728.
Verzoek van L. Adema, Rentmeester N.S. Weeshuis om, daar geen geld
in kas is, Of uitbetaling van een gedeelte van het subsidie, óf overname
van het voordelig saldo van zijn voorganger J.B. Oosting.
De voorganger wordt gemachtigd dit saldo over te dragen. 5-2-1822 15.
Verzoek van Voogden N.S. Weeshuis om te mogen beschikken over
de sommen, die in 1822 en 1823 ter beschikking van de Raad zijn gebleven,
teneinde nieuwe bedden te kunnen aanschaffen.
Gesteld in handen der Commissie voor de Begroting 1822. 19-4-1823 7.
Aan Voogden N.S. Weeshuis wordt een ordonnantie van fl.1000,-
ter beschikking gesteld voor subsidie 2e kwartaal, aangezien aldaar geen
geld in kas is. 24-4-1824 6.
Verzoek van Voogden N.S. Weeshuis om de som van fl.482,-, die
als blijvend kapitaal moet worden beschouwd, aan te mogen vullen tot fl.600,-
en daarvoor te kopen een inschrijving Grootboek van fl.1000,-, rentende
2^% Werkelijke Schuld. In Raad gebracht. 19-2-1825 7.
Machtiging verleend. R. 28-2-1825 5.
Verzoek van Voogden N.S. Weeshuis om wegens tekort te mogen
beschikken over het Fonds voor Onvoorziene Uitgaven voor een bedrag van
fl.257,82^. f1.117,82% voor aankoop van een effect; fl.40,- voor overgang
van kinderen naar het Burger Weeshuis; fl.100,- voor aankoop van turf).
Toegestaan. 27-9-1825 5.
Mededeling door Voogden N.S. Weeshuis, in antwoord op Missive
dezerzijds 8-10-1825. No.567, aangaande de verantwoording der gelden, af
komstig van de verdiensten der Weeskinderen, welke Voogden voorlopig wil
len bestendigen. In advies gehouden. 22-11-1825 4.
Voorstel door Voogden N.S. Weeshuis om voortaan de intrede-
gelden voor het Burger Weeshuis (fl.50,- voor jongens en fl.60,- voor
meisjes) door de stad te doen betalen, daat het Weeshuis hiermede niets te
maken heeft. R. 1-10-1827 2.c
Door Raad hiertoe besloten en daarvoor fl.180,- op Begroting
1828 gebracht. R. 1-10-1827 5.
Inzending door Voogden N.S. Weeshuis van de staat hunner ad
ministratie over 1830.
Bij de samenstelling van de algemene tabel zal hiervan gebruik worden ge
maakt. 1-3-1831 8.
Mededeling door Voogden N.S. Weeshuis naar aanleiding der vrij
willige geldlening volgens de Wet van 15-3-1844 (St.No.14), dat zij daartoe
moeten bijdragen voor fl.17.000,-.
Zij verzoeken daartoe machtiging tot verkoop van 9 obligatiën ten laste
van Denemarken, rente 4%, ieder fl.1000,-.
Voor de 2e helft zal later machtiging gevraagd worden.
Machtiging verleend. R. 4-4-1844 2.
Mededeling door Voogsen N.S. Weeshuis, dat zij onlangs ont
vangsten hebben gehad wegens restitutie van onderhoudskosten voor wezen,
in of buiten het gesticht, doch minderjarig, overleden, tesamen tot fl.100,-.
Voor ontvangst hiervoor is op Begroting 1848 en 1849 niets uitgetrokken.
Daar deze gelden vermoedelijk ook in 1850 nog kunnen worden gemist, wordt
verzocht ze te mogen beleggen door aankoop van inschrijvingen op het Groot
boek Nationale Schuld.
Toegestaan. 22-11-1848 10.
Begroting.
Budget 1814 van het N.S. Weeshuis, met bijlagen en Cahier
d'ObservationGesteld in handen van Griffier. I.M. 1813. Blz.44 No.451.
Inzending door Voogden N.S. Weeshuis van Begroting 1815.
20-6-1815 9.
Inzending door Voogden N.S. Weeshuis van Begroting 1818.
(en Rekening 1816). 28-10-1816 7.
Vaststelling door Raad van Begroting 1818 van N.S. Weeshuis.
R. 16-3-1818 3.
Inzending door Rentemeester N.S. Weeshuis van Begroting 1820,
met verzoek tevens om een subsidie uit te betalen.
fl.1595,- uitbetaald. 22-2-1820 4.
Verzoek van Voogden N.S. Weeshuis tot overschrijving van-enige
posten Dienst 1820, alsmede tot het mogen doen van reparaties en het voort
gaan met de betaling van kostgelden voor wezen, die nog niet kunnen wor
den opgenomen. 14-10-1820 7.
