ER WAS VROEGER ALTIJD WEL WAT TE BELEVEN OP 'T VLIET 5 'T KLEINE KRANTSJE BllgMf Er was vroeger altijd wel wat te beleven op het Vliet een echte ouwe Vlietster schudt de mooiste verhalen zo uit de mouw. Geheel anders van karakter dan bij voorbeeld de Boterhoek had de langgerekte buurt van het Vliet ook een andere, eigen sleer en wie als Vlietster geboren was, wou het, als 't even kon, wel blijven ook. U hoeft het daarom ook niet vreemd te vinden, dat we de namen van stad genoten van de kant van het Vliet slechts zelden tegenkomen in andere wijken van de stad: een Vlietster was en bleef nu eenmaal een Vlietster en wie z'n buurt tóch voorgoed verliet, deed dat vaak met veel tegenzin. Wje een Vlietster herinne ringen hoort ophalen komt al heel gauw in het water te recht dat kan haast niet missen, want er zijn in de loop van de jaren zoveel be woners of passanten werkend of spelend van de wal af ge raakt, dat iedereen wel één- of meermalen zo'n spartelpar- tij heeft meegemaakt. Eh wat bleef beter in 't geheugen hangen, dan zo'n spectaculair geval van een knaap, dje nog net op het nippertje kon wor den gered Johannes Breedenbach heeft in z'n lange leven niet een, maar verscheidene drenkelin gen uit het Vliet gehaald en wie hem heeft gekend, deze kwieke man met z'n klein rood snorretje (Rooie Jentsje zeiden de buurtbewoners'', weet, dat hij als mensenred der een reputatie genoot. Breedenbach werkte bij de pottenbakker Ties Dorema en hij moest er de grote bruine regenwaterpotten maken, die nu nog wel op de vrijdag markt als „antiek" worden verkocht. Vaak stond hij met maar heel weinig kleren aan voor het hete ovenvuur, wan neer het hulpgeroep van de waterkant doordrong tot in de pottenbakkerij. Dan bedacht Rooie Jentsje zich geen mo ment, stoof bezweet en wel het pothuis uit, ploempte er in en bracht de drenkeling behouden op de wal. Het waren bewonderenswaar dige daden van menslievend heid, maar niemand beter dan Breedenbach zelf wist, wat het betekende, wanneer ou ders voorgoed afstand moes ten doen van een kind hadden ze zelf tenslotte niet zeventien bloedjes van kinderen gehad, van wie er ook enkelen al vroeg waren heengegaan Materieel heeft Johannes Breedenbach zich met dit reddingswerk niet kunnen verrijken, maar hij is er of ficieel voor geëerd er moet nog ergens een oorkonde zijn en een groot schilderij. En de riskante overgang van het warme pothuis in het soms ijskoude water, heeft hem blijkbaar nooit kwaad gedaan; hij is bijna tachtig geworden. Zijn er nog lezers, die zich kunnen herinneren door Rooie Jentsje uit het Vliet te zijn gehaald Helaas konden lang niet alle drenkelingen uit het Vliet tijdig op de vaste wal worden gebracht. Vooral in de stik donkere oorlogsjaren zijn er heel wat slachtoffers' geval len in 't Vliet. Ook de sjou werman Gatze Hiemstra moet hier, samen met z'n vriend Spindelaar, verdronken zijn, al werd,en hun lijken later teruggevonden in de gracht bij de Kazerne en het Kan tongerecht. Gatze Hiemstra droeg de bij naam Halve Kracht en over hem hebben we het een vo rige maal al even gehad; Hoe kwam die nou aan die bij naam vroegen we ons toen af, maar we weten het nu: Gatze werkte op de „Siepel- drogerij" op de hoek van de Harlingertrekweg, waar hij zware korven en balen uien op de weegschalen moest zet ten. Op een goeie zaterdag middag, toen hij nog wat vro lijker dan anders was, lukte hem dat niet zo best. „Man" zeiden z'n kameraden toen verbaasd, „dou konst wel een halve kracht weze En van dat moment af was het Hal ve Kracht. En nu we dan toch weer bij de bijnamen zijn beland: ook de buurt van het Vliet heelt ze gekend en ze kent ze nog De sjouwermannen, die vroe ger in hun wachthuisje op de Oostergrachtswal, bij de Booms- en Vlietsterbruggen, dobbelend zaten uit te maken, wie ervoor in aanmerking kwamen het eerstvolgende schip te lossen, konden hun werk eenvoudig niet doen, wanneer ze niet met een bij naam begiftigd waren. Vogel namen waren in dit gezel schap merkwaardigerwijs heel favoriet: heette de een De Protter, de ander was De Skrias en wanneer Ier over De Roek of over De Mosk werd gepraat, wist ook ieder een precies, wie werd be doeld. Ook buiten deze groep van sjouwermannen waren bijna men in zwang en het ligt, dunkt ons, voor de hand, dat verschillende fraaie namen juist binnen de wanden van dat wachthuisje voor het eerst zijn genoemd. De lorrekoop man, die niemand zich kon herinneren ooit zonder een si gaar te hebben gezien, werd natuurlijk Pieter Segaar en de brave ziel, die dagelijks een Vlietster kroegje binnen stapte met altijd deze zelfde boodschap: „Ik moat even Trije Druppen ha" werd al "V.a. Dit is een foto van 't Vliet uit de tijd, toen de Carnminghabrug bij de Bleeklaan er nog niet was. Op de achtergrond rechts zien we de school in de Bote van Bolswertstraat. Het linkse van de twee woninkjes rechts was het Gouden Hüske. Heel vroeger heeft daar de koren meter Tjerk Voordewind in gewoond; later was het huisje van de groentekoopman Lourens van der Ploeg. HEIN APPELDOORN negentig jaar aan het Vliet heel gauw en voor z'n verd,ere leven Trije Druppen genoemd. Broer en zus Naddus Poep en Tietje Snakje woonden achter aan op het Vliet, waar ze als huisdier een varken in de bedstee hadden en Professor Bombarie was met z'n grote gezin te vinden in een skipke, dat ter hoogte van het drank en kruideniers winkelt je van Hein Appeldoorn voor anker lag. Maar dit zijn zo maar een paar van hele reeksen bijna men, die de Vlietsters stellig te binnen schieten, wanneer ze hun gedachten dertig of veertig of vijftig jaar ver plaatsen naar de goeie tijd van toen. De meesten van al die sjou wermannen en tijdgenoten zijn er niet meer, maar de net genoemde Hein Appel doorn is er nog wel. Nog even en hij zal negentig zijn en al die jaren heeft hij hier aan het Vliet gewoond. Wat zou het een dikke turf geworden zijn, wanneer hij alles ge boekstaafd had, wat zich hier heeft afgespeeld, voor tien jaar, voor dertig, voor vijftig, voor driekwarteeuw, toen hij al een knaap van vijftien was. SSBmirumaian!.! in dSSC-iSSS -Wvt-HrTxrnr.riT -jp 1 - vsï

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1965 | | pagina 5