7.
Besloten met de inventarisatie van de Bank van Lening
te wachten tot na het boelgoed in Februari. 24-1-1815 9.
Specificatie van MrPIETER ANDREAEin causa MICHIEL
DIRK VAN OTTERLOOkassier der Bank van Lening, gedaagde, con
tra DOUWE BEKIUSalhier, groot fl.14-17-, aangelegd 5-6-1807.
7-2-1815 5.
Geen betaling, aangezien het een particuliere zaak
betreft. 18—2—1815 2.
Mededeling door Ged. Statten, dat zij zich momenteel on
bevoegd achten om een oordeel uit te spreken over de bestemming
van de Bank van Lening. 14-2-1815 1»
Rapport van SALVERDA en CATSdat met de kassier CASPAR
POSTHUMUS de Bank van Lening is geïnventariseerd, en on goede
orde is bevonden.
De pandzoeker kan thans gemist worden.
Besloten deze te ontslaan. 14—3—1815 6.
Missive Notaris J.C. BERGSMA Jzn.ingekomen 15-6-1815.
No.290, verzoekende betaling van een obligatie van fl.6000,—
ten laste der Bank van Lening, toebehorende aan D.M.G. de SWART.
Zie: Missive dezerzijds No. (niet genoemd). 20-6-1815 11.
Verzoek van A.W. VAN OTTERLOO, om achterstallig trak
tement als 3e klerk der Stadsbank van Lening. Juni-Sept1813
20-6-1815 13.
Inzending door J.C. BERGSMA Jzn, notaris, van een af
schrift van een obligatie ten laste der Stads Bank van Lening
ad fl.6000,-, rentende 5°/° ten gunste van M.D.G. de SWART
Verzocht wordt deze met rente af te betalen en hem een bericht
van décharge te geven.
Aan Secretaris wordt opgedragen een Missive aan Gouverneur te
ontwerpen dienaangaande, waarin wordt gewezen op het voordeel
voor de Stads financiën, door het renteloos liggen van een aan
zienlijk kapitaal, waarmee een deel der stadsschuld kan worden
afgelos t
Hiervan wordt aan Notaris BERGSMA, als gelastigde van D.M.G.
de SWART, ter décharge bericht. M. 20-6-1815.
Verzoek van A.W. OTTERLOO, voormalig 3e klerk der
Stads Bank van Lening, om betaling van het hem nog toekomende
traktement over juli, aug. en sept. 1813» ad fl.118,
Toegestaan en uitbetaald.
Aangezien M.D. van Otterloo dit bedrag als uitbetaald in zijn
Rekening 1813 heeft vermeld, wordt zijn schuld aan de stad met
dit bedrag verhoogd. M. 27-6-1815.
Opname der kas van de Bank van Lening.
Administrateur: CASPAR POSTHUMUS.
Aanwezig: f145748-16-87-11-1815 1.
Besloten alle panden in de Bank van Lening bij het
boelgoed in November ineens te verkopen. 7-11-1815 2.
Verzoek van de huisvrouw van M.D. Otterloo om vrijgave
van hare goederen. 11-11—1815»
K.B. omtrent het verpachten der Bank van Lening te
Leeuwarden, en het gebruiken der gelden van de geloste panden.
9-12-1815 1.
Opbrengst van de verkoop der goederen van de Bank van
Lening is fl.8561,—16-1-1816 10.
Concept voor de verpachting van het recht met uitslui
ting van anderen een Bank van Lening te mogen houden.
R. 25-1-1816 2.
Besluit aangaande de a.s. verpachting van de Bank van
Lening. R. 1—4—1816 5.
Besloten bij inzending van de conditiën der verpach-
ting aan Ged. Staten te verzoeken de tijd van aanvaarding te
mogen stellen. 16 4—1816 5.
Bericht van Gouverneur, dat Missive dezerzijds
10-4-1816. No.99» houdende nadere redactie der verpachting,
door Ged. Staten voor kennisgeving is aangenomen, zodat de ver
pachting kan plaats hebben.
De bepaling van de tijd van aanvaarding op 1-8-1816 of vroeger,
wordt aan Burgem. overgelaten. 14—5—1816 2e
Autorisatie door Ged. Staten. 6-4-1816 5