136
Toezending door Gouverneur van adres van de schutter:
J.P. STOETT aan Z.M., houdende beklag over een door de Schut
tersraad opgelegd vonnis
Geadviseerd wordt tot afwijzing.6 30-9-1843 6.
Mededeling door Gouverneur, dat Min. van Binnenl.
Zaken heeft verzocht toezending van een afschrift van het von
nis van de Schuttersraad tegen de schutter J.P. STOETT, (in
verband met Missive dezerzijds 3-10-184-3. No.88/857) en tevens
inlichtingen vraagt aangaande adressants vroeger gedrag bij de
Schutterij, huiselijke gesteldheid, etc.
Schuttersraad wordt verzocht een afschrift van het vonnis toe
te zenden, en naar het verder gevraagde zal een onderzoek wor
den ingesteld. 24-10-1843 1.g
Het door Schuttersraad toegezonden afschrift vonnis
wordt toegezonden, en op grond van de ontvangen inlichtingen
wordt gunstig advies uitgebracht. 31-10-1843 6.
Door Min. van Binnenl. Zaken afgewezen. 2-12-1843 2.
Door Z.M. afgewezen.
Auditeur gemachtigd tot provoost-arrest. 23-1-1844 7.
Toezending door fungerend Auditeur-Militair in Gro
ningen en Drenthe van 2 uittreksels uit het vonnis van de
Krijgsraad van Vriesland tegen: J. LEISENAAR.
Is reeds aangeplakt. 8-10-1844 5»
Toezending door Gouverneur van verzoek van schutter
WIERD JANSEN aan Z.M. om kwijtschelding van de boete, waartoe
hij is verwezen bij vonnis van de Schuttersraad 16-5-1845.
Gunstig advies. 5-7-1845 2.
Bericht van Gouverneur, dat Z.M. bij K.B. van 3-11-1845
No.78 de boete van verzoeker, waarin deze is verwezen bij von
nis van Schuttersraad 16-5-1845, tot op 1,- heeft verminderd,
doch dat het vonnis overigen overanderd is gelaten.
Wordt bericht aan Schuttersraad. 29-11-1845 1.
Missive van Majoor Commandant Schutterij aangaande het
ontduiken door sommige leden dooi" hun woonplaats in schijn naar
elders over te brengen.
In het bijzonder is dit gedaan door ABRAHAM DE LANGE, die, na
door de Schuttersraad wegens afwezigheid bij een exercitie is
veroordeeld tot een geldboete, zijn domicilie heeft overgebracht
naar St. Anna Parochie, doch zich meestal hier ophoudt.
Daardoor moet bij de jaarlijkse aanvulling een ander in zijn
plaats worden aangewezen.
Er zal worden geïnformeerd bij Het Bildt of betrokkene daar
zijn domicilie heeft overgebracht, en daar verblijf houdt.
(Missive 16-7-1845. No.91/771). 10-7-1845 6.
Grietman Het Bildt bericht, dat betrokkene voor
enige tijd aldaar ter secretarie mededeelde zijn woonplaats
daarheen over te brengen, maar dit schijnt hij nog niet
gedaan te hebben.
Wordt medegedeeld aan Commandant Schutterij. 24-7-1845 5.
Mededeling door Auditeur-Militair van door de Schut
tersraad opgelegde boeten aan diverse leden der Schutterij.
Verder verzoek om goedkeuring van de boete ad 100,-, opge
legd aan: DOMINICUS DE BOER, wegens verregaande dronkenschap
in de nacht van 2/7 op 3/7-1847, en het eigenmachtig verlaten
van zijn post als schildwacht, met achterlating van zijn geladen
geweer, en dat in een tijd, dat de rust alhier is gestoord en
bedreigd. Goedgekeurd. 29-9-1847 13.
Toezending door Gouverneur van beschikking van Min.
van Justitie, houdende afwijzing van het verzoek van B. POLAK
om remissie van een door de Schuttersraad opgelegde boete.
Wordt bericht aan Schuttersraad. 12-1-1848 6.
Toezending door Gouverneur van afschrift van K.B.
25—1—1848. No.96, houdende beschikking op een verzoek van de
schutter: A. VAN DER WAL over een door de Schuttersraad op
13-8-1847 tegen hem gewezen vonnis.
Wordt bericht aan Schuttersraad. 16-2-1848 3.
Mededeling door Auditeur Schutterij, dat door de Schut
tersraad de schutter AUKE VAN DER WAL is veroordeeld tot een
boete van 100,-, die door Z.M. is verminderd op 15»-«
Aangezien betrokkene de boete niet heeft voldaan, wordt pro
voostarrest aangevraagd.
Toegestaan. 25-10-1848 13.