CI TAX Gonzevodrt Q ENAULT II OSIER De Muggesteeg verdwijnt RIPPEN 'A i T: 1® ::s 1 •T KLEINE KRANTSJE 4 I I 1 - VOOR NAAR Lezers klommen in de pen JAN DE TIPPELAAR Kees II Ik meen beslist, dat Kees de Tippelaar in Kollum woonde en ik heb zeker wel foto's gezien, die van hem in Kollum zijn ge maakt. Hij was een betrekkelijk kleine man met een puntbaard je. Leeuwarden J. A. DE VRIES U vergist zich met een ande re tippelaar: Jan de Tippe laar, ofwel Jan Belgraver. Die woonde, of woont misschien nog, in Kollum - nog niet zo heel lang geleden menen wij hem nog eens in Leeuwarden te hebben gezien. Deze Jan de Tippelaar heeft eveneens de hele wereld doorlopen. Red. 't Kl. Kr. Kees III Uw verhalen over Kees de Tip pelaar (wat was dat een mooie kerel herinnerden mij aan een bezoek, dat Kees in 1907 aan het Indische Museum van Van der Meulen in Bergum ge bracht heeft - ik werkte toen op Van der Meulens drukkerij. Kees ging er in een landauer naar toe met vier of zes witte paar den ervoor en palfreniers met witte broeken op de bok. Heel Bergum kwam erdoor op de kop te staan en overal staken ze de vlaggen uit. In het museum kreeg Kees een geschenk: een grote koperen schaal. Die zette hij op z'n hoofd, toen hij weer buiten kwam. Later hebben we Kees ansichten gestuurd en we kregen toen ook kaarten terug: met de gekste aanduidingen er op Leeuwarden W. VAN DER SCHAAF Rondom de Put De Friese hoofdstad is voorzo ver ik zulks kan nagaan de eni ge provinciale hoofdstad in Ne derland waar een redactie zich de weelde kan veroorloven om de 14 dagen uit te komen met een periodiek bevattende min stens twee manjefieke foto's van oud Leeuwarden, inclusief de kostelijke tot in de finesses uit- TELEFOON 2 3 4 3 4 STANDPLAATS STATION Ook telefonisch te ontbieden voor stads- en buitenritten gewerkte reportage van de een of andere verdwijning uit lang vervlogen tijden of iets van dat heerlijk romantische genre. Ik kan niet anders zeggen dan dat het „Kleine Krantsje" in de behoefte aan romantiek voldoet die de ouderen onder ons zo bit ter nodig hebben in deze tijd van stadsplanning, jeugdveraf- goding, zelfbediening en als maar meer straaljagers. Desal niettemin geachte heer Schou- stra zou ik het toch ook wel op prijs stellen indien u mij toe staat enige opmerkingen te ma ken naar aanleiding van de „herinneringen" van de heer Van Dam alsmede de op het zelfde niveau liggende opmer kingen van de inzender in uw laatst verschenen nummer over mensen als wijlen de heer Stop pelman. Intieme leven Ik geloof niet dat deze inzen ders zich voldoende realiseren, dat zij hier spreken over het intieme leven van hen die on der de Hitler-dictatuur ver moord zijn. Het heeft mij diep gekwetst als in uw blad deze vermoordde joodse bevolking sprekend wordt ingevoerd zoals dit vóór de oorlog in een blad als de „Völkische Beobachter" geschiedde. Dat miezerabele woordje „An" in combinatie met een met kop stem uitgesproken zogenaamd joods zinnetje was het twijfel achtige genoegen van de paar antisemieten die er, óók rondom de Put, rondscharrelden. Zo herdenkt men geen volko men onschuldig terdoodveroor- deelde oud stadgenoten. Ik zou mij kunnen voorstellen dat uw blad eens het initiatief nam tot iets geheel anders. Het zal niet lang meer duren of ook onze prachtige synagoge in de Sa cramentstraat vervalt tot een puinhoop. Er zal dan niets meer over zijn van deze eens zo on vergetelijke Joodse buurt. Verzamelde mankracht Nu zelfs de