Weer sloeg
Spelleken toe
Sa is 't en net oars
Hier verkoopt men NAMEN
voor dagelijks gebruik
cMoekedag
'T KLEINE KRANTSJE
10
Men tal pen ken
oaj U persoonlijke
relaties. ondejzhouuj
MEJ DE BESJE
BurfBNLANDSB
HOPTEN..
Naauw8 Tel.27984 Leeuwarden
Vervolg van pag. 7
premie wilden halen. Maar zie:
nu ontstond er een verschil van
mening over de rechtmatigheid
van de eis van Melle de Vries -
ook een knecht van de burge
meester maakte aanspraak op
het geld. Zelfs de duidelijke
uitspraak van Spelleken zelf:
„Dat is de man, die de vijf en
twintig gulden heeft verdiend
mocht De Vries niet baten,- hij
moest het geld delen met de
knecht.
Niettemin heerste er een feeste
lijke stemming in het logement
en terwijl de burgemeester de
moedige gevangenen op een
dikke sigaar trakteerde, kwam
er een „treffend staaltje van
menslievendheid" van mensen
uit het dorp, die de gevangenen
eten brachten.
Treffend
Zeer treffend was ook de speech
die Spelleken voor de verzamel
de nieuwsgierigen afstak: „Al
ben ik zwaar veroordeeld, ik ben
geen bloedvergieter. Het kleed,
waarin gij mij ziet is met bloed
bevlekt, het is van een moorde
naar, die opgesloten zit, maar
zo slecht ben ik niet, bloeddorst
is mij vreemd".
Toen alle gevangenen eindelijk
weer achter de dikke muren za
ten werd de militaire macht bij
de gevangenis nogmaals aan
zienlijk versterkt, maar dat bleek
achteraf nu juist niet nodig te
zijn geweest, want heel kort na
deze laatste dramatische vlucht
overleed in z'n kerker de man,
die van deze hele reeks ont
vluchtingen de initiatiefnemer
en stimulator was geweest, het
„meesterbrein" Wilhelm Spelle
ken
FENNO L. SCHOUSTRA
't Is eigenlijks altied Moekedag,
We toefe straks slechts even
Om haar voor 't afgelopen jaar
Ut volle pond te geven.
Zij, Moeke, spil van ut gezin,
De ziel van onze woning,
Verricht dag in dag uut hur taak
Vraagt nooit om un beloning.
Van 's morgens vroeg tot
tot 's avonds laat,
Vervult ze trouw hur plichten.
Voor hur gien vastgestelde tied,
Waarnaar ze zich kan richte.
Hur overwerk wudt nooit
betaald,
Alleen un klein gedenken,
Un hat'lijk woord - so op sien
tied -
Kan haar veul vreugde schenke.
Ze kan un ware trooster zijn,
Ja, zieken zelf genezen.
Ze is ons aller toeverlaat,
Un groot veulsiedig wezen.
Ze is geboren psycholoog,
Niks blieft voor hur verborgen.
Ziet tot de booijum van ons
hart,
Nimt deel an onze zorgen.
Ze is getrouw deur alles heen,
Wat men oek het misdreven,
Kan zij - omdat ze Moeke" is,
Steeds liefdevol ver geve.
Ze is un kost'luk stuk bezit
Dat men dat steeds wardere
Toon altied je genegenheid 1
Houw hur in hoge ere
S. 1. V. I.
/VtAA/\AAAAAA/VWWWVWWWWVW\AAAA/WV\AAA
lk ken him wol üt tüzen
Drinten
Ik ken hem wel uit duizend.
Drenten.
Dy't appels fart, dy't appels
yt-
Wie appels vervoert, eet ook
appels.
Dy't alleman de müle stopje
sil moat in bulte brij ha
Wie iedereen de mond stop
pen wil, moet veel brij heb
ben.
Elk minske syn sin, sei beppe
en hja iet plattekoeken.
Iedereen zijn zin, zei opoe en
ze at plattekoek (knapkoek).
Der bine mear apen ünder 'e
mjinsken, as minsken ünder
'e apen.
Er zijn meer apen onder de
mensen, dan mensen onder de
apen.
Hy sil it net oan hikspeallen
fortelle, sa lang der minsken
binne.
Hij zal het niet aan hekpalen
vertellen, zolang er mensen
zijn. (M.a.w. hij houdt het
nieuwtje niet voor zich).
It moat in goed prater wèze,
dy't in stilswijer forbetterje
sil
Het moet een goed prater
zijn, die het een zwijger ver
beteren zal.
