INLIJVING. Commissie tot Designatie der Schutters. Aan Commandant Schutterij wordt verzocht zich te willen belasten met de opschrijving der nieuwe Schutterij. (Wet van 27-2-1815). 13—4—1815 6 De officieren zullen de manschappen opschrijven. 19-4-1815 12 Opschrijving is voltooid. Registers zijn ingezonden. 26-4-1815 15 Benoemd als Commissie tot designatie der Schutters: BERNHARDUS BUMA, President Burgem. J. ROMKESBurgemeester. S. SALVERDA, Commandant Schutterij. H. DE WAL, oudste Kapitein der Schutterij1815 20 Benoemd tot lid der Commissie van Designatie der Schut terij, benevens de President Burgemeester: MrJ.D. WIERDSMA, Burgemeester. 6—1—1816 6 Inlijving. Algemeen. Mededeling door Gouverneur dat jongelingen, die zich gaan vestigen in een nabijgelegen gemeente, waar geen Schut terij is, teneinde de Schuttersplicht te ontlopen, niettemin Schuttersplicht moeten vervullen in hun eigenlijke woonplaats. 30-9-1820 2 Idem, dat in een zo welvarende stad als Leeuwarden onder 426 voor de Schutterij aangewezen personen slechts een 100-tal in staat zoude zijn zich de nodige kleding aan te schaffen. 21-12-1822 3 Idem, dat de loting voor de Schutterij voor ieder jaar afzonderlijk moet worden bewerkstelligd. 3-5-1828 8 Aanschrijving door Gouverneur aangaande de inschrijving van personen voor de Schutterij, die slechts tijdelijk in een gemeente wonen. 7-6-1828 3 Idem aangaande de al of niet aanwijzing tot Schutters van personen, die tijdens de jaarlijkse aanvulling der Schut ters 34 jaar zijn. 16 11—1833 2 Idem aangaande personen, onderworpen aan de inschrij ving en loting voor de Schutterijen, en hun domicilie over brengende naar een andere gemeente dan die van hun wezenlijke woonplaats, om zich daardoor aan de Schuttersdienst te ont trekken. 15-6-1835 4 Missive van Majoor, Commandant Schutterij aangaande het ontduiken door sommige leden, door hun woonplaats in schijn naar elders te brengen. In het bijzonder is dit gedaan door ABRAHAM DE LANGE, die, na door de Schuttersraad wegens afwezigheid bij een exercitie te zijn veroordeeld tot een geldboete, zijn domicilie heeft over gebracht naar St. Anna Parochie, doch zich meestal hier op houdt. Daarom moet bij de jaarlijkse aanvulling een ander in zijn plaats worden aangewezen. Er zal worden geïnformeerd bij Het Bildt, of betrokkene daar heen zijn domicilie heeft overgebracht en daar verblijf houdt. (Missive 16-7-1845. No.91/771). 10-7-1845 6 Door Grietman Het Bildt wordt bericht, dat betrokkene voor enige tijd aldaar ter secretarie mededeelde zijn woonplaat daarheen te zullen overbrengen, maat schijnt dit nog niet te hebben gedaan. Wordt medegedeeld aan Commandant Schutterij. 24-7-1845 5 Ingelijfde Personen. Beëdiging der Schutterij op Wo. 24-8-l8l4._^ 0 0 4Ü-0-1o14 3

Historisch Centrum Leeuwarden

Besluiten Leeuwarden 1811-1850 (Repertorium de Roos) | 1811 | | pagina 9