbank van 23-1-1837 tot opsluiting gedurende 1 jaar, of totdat verbetering optreedt, van: Pieter Pieters Postma, thans opgesloten in het Huis van Bewaring alhier. Verzocht wordt voor de overbrenging te zorgen. Bij het St. Elisabeth-gasthuis te Deventer zal plaatsing worden gevraagd. 28-1-1837 21. Antwoord van het bestuur van het St. Elisabethsgesticht op Missive dezerzijds 28-1-1837. No.81. 4-2-1837 8. Mededeling door Bestuurders van het St. Elisabeth-gasthuis te Deventer, dat de toestand van de krankzinnige Elisabeth Bloemen- daal voortdurend dezelfde blijft, maar dat Pieter Pieters Postma kan worden ontslagen. Door B. en W. wordt verzocht hem op 23-1-1838 te ontslaan en, indien nodig, voor rekening der stad van reisgeld te voorzien. 16-12-1837 18.

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 9