101
Mededeling door Gouverneur van de uitslag van het
plaats gehad hebbend onderzoek aangaande de kolonisten, lote-
lingen Militie: J.P. SCHOONDERBEEK SCHREINDER,
S.M. POLLIUS,
B. DE VRIES,
Wordt aangetekend op de Alphabetis che lijst. 1 —3 i 3.
Missive van de Militie Commissaris voor de kantons
1-8 aangaande de naloting van: F.J. HENGSTENBERG op 3-3-1845.
1-3-184-5 9a
Oproeping voor de Militieraad op Za. 29-3-1845.
1 5—3"l 845 7.
Missive van Gouverneur aangaande het onderzoek voor
de Militie van de loteling: J.J. VAN WINSEN te Amsterdam op
29-3-1845. 8-3-1845 2.
Terugzending door Gouverneur van de bewijsstukken voor
de dienst der Militie van de kolonist: RINTJE BROUWER, met ver
zoek deze onverwijld toe te zenden aan de betreffende Militie
Commissaris. 15_3_-|845 4.
Missive van Gouverneur aangaande de in dienst-stelling
van de loteling voor de Militie uit deze gemeente:
JOHANNES RUDOLPH DUMORËE15_3_1845 6.
Missive van Gouverneur aangaande het ondërzoek van de
loteling: COENRAAD LODEWIJK GODDIJN voorde Militieraad op D0
17-4-1845. 12-4-1845 2.
Mededeling door Gouverneur van de uitslag van een plaats
gehad hebbend onderzoek voor de Militie van een aantal vermelde
kolonisten. 19-4-1845 4.
Mededeling door Gouverneur van de aanwijzing van de lo
teling Militie 1845: THOMAS BROERS, zich bevindende in de kolonie
van Weldadigheid in Drenthe. 3_5_1845 1.
Missive van Gouverneur aangaande de miliciens:
KEIZER,
ONELIN,
BORGGRINK
UBBENSen
BREIDENBACH14-5-1845 3.
Toezending door Gouverneur van de suppletieve staat
C.C. van lotelingen der lichting Militie 1845. i4_5_i845 5.
Besluit van Ged. Staten, waarbij de uitspraak van de
Militieraad aangaande de loteling ANTOON DORNwaartegen deze
in beroep is gegaan, wordt gehandhaafd. 14-5-1845 8,
Terugzending door de Militie Commissaris voor de kantons
1-8 van de Alphabe t is che lijst der lotelingen Militie lichting 1845
14-5-1845 12,
Missive van Gouverneur aangaande de miliciens van lich
ting 1845: DE KANT,
WOLDA
POPMA
GROENDIJK,
VAN DER HEIDE. 21-5-1845 6.
Missive van Gouverneur aangaande de afkeuring voor de
dienst van de loteling SIERD WAGENAAR en de oproeping inplaats
daarvan van de milicien: PIETER JANSMA. 21-5-1845 15b.
Missive van Gouverneur aangaande het onderzoek van de
loteling Militie 1845: MATTHIJS DE VRIES TICHELAAR, die zich
thans bevindt in de Kolonie van Weldadigheid in Drenthe, met
bericht, dat hij voorlopig in dienst is gesteld, en wel bij het
8e Reg. Infanterie. 3-6-1845 3,
Missive van Gouverneur aangaande de opkomst van de mi
licien: MARTINUS VAN DER HEIDE, om gedurende 3 maanden in de
wapenhandel geoefend te worden. 30-7-1845 6.
Toezending door Gouverneur van staat, houdende opgave
der korpsen, bij welke de manschappen van de lichting 1845 zijn
in dienst gesteld. Wordt aangetekend. 24-9-1845 5.
Missive van Gouverneur aangaande de oproeping onder de
wapenen van manschappen der lichting 1845, die in reserve ge
steld zijn. Is reeds gevolg aan gegeven. 6-5-1846 3.
Missive van Gouverneur aangaande de afloop der lich
ting 1845 der Militie. 2-9-1846 1.