4 Het GOUDEN WAGENTJE
ook wel De Gouden Wagen en
(even na 1700) de Vergulden
Wagen genoemd, was een ver
maarde herberg aan de drukke
kant van de Nieuwestad, vlak
bij de Lange Pijp. Boven het
bord Gouden Wagentje aan de
voorgevel prijkte een gevel-
steentje met een vergulde wa
gen: de voerlieden van de reis
wagens, die eens op de Lange-
pijp hun standplaats hadden,
dronken hier een glaasje bier.
Het Gouden Wagentje is om
streeks 1920 afgebroken, tegelijk
met het naastliggende pand,
vroeger de Manufacturenzaak
van Van der Linden. De grote
zaak van Gerzon kwam er toen
voor in de plaats en nu vinden
we de Hema op dit punt. Het
gevelsteentje van het Gouden
Wagentje kunnen we nog be
wonderen in de collectie gevel
stenen aan de Pijlsteeg.
4 De RIJZENDE ZON
was in het laatst van de vorige
eeuw de naam van een van de
vele slaapsteden in de Boter
hoek. Het logement had een uit
hangbord met op een blauw
veld een stralende vergulde zon
en het onderschrift De Rijzende
Zon.
4 De ROODE BRUG
lag eens over het water van de
Tuinen en we mogen wel aan
nemen, dat onze voorouders de
ze brug rood geschilderd hadden
- Leeuwarden had ook een witte
Brug en een Blauwe Brug, beide
over het Vliet. Toen de Tuinster
Land- en Waterpoorten werden
opgeruimd, is - in 1818 - ook
deze Roode Brug van z'n plaats
gehaald.
4 RHALAPIJP
was een andere naam voor de
Blokhuispijp bij het Bolkhuis
over de Oudegracht. Johannes
Rhala was Raadsheer in het Hof
van Friesland; hij woonde in
zestienhonderd zoveel in het
nabijgelegen Andringahuis.
4 De DOELEBUURT
was een andere naam voor het
Sint Jobsleen, zoals wij vandaag
het verlengde van de Boterhoek
nog noemen.
Warmoesgracht
4 Het GELUKSKANTOOR
was - voor de laatste wereldoor
log - een verkoopkantoor van
loten van Max Cohen aan het
Raadhuisplein. Max Cohen's
Gelukskantoor heeft inderdaad
verscheidene stadgenoten ge
lukkig gemaakt: de loten, waar
mee lompenhandelaar Procee
van het Hoeksterachterom en de
bekende Sipke Castelein van
hotel Spoorzicht omstreeks 1934
de honderdduizend wonnen,
waren verkocht door dit Ge
lukskantoor.
4 Het FRIESCH MUSEUM
kent natuurlijk iedereen, maar
dit is ook de naam geweest van
een sigarenzaak. Het sigarenma
gazijn „Het Friesch Museum"
van de heer S. Vinken stond in
het begin van deze eeuw aan de
Tweebaksmarkt en wel op de
plaats van het postkantoor.
De naam
4 WARMOESGRACHT
komen we zelden meer tegen,
maar toch is die gracht er nog
wel: het is de Weaze, die vroe
ger wel Warmoesgracht werd
genoemd; stellig omdat hier de
groenten werden aangevoerd van
de zuidelijk van de stad gele
gen warmoezerijen.
4 De VIJF KOLOMMEN
heette honderd jaar geleden een
huis aan de Achter de Hoven,
dicht bij de Zuidergrachtswal.
Het pand heeft wellicht op vijf
pilaren of kolommen gerust,
maar mogelijk is het ook, dat
het alleen maar een uithang
teken met vijf kolommen droeg.
4 De FREDERIK
RUYSCHSTRAAT
dankt z'n naam aan de Neder
landse ontleedkundige Frederik
Ruysch, die leefde van 1638 tot
1731. Hij was geneesheer in Den
Haag en hoogleraar in Amster
dam. Ruysch had een zeer gro
te collectie anatomische prepa
raten.
4 De FORTUYN
was twee eeuwen geleden een
herberg aan de Grachtswal, die
zich met de volgende rijmpjes
aan z'n klanten presenteerde: In
de Fortuyn tapt men bier en
wijn - en - Hier verkoopt men
Brabantse Kanten fijn, Thee,
Bottelbier en goede Wijn.
4 De KONING VAN
DENEMARKEN
heette in het begin van de 18e
eeuw het huis naast Het Gou
den Wagentje aan de Nieuwe
stad, waarin nu de firma Bren-
ninkmeyer gevestigd is.
4 De COLLEGESTEEG
die ook wel Brouwerssteeg en
Koperslagerssteeg heette, lag aan
de Voorstreek tussen de Dubbe
le Pijp en de Amelandspijp. De
steeg verdween bij het maken
van de doorbraak voor de Sint
Bonifatiuskerk. In de 18e eeuw
hield de godsdienstige secte van
de Collegianten of Rijnsburgers
in een gebouw in deze steeg
collegiën of vergaderingen.
Het Gouden Wagentje