64 5
Missive van Ev. Luth. Armvoogdij aangaande het
onderhoud van: Aaltje Paalman, vrouw van: C.L. Weerman,
met haar 4 kinderen, zich thans te Zwolle bevindend.
25-11-1846 10.e
Idem aangaande verleende onderstand aan: Carel
Ludwig Wehrman en gezin door Armvoogdij Roordahuizum.
Onder terugzending der declaratie aan Idaarderadeel berichten
B. en niet bereid te zijn aan de Luth. Armvoogdij alhier
de verplichting op te leggen tot restitutie van een derge
lijke, alle maat te boven gaande onderstand, gelijk deze.
Daarom worden nadere inlichtingen verzocht. 7-2-184-9 12.
Antwoord van Ev. Luth. Armvoogdij op Missive van
Idaarderadeel. 28-2-1849 5 a
Missive van Ev. Luth. Armvoogdij alhier in ant
woord op toegezonden Missive van Burgem. van Vlagtwedde aan
gaande de restitutie der voor: C.L. Wehrman en gezin uitge
schoten verplegingskosten9-5-1849 12.
Idem aangaande de verleende onderstand aan:
C.L. Wehrman door het Plaatselijk Bestuur van Vlagtwedde.
7-5-1851 14.
Erkenning door Ev. Luth. Armvoogdij van de ver
plichting tot onderhoud van: Catharina Hillebrand, op 9~9~1845
als zieke in het Buiten Gasthuis te Amsterdam opgenomen.
24-9-1845 13.e
Missive van Ev. Luth. Armvoogdij alhier aangaande
het onderstandsdomicilie van: Jan van Toom, te Amsterdam in
het Buiten Gasthuis als zieke opgenomen. 8-10—1845 l4.b
Idem aangaande de verevening van nog enige ten
hunnen laste opgenstaande vorderingen, in verband met Missive
dezerzijds 9-8-1850.
Zal worden uitgevoerd, 21-8-1850 13»
Restitutie AAN Ev. Luth. Armvoogdij.
Missive van B. en W. Harlingen aangaande domicili
van onderhoud van: Christiaan Groverman, nagelaten zoon van:
Pietertje Klaas Eestra, wed. Groverman.
Gesteld in handen van Stads Armvoogdij. 24-3-1832 7.
Wed. Groverman is geruime tijd onderhouden door
Ev-Luth. Diakonie te Harlingen. Onderstandsdomicilie is
aldaar. 27-3-1832 2.
Harlingen gaat hiermee niet accoord.
B. en W. blijven bij haar mening; zolang betrokkene minder
jarig is volgt deze het domicilie der moeder (Harlingen),
daarna is de plaats van geboorte bepalend. 31-3-1832 13.
Beslissing Ged. Staten; domicilie blijft te Har
lingen. 17-4-1832 1.
Antwoord van Ev. Luth. Armvoogdij op Missive van
Rauwerderhem aangaande het onderstandsdomicilie van:
Gerhardus Hendrik Ritman.
Wordt medegedeeld aan Rauwerderhem. 13-7—1838 13»
Inzending door Ev. Luth. Armvoogdij alhier van
declaratie van verschotten voor: Gerardus Hendrik Ritman.
Wordt gevolg aan gegeven. 28-8-1838 4.
Missive van Ev. Luth. Armvoogdij alhier aangaande
de verleende onderstand aan: Adam Dameonderstandsdomicilie
te Delft. 12-1-1848 9.c
Financiën.
Algemeen,
Verzoek van Ev. Luth. Armvoogdij om subsidie, daar
zij anders niet voldoende onderstand kunnen verstrekken.
30-3-1818 5.
In Raad gebracht. 29-4-1818 10.