736.
Bericht van Secretaris dienaangaande gezonden aan Ged. Staten.
9-11-1819 7.
Mededeling door Voogden N.S. Weeshuis, dat het Weeshuis tot erf
genaam is benoemd van wijlen Jacobus Martinus Baljée, overleden te Batavia,
verzoekende machtiging aan Z.M. te mogen vragen tot aanvaarding der nala
tenschap. Door Burgem. in Raad gebracht. 11-11-1823 10.
Raad geeft toestemming, mits de aanvaarding nimmer tot nadeel
kan strekken. r. 1-12-1823 1.
Toezending door Gouverneur van verzoek aan Z.M. om advies.
20-3-1824 1.
Na onderzoek wordt gerapporteerd:
a. Het vermogen is vrij zeker aanzienlijk.
b. Er zijn geen verdere nabestaanden buiten het testament.
c. Erflater is niet onberekenbaar.
d. Er is geen reclame te verwachten. 23-3-1824 8.
Machtiging door Z.M. verleend. 10-7-1824 6.
Terugzending door Gouverneur van authentieke copie van het tes
tament, ontvangen van Administrateur Armwezen en Gevangenissen. 10-1-1826 2.
Mededeling door Voogden N.S. Weeshuis, dat is ontvangen van de
executeurs van het testament van Baljée fl.94.000,-, waarvoor gekocht is
f 1181.000 certificaten Nationale Schuld tegen rente 2-^% wat, met kosten van
overschrijving, een uitgaaf vormt van fl94238,35
Verzocht wordt de fl.238,35 te mogen betalen uit de binnenkomende rente.
Toegestaan. 3-3-1827 13.
Toezending door Voogden N.S. Weeshuis van het testament van
J.M. Baljée, met verzoek om mededeling of in de stad ook blinde kinderen
zijn, die op het instituut te Amsterdam uit de daartoe door Baljée bestemde
fondsen zouden kunnen worden onderwezen.
Belanghebbenden zullen worden opgeroepen. 9-3-1827 16.
Zich aangemeld hebben:
Bernardus Dreunhuizen, gébalhier 8-5-18 17, en
Philippus Lachniet, geb. alhier 23-10-1814. 24-3-1827 17.
Verzoek van Gouverneur om bericht omtrent het verschil, dat be
staat ten aanzien der'stichting van het Nieuwe Stads Weeshuis, en de daar
omtrent gegeven inlichtingen, alsmede hoe het gelegen is met de erfenis van
wijlen Baljée. 24-9-1825 4.
Mededeling door Voogden N.S. Weeshuis, in antwoord op Missive
dezerzijds 21-9-1825. No.526, dat het stichtingsjaar is 1675, onder bijvoe
ging van een Missive van de executeur-terstamentair van J.M. Baljée, houdende
inlichtingen omtrent de nalatenschap.
Gouverneur wordt dienovereenkomstig bericht, met verzoek om de terugzending
te bevorderen van de authentieke copie van het testament, opgezonden ter ver
krijging van de machtiging van Z.M. tot aanvaarding der erfenis.,,
11 10—1825 10
Mededeling door Voogden N.S. Weeshuis, dat bij testament van
28-10-1795 door Wijtske Sleman zijn vermaakt: 4 Friesche Lanschap-obligaties
ieder groot fl.1000,-, thans tesamen een bedrag van fl.600,- uitmakende.
Aangezien erflatersche te Leeuwarden is overleden, wordt de toestemming ver
zocht om Z.M. machtiging te vragen tot aanvaarding.
Toegestaan. r. 30-4-1827 3.
Toezending door Ged. Staten van K.B. 21-6-1827. No.78, waarbij
Voogden N.S. Weeshuis worden gemachtigd om het legaat van: MejWijtske
Sleman, bij testament 28-10-1795 vermaakt, aan te nemen. 4-8-1827 4.
Collecten. 1811 - 1813.
Verzoek door Voogden N.S. Weeshuis om op 4-12-1812 de gewone
jaarlijkse collecte te mogen houden.
Toegestaan op 11—12—1812, aangezien de 4—11 (12?)—1812 in beslag is genomen
door de Raad van Recrutering. I.M. 25-10-812. No.351
Verzoek door Voogden N.S. Weeshuis, 22-9-1813, om op 29-9-1813
de jaarlijkse collecte te mogen houden.
Toegestaan. I.M. 1813. Blz.38 No.353
M 22-9-1813.
1814 en later.
De jaarlijkse collecte voor het N.S. Weeshuis is gesteld op
Wo. 14-9-1814. 6-9-1814 5.