verzamelde man kracht van de gehele Leeuwar der gemeenteraad niet de gelden heeft kunnen voteren tot aan koop van dit historische gebouw rest er nog maar één ding: „De Put" te herdopen in de enige naam die voor de toekomst nog zin heeft: „Synagogeplein". Het zou mij en enige andere nog in leven zijnde Leeuwarder joden aangenaam zijn, indien uw blad in plaats van het opnemen van goedkope „aardigheden" eens bij het college van B. en W. aan de bel trok om op korte termijn deze naamsverandering mogelijk te maken. Ik ontzeg aan mensen die tijdens de be zetting geen hand hebben uit gestoken om joden te redden, principieel het recht om nu, na de massamoord hun schuldge voelens op deze allermizerabel- ste manier a la volkomen ver tekende „jeugdherinneringen" af te reageren. Hier, rondom de Put liggen onze onvergetelijke jeugdherinneringen en op deze plaats die nu tot het kerkhof van ons joodse leven is gewor den zijn de stukjes op het „ni veau" van „Arie Stoppelman" en „David" Velleman voor ons alleen nog maar de karikatuur van wat eens vóór het rampjaar 194a het echte joodse leven was. Amsterdam SAL DE JONG Vriendelijk dank voor uw waarderende woorden in de eerste allinea's. Overigens: wanneer u meent, dat het sprekend invoeren van vroe gere Joodse stadgenoten met dezelfde intentie geschiedt als het eertijds door sommige Duitse bladen werd gedaan, vergist u zich. Wat de massa moord en de schuldgevoelens betreft: onze medewerker de heer J. C. van Dam zat al in een Duits concentratie kamp, toen er nog geen Jood was opgepakt: hij heeft in de vijf Jaren van zijn gevangen schap (mei '40 tot mei '4s) weinig kunnen doen om Jo den te redden. Dat de Leeuwarder Gemeen teraad de synagoge niet heeft willen aankopen is volstrekt onjuist. Er is in het geheel nog geen voorstel tot aankoop van dit gebouw in de raad ge weest. Het veranderen van de straatnaam Bij de Put in Sy nagogeplein lijkt ons een zin loos en niet te realiseren plan. Weinig historische straatna men zullen zinrijker zijn dan iuist, die van Bij de Put. Bo vendien heeft de Synagoge niet Bij de Put, maar in de Sacrementstraat gestaan. Red. 't Kl. Kr. Ook in Canada Wat de redacteur van het Kleine Krantsje wellicht in zijn stoutste verwachtingen niet heeft kun nen vermoeden, n.l. hoe en op welke wijze het aantal abon- nee's zich kan uitbreiden moge uit het navolgende blijken. Sinds 5 October 1964 vertrokken uit Nederland en na een ver blijf van ruim 9 maanden in Britsch Columbia, waarna nog drie maanden verblijf houdende in Hamilton en de Provincie Ontario, probeerden wij hier de dag- en weekbladen te lezen, doch na wat wij hoopten maar hetgeen nimmer werd verwezen lijkt, n.l. iets daarin te lezen over Nederland, verflauwde on ze belangstelling. Maar toen onze gastvrouw vertelde dat zij ook in het bezit was van Hol landse kranten, n.l. het Kleine Krantsje, was onze belangstel ling gaande gemaakt. Bij het lezen ervan vonden wij het der mate lezenswaardig en boven dien in een geestige trant ge schreven, dat ik besloot bij te rugkeer in Nederland mij direct op te geven als abonnee. Ik ben er van overtuigd dat de hoofdredacteur het een bijzon der genoegen zal doen te ver nemen, dat zijn krantje de weg over de grote haringvijver naar Canada heeft gevonden en al daar met groot genoegen wordt gelezen en dat er, zij het dan ook in bescheiden mate, propa ganda voor wordt gemaakt. Na het lezen van al die Engelse kranten, was het lezen van het Kleine