Pielersburen legen de grond 1ENAULT OSIER BRIEFJE VAN AMBACHTSSCHOLIER KOMT NA 66 JAAR TE VOORSCHIJN DE STEM DES VOLKS ■T KLEINE KRANTSJE VOOR NAAR Oud Leeuwarden verdwijnt VREEMDE VONDST IN OUDEfKAST 1 i SPANJAARDSLAAN 161 LEEUWARDEN -TELEF. 05100-20043 DE HEER G. HOOGTERP (BEROEP: „IK HEW FROEGER VAN ALLES DEEN"), BEWONER VAN PIETERSBUREN SINDS 1898 MMMMH Oud Leeuwarden verdwijnt. Het begint er op te lijken, dat ook Pietersburen tussen Zuidvliet en Willem Loréstraat binnen niet al te lange tijd tegen de grond zal gaan. Zeven tien van de twintig huisjes, die hier kort geleden nog waren bewoond, zijn al ontruimd; zodra er elders in de stad woon ruimte vrijkomt zullen ook de laatste gezinnen het buurtje verlaten. Dan kunnen de al lang onbewoonbaar verklaarde woninkjes alleen nog als pakhuisjes worden gebruikt, of worden gesloopt natuurlijk, want als het maar even kan slaat de gemeente dergelijke krotwonigen tegen de grond. Pietersburen dankte z'n naam aan Pieter Luitj ens van der Meulen, de stichter van de molen De Jonge Fenix, die hier aan het Zuidvliet heeft gestaan. Voor zijn presoneel het Pie ter Luitj ens boven verschil lende pakhuizen woningen bouwen, waarna deze buurt de naam Pietersburen kreeg. De huisjes die nu op het punt van verdwijnen staan, horen dus eigenlijk tot Achter Pietersburen, maar die naam komt op geen enkel bordje voor. Trouwens ook de naam Pie tersburen, die er nog wel op een mooi blauw bordje prijkt, komt ook niet in het gemeentelijke bevolkings register voor: de huisjes nummeren door op die van het Zuidvliet en onze voor ouders hebben het pro bleem van de nummering bijzonder origineel opgelost: ze kregen de nummers 394a tot en met 394q! De onbetwiste nestor van de bewoners van Pietersbu ren is nog altijd de heer G. Hoogterp, die nu 78 is en die al 67 jaar gewoond heeft in het huisje Pietersburen 394m. Hij werd op het Noordvliet geboren en ver huisde als elfjarige naar deze burt. Hij trouwde niet, maar bleef bij moeder thuis. Ook na haar dood voelde de heer Hoogterp er niets voor naar een ander huisje om te zien. Dat zal er dan nu mis schien toch nog van moe ten komen, maar als het aan hem ligt blaast hij hier de laatste adem uit, want wat een drukte om nou de boel nog eens te verslepen, na 67 jaar heer Boomstra vlot gedaan. Hij bracht z'n merkwaar dige vondst bij de directeur van de Technische School en die was zo attent direct het Kleine Xrantsje te waarschuwen. En zo komt Bouke Uilkema's epistel zes en zestig jaar later toch nog in de krant. De heer Uilkema zelf heeft dit aardige feit van het te rugvinden van zijn brief helaas niet meer mogen be leven: hij is een jaar of tien geleden als timmerbaas le Roordahuizum overleden. En van de tien medeleerlin gen, van wie Bouke Uilke ma op z'n briefje de namen vermeldde, heeft 't Kleine Krantsje alleen Jarig Boer- sma nog in het land der levenden kunnen aantref fen. De heer Boersma, drie en tachtig nu, is drie en veertig jaar timmerbaas in de Willem Loréstraat ge weest en woont thans in de Prins Bernhardstraat. Hij vertelde ons, dat het geen gewoonte was om briefjes in de werkstukken te ver stoppen en hij wist zich ook niets te herinneren van het geheimpje van z'n klas genoot. Van enkele van z'n mede leerlingen wist de heer Boersma niet zeker of ze nog in leven waren, maar Bouke Uilkema (broer van de landbouwleraar Klaas Uilkema, die als een van de eersten de Friese boerderij bestudeerde) heeft hij nooit uit het oog verloren. „Hij ligt in Friens begraven" zei de heer Boersma, „ik kom er nog wel eens en dan be zoek ik z'n graf". In de winter van 1898 op 1899 maakte de ambachtsscholier Bouke Uilkema uit Grouw bij meester Samuel Jansma op de Ambachtsschool aan de Menno van Coehoornstraat een grote vurenhouten kast. Toen het werkstuk bijna voltooid was, pakte Bouke Uilkema een vel zwaar oud Hollands pa pier, schreef er zijn naam en die van zijn medeleerlingen op en schoof het document tussen het lijstwerk van de kast. De geluksvogel, die het machtige meubelstuk langer dan een halve eeuw geleden won op een bazar heeft nooit ge weten, welk een geheimpje de kast verborgen hield: zolang het gevaarte niet werd gesloopt, zou het document onzicht baar blijven. hem eigenlijk te groot. Daarom besloot hij het bo venstuk met de spiegels te verwijderen en toen hij het breekijzer in het hechte houtwerk zette, vond hij tot zijn grote verrassing het vele malen opgevouwen vel papier met de tekst: „In het leerjaar 1898—1899 is deze kast vervaardigd aan de Ambachtsschool alhier door den leerling (cursus '96—'99) Bouke Tjitzes Uil kema van Grouw onder lei ding van den onderwijzer S. Jansma. Bij de betimme ring is dit papier door ge noemde leerling tussen het lijstwerk ingesloten. Hij, die dit, ja na hoeveel jaren mag vinden, wordt ver zocht hiervan eenige opga ve te doen". Welnu, dat laatste heeft de <4 Dit is de heer Jarig Boer sma. eertijds timmerbaas in do Willem Loréstraat. Hij was zes en zestig jaar geleden een cursusgenoot van Bouke Tjitzes Uilkema, die do brief in de kast ver stopte. Onlangs evenwel ging de kast in andere handen over: de heer L. Boomstra, Linnaeusstraat 48, kocht het meubel, maar het was

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1965 | | pagina 5