Oproeping van Gouverneur van de in de 1e zitting van
de Militieraad aangewezenen om op 2-3-1829 in dienst te worden
gesteld. 21-2-1829 4.
Besluit van Gouverneur, houdende oproeping van de Reserve
onder de wapenen. 7-3-1829 5»
Mededeling door Gouverneur dat het contingent, in 1829
voor de Militie te leveren, bedraagt 48 man. 10-3-1829 3»
Mededeling door Gouverneur, dat op 1-5-1829 zal plaats
hebben de 2e afgifte der Miliciens van 1829.
Assistentie door J. ROMKES25-4-1829 5.
Missive van Gouverneur omtrent de overlevering van de
Milicien JAN DE VRIES. Zal worden uitgevoerd. 16-5-1829 3«
Mededeling dooi- Gouverneur van de korpsen, waarbij de
lotelingen der Militie 1829 zijn ingedeeld. 15-8 -1829 1
Mededeling door Dantumadeel, dat: REINDER MENSES STEENSTRA,
geb. te Veenwouden 20-10-1811, zich thans hier ophoudende bij zijn
ouders en onderstand genietende van Armvoogdij Veenwouden, niet
hier, maar in Dantumadeel voor de Militie moet worden ingeschre
ven. Gesteld in handen van Secretaris. 29-12-1829 8.
Mededeling door Gouverneur, dat: OENE ZIJLSTRA, niet in
geschrevene voor lichting 1829, op 12-1-1830 is ingelijfd bij de
8e Afd. Inf. Verder aanschrijving om door onderzoek van de Re
gisters Burgerlijke Stand de nalatigen op te sporen.
Door B. en wordt hierop medegedeeld, dat bedoeld onderzoek wel
plaats vindt, maar steeds moeilijkheden oplevert. 16-1-1830 5.
Toezending door Gouverneur van verzoek aan Z.M. dooi\f
GRIETJE VAN DEN BROEK, wed. Z IJLS TRAom kwijtschelding van de
boete van 25,- wegens verzuimde aangifte ter inschrijving voor
de Militie in 1829 van haar zoon OENE.
Medegedeeld wordt, dat betrokkene onvermogend is, dat zij bij zich
heeft inwonen een getrouwde dochter met man en huisgezin. Zij
is van goed gedrag. Het verzuim is een gevolg van een vergissing,
doofheid en ouderdom, zonder opzet. Gunstig advies. 20-2-1830 4.
Kwijtgescholden door Z.M. 24-2-1830 2.
Aan OENE ZIJLSTRA groot verlof verleend. 30-11-183O 4.
Missive van Gouverneur aangaande de goede afloop der
lichting 1829 van de Militie. 22-5-1830 3.
Informatie door Gouverneur aangaande: HENDRIKUS EDUARD
HEEGERdie in deze gemeente voor de lichting 1829 der Militie
No.121 heeft getrokken. 2-4-1833 2.
Door Gouverneur worden nog enige inlichtingen gevraagd
aangaande de raltie van betrokkene in Pruisen en hier te lande.
27-7-1833 4.
Verzoek van Gouverneur om de loteling lichting 1829:
MARINUS LAURENS VAN DE WOESTIJNE VOERMAN te gelasten zich op
Di12—11—1833 te vervangen ter Prov. Griffie om aan te tonen,
dat hij op de leeftijd van 23 jaar, die hij bereikte op 25-10-1833,
de geestelijke stand is ingetreden of kandidaat is in de Theologie.
2-11-1833 5.
Aangewezen voor de Militie: in mindering van het con
tingent der gemeente voor lichting 1834. 16-11-1833 8.
Op diens verzoek wordt aan betrokkene door Z.M. uitstel
verleend totdat hij dit studiejaar het Candidaatsexamen heeft
afgelegd. (K.B. 3-3-1834. No.58). 3_12-1833 4.)
29-3-1834 6.)
(Zie nader bij Vrijstelling: Vrijgestelde personen).
1830.
De inschrijving voor de Militie zal dit jaar worden ge
houden op 6, 7, 8 en 9-1-1830. 2-1-1830 16.
Missive van Gouverneur omtrent de inschrijving voor de
Militie van 7 jongelingen van hier, zich bevindende in de kolo
niale stichtingen van Weldadigheid. 5-1—1830 2.
Bepalingen door Gouverneur aangaande de loting Militie
1830. 13-2-1830 2,
Gecommitteerd om op Di2-3-1830 bij de loting voor de
Militie aanwezig te zijn: P. ZEPER en J.D. WIERDSMA. 27-2-1830 23.