18.
Hij heeft een groot huisgezin en geen eigen middelen; hij is goed oppassend.
Burgem. durven hem niet aan te bevelen voor bovengenoemde betrekking, hoe
wel zij hem gaarne een eenvoudige betrekking toewensen. 30-5-1824 5.
Verzoek van Gouverneur om inlichtingen aangaande JURJEN ERNST
SCHREUDER, Mr. Zilversmid alhier, die zich heeft gemeld als sollicitant
voor Controleur bij de Waarborg van goud en zilver te Middelburg.
Betrokkene is bekend als van goed en onbesproken gedrag. Hij is tot te
vredenheid van Controleur VAN MARCKE 4 jaar lang werkzaam geweest op het
kantoor alhier. 2 1-2-1826 6.
Verzoek van Gouverneur om inlichtingen aangaande ROELOF VAN DIJK,
sollicitant voor de post van Controleur der Waarborg van Goud en Zilver
te Middelburg.
Betrokkene is van goed gedrag.
Hij heeft geruime tijd onder de Controleur van Waarborg alhier gewerkt, en
is laatst provisioneel belast geworden met het ontvang, onder toezicht
van Controleur VAN WICHEREN. 28-2-1826 3.
Toezending door Gouverneur om advies van verzoek van:
JAN MOORMAN aan Z.M. om een gagement of kleine post.
Door B. en W. worden de volgende inlichtingen gegeven; betrokkene is zwak
van lichaam en heeft gebrek aan werk. Zijn gezin bestaat uit een vrouw, die
gebrekkig is, en 2 meisjes van omstreeks 20 jaar, die wel voor zichzelf kun
nen zorgen Hij is van goes en onbesproken gedrag, is vlijtig en van goede wil.
Hij kan niet schrijven en heeft geen opleiding gehad voor een of andere functie.
11-4-1826 4.
Toezending door Gouverneur van verzoekschrift door JAN JANSEN
VAN DER BILDT alhier, aan Minister van Binnenl. Zaken, om een civiele be
trekking voor zijn zoon: CORNELIS JOHANNES VAN DER BILDT, thans sergeant bij
de 10e Afd. Infanterie.
Door B. en W. wordt geantwoord, dat verzoeker in het St. Anthony Gasthuis
is, en dus de hulp van zijn zoon niet behoeft, en dat men deze zoon niet
voldoende kent. 22-3-1828 8.
Toezending door Gouverneur van een verzoek van: JACOB IZAAK LON
aan Z.M. om een burgerlijke betrekking.
Door B. en W. wordt bericht, dat hij is van goed gedrag en is geschikt.
22-11-1828 3.
Betrokkene is op de lijst van sollicitanten geplaatst, met vrij
lating om bij vacature eventueel te solliciteren. 3-1-1829 5.
Afwijzende beschikking. 7-3-1829 3.
Toezending door Gouverneur van verzoek van: M.FVAN DEN BERG,
huisknecht bij LOOXMA? E.46, alhier, ingediend bij Min. van Binnenl. Zaken
om een of andere post.
Door B. en W. wordt medegedeeld dat betrokkene in militaire dienst is ge
weest, dat hij niet kan Lezen en schrijven, dat niets nadeligs van hem bekend
is, dat hij bij het verlaten van zijn dienst als huisknecht zonder bestaan
zou zijn, dat het dus van belang is hem in een betrekking te plaatsen.
15-9-1829 4.
Toezending door Gouverneur van verzoek door: HENDRIK SCHUUR,
wonende alhier F 223,, aan Min. van Binnenl. Zaken, om in een of ander vak
te worden geplaatst.
Door B. en W. wordt bericht, dat niets nadeligs van betrokkene bekend is,
maar dat hij ook geen bijzondere aanbeveling verdient. Hij is geschikt voor
weinig posten, en kan dus het best zijn bestaan zoeken in handenarbeid.
12-12-1829 3.
Toezending door Gouverneur van verzoek aan Z.M. door:
SIERK VELLINGA, besteller bij de schepen, alhier, om een betrekking, spe
ciaal op gondsdienstig gebied.
Door B. en W. wordt medegedeeld, dat betrokkene een karig bestaan heeft
als besteller bij de schepen, maar onbruikbaar is voor een betrekking en
ongeschikt voor een geestelijke bediening. 7-8-1830 5.
Toezending door Gouverneur van verzoek aan Z.M. door: SUZANNA
CHRISTINA BOS, wed. KRAUSter verkrijging van een bediening als naaister
of anders in een der Rijks gevangenissen.
Door B. en W. wordt bericht, dat betrokkene is van goed gedrag en ook
wel geschikt. Daarom wordt zij aanbevolen. 14-8-1830 13.
Toezending door Gouverneur van verzoek van de gewezen militair
TJERK OREEL, om enige bediening.
In advies gehouden. 18-6-1831 4.