Krantsje voor mij beslist een aangename verpozing en ik hoop dat nog veel Krantsjes hun weg naar belangstellenden in Canada mogen vinden. Leeuwarden R. O. Stof genoeg Gisteren ontving ik het Krantsje en las, dat het alweer een jaar heeft bestaan. Waar is ook dat jaar weer gebleven Ik hoop (en geloof ook wel) dat u met vol doening op dat eerste jaar terug kunt zien. U hebt mij en vele andere oud Leeuwarders koste lijke ogenblikken bezorgd. Met veel vertrouwen zie ik dan ook het komende jaar weer tege moet. Vooral al die oude pren ten en foto's bekijk ik altijd weer met grote belangstelling. De stukjes van de heer J. C. van Dam lees ik altijd graag. Ik hoop dat u nog lang bijdragen van zijn hand mag krijgen. Stof heeft hij genoeg. En niet alleen over de Put. Hij heeft meer be leefd en van de wereld gezien. Mocht ik weer eens in Leeuwar den komen, dan zal ik toch eens moeite doen hem te ont moeten. Amsterdam H. VOORDEWND Lijk in gracht Ik was een meisje van negen jaar, toen in het kanaal bij de Emmakade het lijk gevonden werd, waarover u in een vorig Kleine Krantsje schreef. Nóg zie ik de schippers het stoffelijk overschot naar boven halen. Het werd gevonden, toen een schip per er aan de kade meerde. Volgens mij had de man even model SOLO 112 cm hoog Een piano met een eigen karakter en verfijnde edele toon. Tevens bespeelbaar als CLAVECIMBEL door een speciaal regis ter. De ingebouwde mo derator dempt bij studie het geluid, kortom een MODERN INSTRUMENT, waarbij de nieuwste vin dingen zijn toegepast. Nieuwestad 103 Leeuwarden Tel. 25693, na 7 uur22882 wel veel langer in het water ge legen, dan u schreef. Het zag er allemaal niet zö leuk uit. Leeuwarden Mevrouw S. IMM k 111 m C 'f. v .'C xi. Wanneer wij zeggen, dat de Muggesteeg verdwijnt, zal dat voor verscheidene stadgenoten een nietszeggende mededeling zijn, want wie heeft er ooit van de Muggesteeg gehoord De Muggesteeg is een onooglijk straatje, dat achter de voormali ge meubelzaak van Bearda van de Kleine Hoogstraat naar de Beyerstraat loopt. Voetgangers komen er haast niet door; fiet sers wel, want die hoeven, ko mend van de Speelmanstraat en op weg naar het Hofplein, niet af te stappen, wanneer ze door deze Muggesteeg gaan. De Muggesteeg verdwijnt, wan neer met het uitvoeren van het saneringsplan begonnen wordt. Alle huizen tussen Gouver neursplein, Beyerstraat, Grote Kerkstraat en Kleine Hoogstraat worden dan afgebroken op twee na: het pand van wijlen notaris Koch blijft er staan en ook het (oude) pand van Bearda zal dan niet onder de slopershamer val len. De Kleine Hoogstraat wordt een brede verkeersweg - richting Nieuweburen - en achter de Muggesteeg komt een parkeer plaats voor auto's. Wat dus ook verdwijnt is het aardige gevelsteentje De Jonge Jacob („D'Ionge 's Iacob" staat er onder) in de noordelijke muur van de Muggesteeg. In de vorige eeuw zat deze gevelsteen in de gevel van een huis in het Maria Annastraatje. In 1907 kocht notaris Ottema de steen van een antiquair - jaren later liet de heer Ottema de steen in metselen in de muur van het hoekhuis van deze Muggesteeg. Wat tenslotte de naam Mugge steeg betreft: men heeft wel eens gedacht, dat de steeg z'n naam dankte aan de grote zwermen muggen, die hier wel licht afkwamen op het op deze achterafplaats door ondeugende stadgenoten neergesmeten vuil. SPANJAARDSLAAN 162 - LEEUWARDEN-TELEP. 05100-20041

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1965 | | pagina 4